Inhoudsopgave
Advertenties
Resultaat
8.11.4.3
Voorwaarde
Nr.: 9_9450 12 NL
8
Inbedrijfstelling
8.11
De machine voor besturingsintegratie instellen
1. IP Adres voor Master instellen: Instructies zie hoofdstuk 8.2.14, IP Adres zie voorbeeld hierbo‐
ven.
Het IP-adres van machine 1 (Master) is correct ingesteld.
2. Roep het menu 8.1.2.1
SIGMA CONTROL 2> op.
3. Selecteer met de toets «Omhoog» of «Omlaag» de regel
4. Druk op de toets «Enter».
De instelmodus is actief.
6 . 1 b a r
0 8 : 1 5
8.1.2.1 SIGMA CONTROL 2
Status
Run
------------------------------
Mode
:
Poort
Communicatie partner
5. Stel machine 1 met toets «Omhoog» of «Omlaag» op
6. Druk op de toets «Enter».
De instelling wordt overgenomen.
7. Selecteer met de toets «Omhoog» of «Omlaag» de regel
8. Druk op de toets «Enter».
De instelmodus is actief.
9. Stel het IP-adres van de communicatiepartner (Slave, zie voorbeeld hierboven) in.
10. Druk op de toets «Enter».
Het IP-adres van machine 2 (Slave) is correct ingesteld.
De instelling wordt overgenomen.
Sturing van machine 1 is als Master ingesteld.
Sturing van machine 2 als Slave instellen
De elektrische verbinding is tot stand gebracht
Toegangsniveau 2 is geactiveerd
Schakelpunten pA en pB instellen
1. Roep het menu 5.2.2
pA wordt weergegeven.
Regel
Bedieningshandleiding
Sturing
SIGMA CONTROL 2 SCREW FLUID ≥5.0.X
<Communicatie – Ethernet/SIGMA NETWORK – Verbindingen –
8 0 ° C
0 ¦ Fout
0
Master
:
2001
·········
<Configuratie – Druk sturing – Drukwaarden> op.
Mode .
Kopregel
Menu
Actieve regel
Master in.
IP Adres .
137
Advertenties
Inhoudsopgave
