¢3 Het zal opnieuw op [
wanneer de stroom in- en uitgeschakeld wordt [ON]/[OFF].
•
De instellingen van de volgende items zijn vastgesteld.
Onderdeel
[BESPARING]
([SLAAPSMODUS]) (P58)
Flits (P67)
[FLITS-SYNCHRO] (P123)
[BURSTSNELH.] (P75)
[AUTO BRACKET] (P78)
AF functie (P81)
[WITBALANS] (P88)
[GEVOELIGHEID] (P91)
[MEETFUNCTIE] (P122)
[RODE-OGEN CORR] (P69) [ON]
[INT.DYNAMIEK] (P124)
[LANG SL.N.RED] (P124)
[KLEURRUIMTE] (P126)
[FOTO/FILM] (P108)
[PRE AF] (P131)
[FOCUSPRIORITEIT]
(P131)
[AF ASS. LAMP] (P132)
¢4 Het zal voor video's op Multi Auto Focus gezet worden als een gezicht niet gedetecteerd kan
worden terwijl een video opgenomen wordt.
¢5 De instelling staat vast op [AUTO] (voor video's) wanneer video's opgenomen worden.
•
Afhankelijk van de gedetecteerde scène zal het toestel de instelling van de [I.RESOLUTIE]
(P123)automatisch bijstellen. De [I.RESOLUTIE] kan niet ingesteld worden met het [OPNAME]
functiemenu.
•
De volgende functies kunt u niet gebruiken.
–
[AUTO LCD UIT] van [BESPARING]/AF/AE-vergrendeling/Witbalans fijne afstelling/
Witbalans bracket/Multi film bracket/Flitsoutput-afstelling/[ISO-LIMIET]/[EXTRA TELE]/[DIG.
ZOOM]/[ASP. BRACKET]/[HIGHLIGHT]/[AF/AE VERGR.]/[AE-VERGR.-VAST]/[DIRECT
FOCUSPUNT]/[OPN. ZONDER LENS]
•
De andere items in het [SET-UP]- en [VOORKEUZE]-menu kunnen in een functie zoals de
Programme AE-functie worden ingesteld. De instelling komt terug in de Intelligent Auto-functie.
∫ Flits
•
Open de flits wanneer de flits gebruikt moet worden. (P67)
] gezet worden als de Intelligent Auto functie gewist wordt of
[5MIN.]
[
]/[Œ]
[1ST]
[H] (Hoge snelheid)
[
/
INSTELLEN]: [
[STAP]: [3•1/3]
[SERIE]: [0/`/_]
[š] (Instellen op [
opgespoord kan worden)
[AWB]
5
¢
[
]
(Intelligente ISO)
(Maximale ISO-gevoeligheid: [ISO800])
[C]
[STANDARD]
[ON]
[sRGB]
[
]
[
]
[ON]
[ON]
Instellingen
] (Burstfunctie)
4
¢
]
wanneer een gezicht niet
Basiskennis
49
VQT3A43