12
Standaardinstellingen in de regelaar
De eerste kolom in de tabel bevat de parameters die door de gebruiker kunnen
worden afgesteld. De tweede kolom bevat in de fabriek verrichte instellingen en de
derde kolom de instellingen die de installateur heeft verricht bij de installatie van
de warmtepomp.
Zorg ervoor dat de installateur alle tijdens de installatie verrichte instellingen
invoert die specifiek zijn voor uw warmtepomp. Zo kunt u later makkelijker zelf
afstellingen verrichten.
Instelling
KAMER
BEDRIJF
STOOKLIJN
MIN
MAX
STOOKLIJN 5
STOOKLIJN 0
STOOKLIJN -5
WARMTESTOP
DHP-AX – 42
Fabrieksinstelling Klantspecifieke instellingen
20°C
AUTO
40°C
10°C
55°C
0°C
0°C
0°C
17°C
VUBMI110