Configuratie
Januari 2023
Tri-Loop. Gebruik een combinatie van RTD's of thermokoppels zolang de eenheden van
beide overeenkomen met de eenheden van de HART Tri-Loop.
De Tri-Loop gebruiken om waarschuwing sensorverschuiving te
detecteren
De transmitter met dubbele sensor stelt een storingsmarkering in (via HART) wanneer
een sensorstoring optreedt. Als een analoge waarschuwing vereist is, kan de HART Tri-
Loop worden geconfigureerd voor het produceren van een analoog signaal dat door het
regelsysteem als sensorstoring kan worden geïnterpreteerd.
Volg deze stappen voor het instellen van de HART Tri-Loop voor het verzenden van
waarschuwingen voor sensorstoringen.
Procedure
1. Configureer de toewijzing van variabelen voor de transmitter met dubbele sensor,
2. Configureer kanaal 1 van de HART Tri-Loop als TV (verschiltemperatuur). Als een van
3. Selecteer temperatuureenheden voor kanaal 1 die overeenkomen met de
4. Specificeer een bereik voor de TV zoals -148 tot 212 °F (-100 tot 100 °C). Als het
5. Configureer de DCS zodanig dat TV << –148 °F (–100 °C) of TV >> 212 °F (100
52
zoals afgebeeld:
Variabele
PV
SV
TV
QV
de sensoren een storing geeft, is de uitgang van de verschiltemperatuuruitgang
+9999 of –9999 (hoge of lage verzadiging), afhankelijk van de positie van de
storingsmodusschakelaar (zie
verschiltemperatuureenheden van de transmitter.
bereik groot is, dan vertegenwoordigt een sensorafwijking van een paar graden
slechts een klein percentage van het bereik. Als sensor 1 of sensor 2 een storing
heeft, is de TV +9999 (hoge verzadiging) of –9999 (lage verzadiging). In dit
voorbeeld is nul het middelpunt van het TV-bereik. Als een ΔT van nul is ingesteld als
de onderste bereiklimiet (4 mA), dan kan de uitgang laag verzadigen als de waarde
van sensor 2 groter is dan de waarde van sensor 1. Door een nul in het midden van
het bereik te plaatsen, blijft de uitgang normaal gesproken in de buurt van 12 mA en
het probleem wordt vermeden.
°C) een sensorstoring aangeeft en bijvoorbeeld TV ≤ 26,6 °F (–3 °C) of TV ≥ 37,4 °F
(3 °C) een verloopwaarschuwing aangeeft. Zie
Toewijzen
Sensor 1 of Sensor Average (sensorgemiddelde)
Sensor 2
Differential temperature (verschiltemperatuur)
Als gewenst
De alarmschakelaar
Naslaghandleiding
00809-0211-4728
instellen).
Figuur
2-26.
www.Emerson.com