2.ITEMS INSTELLEN (BEHEERDER)
2
Specificeer de volgende items naar wens en druk op
Naam item
DHCP INSCHAKELEN
(IP-adres)
DHCP INSCHAKELEN
(OPTIES)
FQDN-optie
FQDN-bijwerkmethode
Wanneer u [AAN] selecteert voor de optie [DHCP INSCHAKELEN (IP-adres)], wordt [UIT] automatisch
ingesteld voor de optie [DHCP INSCHAKELEN (OPTIES)].
3
Bevestig de instellingen en druk op
De van routers verkregen IPv6-adressen worden weergegeven. Er kunnen tot zeven IPv6-adressen worden
bewaard.
Wanneer dit apparaat een router-aankondiging (RA) van een router ontvangt, waarvan de M flag-configuratie
"0" is, is de DHCPv6-functie uitgeschakeld. Als u de M flag-configuratie van een router-aankondiging (RA)
wijzigt van "0" in "1", start het apparaat dan opnieuw op met de [POWER]-knop op het bedieningspaneel om de
DHCPv6-functie in te schakelen.
AAN — druk op deze knop om het IPv6-adres te gebruiken dat door de DHVPv6-server
uitgegeven wordt.
UIT — druk op deze knop om het IPv6-adres dat door de DHVPv6-server uitgegeven wordt, uit
te schakelen.
AAN — druk op deze knop om de optionele informatie te gebruiken (IPv6-adres voor de DNS-
server enz.) in plaats van het IPv6-adres voor de apparatuur die door de DHCPv6 wordt
uitgegeven.
UIT — druk op deze knop om de optionele informatie, anders dan het IPv6-adres voor de
apparatuur zoals uitgegeven door de DHCPv6-server, niet te gebruiken.
AAN — druk op deze knop om een FQDN (Fully Qualified Domain Name) toe te wijzen met de
DNS-server.
UIT — druk op deze knop om geen FQDN toe te wijzen met de DNS-server.
CLIENT — druk op deze knop om de DNS-server van het apparaat bij te werken.
SERVER — druk op deze knop om de DNS-server vanaf de DHCPv6-server bij te werken.
.
2 ITEMS INSTELLEN (BEHEERDER)
.
Omschrijving
NETWERK
83