7. Onderhoud en reparatie
7.1 Classificatie van de werkzaamheden
Onder onderhoud, controles en ROUTINEMATIGE inspecties wordt verstaan:
1) het controleren van de olieniveaus met behulp van de doorzichtige visuele indicatoren;
2) het bijvullen van de hydraulische olie zoals beschreven in hoofdstuk 7.9;
3) het controleren van de bandenspanning volgens de waarden van de tabel in de subparagrafen 3.2.1 en 3.2.2
en aangegeven op de sticker naast de wielen;
De voorgeschreven spanning mag niet worden overschreden en versleten of beschadigde banden mogen niet
GEVAAR
worden opgepompt.
De banden kunnen barsten en ernstig of dodelijk letsel veroorzaken.
4) het smeren van de verschillende machineonderdelen zoals vermeld in hoofdstuk 7.7 en aangegeven op de
stickers;
5) het smeren van de aandrijfkettingen, wat uitsluitend mag gebeuren volgens de procedure
beschreven in par. 7.8;
6) het controleren en aandraaien van de bouten en moeren volgens de aanhaalmomenten die zijn aangegeven
in de paragrafen 5.3 en 5.3.3.
Routine-onderhoud mag ook door geschoold personeel worden uitgevoerd, mits de hoofdstukken van de hand-
leiding met betrekking tot de genoemde werkzaamheden gelezen en volledig begrepen zijn.
Onder onderhoud, controles en BUITENGEWONE inspecties wordt verstaan:
1) alle werkzaamheden die in het vorige punt NIET als routinematig zijn aangemerkt;
2) alle werkzaamheden die in het vorige punt NIET als routinematig zijn aangemerkt en
waarbij machinedelen moeten worden gedemonteerd.
Buitengewoon onderhoud mag alleen door gekwalificeerd personeel worden uitgevoerd.
Onder reparaties wordt verstaan:
alle werkzaamheden die erop gericht zijn om de oorspronkelijke of soortgelijke werkingsomstandigheden van
de machine of onderdelen ervan te herstellen.
De reparatie mag uitsluitend worden uitgevoerd door gekwalificeerd personeel en de werkzaamheden moeten
vallen onder de werkzaamheden die in de volgende paragrafen van dit hoofdstuk worden beschreven.
Is dit niet het geval, dan moet het onderhoudspersoneel contact opnemen met de serviceafdeling van de dealer
van wie de machine is gekocht of rechtstreeks met de serviceafdeling van Storti S.p.A.
Er mag uitsluitend voor reparatiedoeleinden ook worden gelast.
Lassen is een speciaal proces en de restrisico's zijn beschreven in de subparagraaf 2.2.13.
Voor reparaties waarbij moet worden gelast, moet eerst contact worden opgenomen met de serviceafdeling, die
moet beoordelen of het nodig is om de reparatie uit te voeren, hoe deze moet worden uitgevoerd en of deze als
tijdelijk of als definitief kan worden beschouwd.
NL
67