HOOFDSTUK 3
BEDIENING VAN DE PRINTER
Instelling mediadikte
1. Plaats de Uitloopdrukrolassemblage aan de
zijkant van de printer, zodat deze uit de weg is.
2. Draai de knop voor de mediadikte [A] volledig
met de klok mee om de printkophouder in de
hoogste stand te zetten.
3. Schuif een stuk media [B] onder printkoppen 7,
8.
Tip: Let op dat u de media niet te ver naar binnen
schuift. U wilt niet dat media zich onder een van
de drukrollen bevinden.
4. Draai de knop voor de mediadikte [A] tegen de
klok in totdat de onderkant van de printeenheid
net de media raakt. Verwijder vervolgens de
media.
Tip: Als de media niet gemakkelijk kunnen worden verwijderd van onder de printeenheid, draait u de
knop voor de mediadikte tegen de klok in totdat de media [B] met slechts een lichte trekbeweging van
onder de afdrukeenheid kunnen worden verwijderd.
OPMERKING: Dit zijn de begininstellingen. Het kan nodig zijn om de mediadikte aan te passen om de
printkwaliteit te optimaliseren. Noteer de positie van de knop voor toekomstige referentie voor die
media.
5. Plaats de Uitloopdrukrolassemblage zodanig dat deze op de media rolt.
Tip: Om te voorkomen dat er vlekken ontstaan, moet u ervoor zorgen dat de uitloopdrukrol niet over
gedrukte informatie rolt.
6. Schakel de printer IN.
7. Test de invoer van de media door op "Test Feed" (Invoer testen) te drukken op het snelmenu op het
aanraakscherm.
18