7
Brander inspecteren en onderhouden
7
Brander inspecteren en onderhouden
In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe de brander moet
worden geïnspecteerd en onderhouden.
Inspectie- en onderhoudsprotocol invullen (zie
hoofdstuk 7.12 "Inspectie- en onderhoudsprotocol",
pagina 34).
Bij het begin van de inspectie en het onderhoud moet u
de meetwaarden opnemen wanneer de brander draait.
Voor de daarna volgende inspectie- of
onderhoudswerkzaamheden moet u de
verwarmingsinstallatie buiten werking stellen.
AANWIJZING VOOR DE GEBRUIKER
Wisselstukken kan u steeds bij het filiaal
van Buderus verkrijgen.
7.1
Meetwaarden opnemen, eventueel
corrigeren
Neem de meetwaarden conform punt 1 van het
onderhoudsprotocol op (zie hoofdstuk 6.6
"Meetwaarden opnemen of corrigeren", pagina 20).
Noteer de meetwaarden (zie hoofdstuk 7.12
"Inspectie- en onderhoudsprotocol", pagina 34).
Als de verwarmingsketel kamerluchtonafhankelijk
functioneert met een concentrische geleiding van de
luchttoevoer en de rookgasafvoer, moet de dichtheid
van de rookgasleiding gecontroleerd worden (zie
hoofdstuk 6.6.3 "Dichtheid van de rookgasinstallatie
controleren", pagina 21).
7.2
Branderkap en brander controleren
Controleer of er op de branderdeur en de brander
aan de buitenzijde vuil of beschadigingen zitten.
Let met name op stof, corrosie, defecte olieleidingen
of stroomkabels en een beschadigde behuizing of
mantel.
7.3
Brandermotor op werking testen,
eventueel vervangen
Test de werking van de brandermotor en controleer
de werkingsgeluiden.
Wanneer er werkingsgeluiden hoorbaar zijn, duidt dit op
een beschadiging van de lagers.
Vervang de brandermotor.
26
Logatop BE 1.3 en 2.3 GB125 - Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden.