• De netvoedingsgegevens moeten over-
eenkomen met de gegevens die zijn ge-
specificeerd op het type-etiket van het
product. Het typeplaatje wordt gezien
wanneer de deur of het onderste deksel
van het apparaat wordt geopend of het
bevindt zich aan de achterwand van het
apparaat, afhankelijk van het type appa-
raat.
• De stekker van het netsnoer moet na in-
stallatie binnen handbereik zijn (leid deze
niet boven de kookplaat). Gebruik geen
verlengstuk of meerdere stopcontacten
in de stroomaansluiting.
• en moet de juiste contactdoos/leiding en
stekker voor de oven gebruiken. In het ge-
val dat de vermogenslimieten van het
product buiten het huidige draagvermo-
gen van stekker en stopcontact/lijn val-
len, moet het product rechtstreeks via
een vaste elektrische installatie worden
aangesloten zonder stekker en stopcon-
tact/lijn te gebruiken.
Als uw apparaat een snoer en stekker
heeft:
Voer de elektrische aansluiting van uw ap-
paraat uit door deze aan te sluiten op een
geaard stopcontact.
4.3 Gasaansluiting
Algemene waarschuwingen
• Er bestaat explosiegevaar, er kan brand
en vergiftiging optreden als de installatie,
reparatie of aansluiting wordt uitgevoerd
door een onbevoegde/niet-gelicentieer-
de/ niet-gekwalificeerde persoon of tech-
nicus.
• Voordat u het product plaatst, moet u er-
voor zorgen dat de lokale distributieom-
standigheden (gassoort en druk) en of de
gasinstelling van het product aan deze
voorwaarden voldoet. De gasaanpas-
singsvoorwaarden en -waarden van het
product bevinden zich op de etiketten (of
het type-etiket).
• Als uw landcode niet op het etiket staat,
volgt u de lokale technische instructies
voor uw land voor gasaansluiting en con-
versie.
• Het product kan alleen op het gastoe-
voersysteem worden aangesloten door
een geautoriseerde/gelicentieerde/ ge-
kwalificeerde persoon of technicus.
• Fabrikant kan niet verantwoordelijk wor-
den gehouden voor schade die voort-
vloeit uit procedures die worden uitge-
voerd door onbevoegde/niet-gelicentieer-
de/ niet-gekwalificeerde persoon of tech-
nicus.
• Voordat u met werkzaamheden aan de
gasinstallatie begint, moet u de gastoe-
voer loskoppelen. Er bestaat explosiege-
vaar!
• Als u uw product later met een ander type
gas moet gebruiken, moet u de geautori-
seerde/gelicentieerde/ gekwalificeerde
persoon of technicus raadplegen voor de
bijbehorende conversieprocedure.
• Zorg ervoor dat de gasaansluiting na elk
gebruik goed wordt gecontroleerd op
dichtheid. De fabrikant kan niet verant-
woordelijk worden gesteld voor eventuele
schade die kan ontstaan als gevolg van
gaslekkage die kan optreden als gevolg
van gasaansluiting of conversie door on-
bevoegde/niet-gelicentieerde personen.
Brandgevaar:
• Als u de aansluiting niet volgens de on-
derstaande instructies maakt, bestaat het
risico op gaslekkage en brand. Ons be-
drijf kan niet aansprakelijk worden ge-
steld voor schade die hieruit voortvloeit.
• Gasaansluiting mag alleen worden ge-
maakt door een geautoriseerde/gelicenti-
eerde/ gekwalificeerde persoon of tech-
nicus.
• Zorg ervoor dat de gasslang die in de
gasaansluiting moet worden gebruikt,
voldoet aan de lokale gasnormen.
• De flexibele gasslang moet zo worden
aangesloten dat deze niet in contact
komt met de bewegende delen en hete
oppervlakken (zie onderstaande afbeel-
dingen) eromheen en niet bekneld raakt
wanneer de bewegende delen bewegen.
(bijv. laden). Bovendien mag het niet in
ruimtes worden geplaatst waar het kan
worden geperst.
NL / 75
EN
NL