Het apparaat reinigen
Tijdens het afdrukken kunnen zich papier-, toner- en stofdeeltjes in het product verzamelen. Dit kan na
verloop van tijd afdrukproblemen veroorzaken, zoals tonerspikkels of vegen. Dit product beschikt over
een reinigingsstand waarmee dergelijke problemen kunnen worden opgelost en voorkomen.
De buitenkant reinigen
Gebruik een zachte, vochtige, pluisvrije doek om stof en vlekken van de buitenkant van het apparaat te
verwijderen.
De glasplaat van de scanner reinigen
Als de glasplaat vuil is als gevolg van bijvoorbeeld vingerafdrukken, vlekken of haren, kan de
verwerkingssnelheid van het apparaat afnemen en kan de nauwkeurigheid van speciale functies worden
verminderd. Dit geldt bijvoorbeeld voor de functies Aanpassen aan pagina en Kopiëren.
OPMERKING:
van de ADI, moet u de scannerstrip (stap 3) reinigen. U hoeft de glasplaat van de scanner niet te reinigen.
1.
Open de klep van de scanner.
2.
Reinig de glasplaat met een vochtige, pluisvrije doek.
VOORZICHTIG:
wasbenzine, ammonia, alcohol of tetra/tri; daardoor kan het apparaat beschadigd raken. Breng
geen vloeistoffen rechtstreeks op de glasplaat aan. Ze kunnen onder de glasplaat terechtkomen
en het apparaat beschadigen.
3.
Reinig de scanstrook met een vochtige, pluisvrije doek.
160 Hoofdstuk 10 Het apparaat beheren en onderhouden
Als vegen of overige defecten alleen op de exemplaren verschijnen met het gebruik
Gebruik op geen enkel deel van het apparaat schuurmiddelen, aceton,
NLWW