12 Onderhoud
Afb.95
76
EFU-S
10. Vervang alle defecte onderdelen.
11. Zet de brander in de bedrijfsstand.
12. Sluit de vacuümmeter en de manometer aan op de branderpomp.
13. Controleer de elektrische aansluitingen op de brander.
14. Schakel de hoofdschakelaar van de installatie in.
15. Start de brander.
16. Stel de brander af.
17. Meet de verbrandingswaarden (ketel in bedrijfsstatus).
18. Noteer de resultaten van de metingen en de vervangen onderdelen op
het controleformulier.
19. Voer een eindcontrole van de werking uit en voltooi alle controles.
Voor meer informatie, zie
Instellen van de brander, pagina 49
Branderstoring
Tab.44
Kleur van de LED op de resetknop
Rood
Opgelet
De regel- en veiligheidseenheid is een veiligheidsinrichting die niet
mag worden geopend.
1. Houd de resetknop van de regel- en veiligheidseenheid 1 seconde
ingedrukt.
Belangrijk
Als de resetknop 3 seconden ingedrukt wordt gehouden, gaat de
brander over in de foutmodus.
Belangrijk
De resetknop is alleen actief wanneer de regeleenheid is
ingeschakeld.
Voor meer informatie, zie
Werkingscyclus regeleenheid, pagina 18
Brander in de onderhoudstand zetten
1. Koppel de elektrische connector los van de aansluiting.
Status van de brander
Brander defect
MW-6000727-1
7719533 - v02 - 27112018
MW-6000722-2