Inhoudsopgave
Advertenties
2. INSTALLATIE
2.1 Montage
Gevaar: door een stroomschok!
Onderbreek voor de elektrische aansluiting de
voedingsspanning naar de ketel en naar alle
andere busdeelnemers.
2.1.1 Montage van de TF 20
Wanneer de kamercompensatie ingeschakeld is:
de regelkwaliteit van de TF 20 is afhankelijk van de
montageplaats.
Geadviseerde montageplaats voor TF
20: zie fig. 4.
Eisen ten aanzien van de montageplaats:
De opstellingsruimte (regelruimte) moet voor de rege-
ling van het verwarmingscircuit geschikt zijn.
paragraaf 1.5)
Indien mogelijk binnenmuur zonder luchtstroom of
warmtebeïnvloeding (ook niet van achteren, bijvoor-
beeld door een losse pijp of een holle muur).
Onbelemmerde circulatie van de kamerlucht door de
luchtopeningen boven en onder de TF 20. Het gear-
ceerde oppervlak in fig.. 4 moet vrij blijven.
Wanneer er thermostaatkranen in de regelruimte zijn:
Open de thermostaatkranen volledig.
Regel het vermogen van de radiatoren met het instel-
bare voetventiel zo krap mogelijk in.
Daardoor wordt de regelruimte even sterk verwarmd
als de overige ruimten.
Wanneer geen geschikte montageplaats aanwezig is:
Monteer RF 1 (toebehoren) in de ruimte met de groot-
ste warmtebehoefte bijvoorbeeld kinderkamer of bad-
kamer.
i
Er mag altijd slechts één ruimtevoeler in werking zijn.
Breng indien nodig een bouwzijdige schakelaar
aan die de voeler RF 1 onderbreekt.
Dan wordt de in de TF 20 ingebouwde voeler
actief.
Fig. 4
2. INSTALLATION
2.1 Montage
Danger: d'électrocution!
Avant d'effectuer le branchement électrique,
interrompre l'alimentation en courant de la
chaudière et de tous les autres composants
reliés au bus.
2.1.1 Montage du TF 20
Lorsque le mode de commande par pièce est en service:
la qualité de réglage du TF 20 dépend du choix de
l'endroit de montage. Emplacement recommandé pour le
TF 20: fig. 4.
Conditions requises pour l'emplacement du thermostat
L'endroit de montage (= pièce de commande) doit être
(zie
approprié à la régulation du circuit de chauffage. (voir
paragraphe 1.5)
(si possible) un mur intérieur sans courant d'air ni flux
thermique (même par l'arrière, p. ex. par des tuyaux
vides, des murs creux, etc.).
Suffisamment de place au-dessus et au-dessous du
TF 20 pour que l'air ambiant puisse circuler librement
à travers les orifices d'aération (laisser libre les parties
hachurées sur la fig. 4).
En cas de vannes thermostatiques dans la pièce de com-
mande:
Ouvrir complètement les vannes thermostatiques.
Régler la puissance des radiateurs de la manière la
plus juste à l'aide des raccords réglables.
De ce fait, la pièce réglée est chauffée comme les
autres pièces.
Au cas où il n'y aurait pas d'endroit de montage approprié:
Monter la sonde de température ambiante RF 1
(accessoire) dans la pièce qui demande les plus
grands besoins thermiques, p. ex. chambre d'enfants
ou salle de bains.
i
Il ne faut mettre en service qu'une seule sonde de
température ambiante.
Au besoin, monter sur place un interrupteur qui
déconnecte la sonde RF 1.
A ce moment-là, seule la sonde intégrée dans le
TF 20 sera opérationnelle.
6
:
Advertenties
Inhoudsopgave
