7.34 Spannen van de losband met externe spanner
De losband wordt op spanning gehouden door de veren
A (afb. 1) aan de voorkant van de lopende band (één aan
elke kant).
De spanning moet worden afgesteld terwijl de band stilstaat
en de machine is uitgeschakeld.
Stel aan beide zijden de bandspanning af met de schroeven
B (afb. 1) die de veer A (afb. 1) indrukken, en draai ze vast
of los tot de juiste centrering en spanning is bereikt. Als de
band naar één kant is verschoven, hoeft er maar één van de
twee schroeven te worden vast- of losgedraaid.
NB:
Houd de binnenkant van de lopende band goed schoon om
A
een goede werking van de losband te garanderen.
B
Controleer de reiniging van de rollen en de positie van de
schrapers.
Max 0,5 - 1mm
Afbeelding 1
7.35 Vervangen van de losband
A
Dit moet door 2 - 3 personen worden uitgevoerd.
1) Laat de losband zakken (A, afb. 1) en zet hem horizon-
taal (B, afb. 1)
B
Afbeelding 1
2) Haal de sleutels C (afb. 2) uit het contact van de
tractor en stop ze in uw zak.
C
3) Plaats een werkplaatskrik (D, afb. 3) of een krik of an-
dere steun die de lopende band kan ondersteunen als deze
geen steun heeft.
Afbeelding 2
NL
102