2
Veiligheid
Neem de onderstaande aanwijzingen voor uw eigen
veiligheid in acht.
2.1
Reglementair gebruik
De brander mag enkel in de Logano GB125 en latere
modellen van dit type ingebouwd worden:
De volautomatisch werkende brander voldoet aan de
eisen van de normen DIN EN 230 of DIN EN 267.
Elke brander wordt in de fabriek "warm getest" en vooraf
ingesteld op het betreffende nominale ketelvermogen
(zie etiket op brander), zodat bij de eerste
inbedrijfstelling enkel een controle van de
branderinstellingen, met eventueel een bijstelling of
aanpassing aan de plaatselijke omstandigheden
gedaan hoeft te worden.
2.2
Opbouw van de aanwijzingen
Er wordt onderscheid gemaakt tussen twee
gevarenniveaus, die allebei door een afzonderlijk
signaalwoord aangeduid worden:
LEVENSGEVAAR
Wijst op een gevaar dat eventueel van het
product uitgaat en dat kan leiden tot zwaar
WAARSCHUWING!
lichamelijk letsel, zelfs met de dood tot
gevolg, wanneer onvoldoende
voorzorgsmaatregelen genomen worden.
GEVAAR VOOR
VERWONDINGEN/SCHADE AAN DE
INSTALLATIE
OPGELET!
Wijst op een situatie die potentieel
gevaarlijk is en die zou kunnen leiden tot
licht en matig lichamelijk letsel of materiële
schade.
Verdere symbolen voor het markeren van gevaren en
aanwijzingen voor de gebruiker:
LEVENSGEVAAR
door elektrische stroom.
WAARSCHUWING!
AANWIJZING VOOR DE GEBRUIKER
Tips voor een optimaal gebruik van de
toestellen en een optimale instelling,
evenals andere nuttige informatie.
Logatop BE 1.3 en 2.3 GB125 - Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden.
2.3
Neem deze aanwijzingen in acht
LEVENSGEVAAR
door vergiftiging.
Een ontoereikende luchttoevoer kan
WAARSCHUWING!
leiden tot het ontsnappen van gevaarlijke
rookgassen.
Wanneer u de verwarmingsinstallatie in
gebruik neemt, mogen de luchttoevoer-
en afvoeropeningen niet afgesloten
zijn. De diameters van de luchttoevoer-
en afvoeropeningen moeten
overeenstemmen met de berekende
waarden.
Wanneer de luchttoevoer- en
afvoeropeningen niet voldoen aan de
eisen, mag de verwarmingsinstallatie
niet in werking gesteld worden.
BRANDGEVAAR
door ontvlambare materialen of
vloeistoffen.
WAARSCHUWING!
Zorg ervoor, dat er zich bij het begin
van de werkzaamheden geen
ontvlambare materialen of vloeistoffen
bevinden in de onmiddellijke nabijheid
van de verwarmingsketel.
SCHADE AAN DE BRANDER
door verontreinigde verbrandingslucht.
OPGELET!
Vermijd sterke stofvorming.
SCHADE AAN DE INSTALLATIE
door verstopte filters.
OPGELET!
Filters die direct na het vullen van de tank
verstopt raken, kunnen erop wijzen dat het
door het vullen opgewervelde slib
aangezogen werd.
Vertel aan uw klant dat de
verwarmingsinstallatie tijdens het
vullen van de tank uitgeschakeld moet
worden en dat er ook na het vullen een
wachttijd van ten minste 6 uur in acht
genomen moet worden.
Veiligheid
2
5