CLIMATIC 50 – ROOFTOP – VERSIE 24
CONFIGUREERBARE IN- EN UITGANGEN
Functie
Op de BM50-kaart en met de optionele uitbreidingskaart BE.50 is het mogelijk enkele ingangen/uitgangen te configureren
voor de afstandsbesturing van de unit. De volgende configuraties zijn mogelijk:
•
5 digitale uitgangen NC of NO
•
6 digitale ingangen
•
4 analoge ingangen (4-20 mA of Lennox NTC temperatuursensor)
Omschrijving
De volgende functies zijn configureerbaar.
Digitale uitgangen NC of NO – potentiaal vrije contacten
Elke uitgang kan worden toegewezen aan een van de volgende functies:
[Not Used.] .......................... Geen contact
[Filter Al.] ............................. Filterstoring
[Blower Al.] .......................... Storing aan ventilator
[Comp. Al.] .......................... Compressorstoring
[Gas Al] .............................. Storing gas
[ElecH. Al] ........................... Storing aan elektrische verwarmer
[Frost. Al]............................. Alarm, risico van bevriezing
[Smoke. Al.]......................... Alarm rookdetector
[Heat. Mode]........................ Verwarmingsbedrijf
[Humidif.] ............................ Regeling bevochtiger
[Z:A] ................................... Unit werkt volgens de instellingen voor
[Z:B] ................................... Unit werkt volgens periode B
[Z:C] ................................... Unit werkt volgens periode C
[Uno] ................................... Periode-instelling gebouw buiten gebruik
[Bms] .................................. Unit werkt volgens BMS
[Free] .................................. Vrij voor GBS
[Exhaust 1] .......................... Aansturing afzuigventilator nr. 1
[Exhaust 2] .......................... Aansturing afzuigventilator nr. 2
[Exhaust 3] .......................... Aansturing afzuigventilator nr. 3
Digitale ingangen 24V AC of DC
Elke ingang kan worden toegewezen aan een van de volgende functies:
[Not Used] ........................... Geen contact
[Sw Unoc.]........................... Toestand "gebouw ongebruikt" actief
[Dis. Cp/AH] ........................ Alle compressoren en extra verwarmingen worden uitgeschakeld
[Dis. Comp.] ........................ Alle compressoren worden uitgeschakeld
[Dis. 50%Cp] ....................... 50% van de compressoren meteen stoppen
[Dis. AuxH.] ......................... Verwarmingselementen uitschakelen
[Sw Dis.Cool]....................... Koelbedrijf wordt uitgeschakeld
[Sw Dis.Heat] ...................... Verwarmingsbedrijf wordt uitgeschakeld
[State Humi] ........................ Foutingang bevochtiger
[0% F.A.] ............................. Actief 0% verse lucht
[10% F.A.] ........................... 10% verse lucht toevoeren
[20% F.A.] ........................... 20% verse lucht toevoeren
[30% F.A.] ........................... 30% verse lucht toevoeren
[40% F.A.] ........................... 40% verse lucht toevoeren
[50% F.A.] ........................... 50% verse lucht toevoeren
[100% F.A.] ......................... Verseluchtklep naar 100%
[Low Speed] ........................ Ventilatoren op laag toerental
[Z:A] ................................... Actieve unit werkt volgens periode A
[Z:B] ................................... Actieve unit werkt volgens periode B
[Z:C] ................................... Actieve unit werkt volgens periode C
[Uno] .................................. Actieve unit werkt volgens periode "gebouw ongebruikt" (unoccupied)
[Bms] .................................. Actieve unit werkt volgens GBS
[Free]................................... Vrij voor systeeminformatie van GBS
BALTIC_WSHP-IOM-0909-D
periode ("zone") A
(GBS, gebouwbeheersysteem)
Droog contact
Vrij contact
Voorbeeld BE50-
J5.NO1
Voorbeeld BE50-
J4.ID1
24V klant
Pagina 111