Ultra DX
Montage-, installatie- en gebruikershandleiding
Let op de volgende punten in de onderstaande installatieschema's met elektromechanische regeling:
Let op de gegevens over types en aanleg van leidingen met inachtneming van VDE 0100.
Zonder *: NYM-J. Het noodzakelijke aantal aders incl. beschermingsleiding is op de leiding aangegeven. Diameters zijn
niet aangegeven, omdat de leidinglengte in de berekening van de diameter wordt opgenomen.
Met *: J-Y(ST)Y 0,8mm, max. 100 m tussen toerentalregelaar en de laatste luchtverwarmer, vanaf 20 m afscherming
eenzijdig aanbrengen. Uit de buurt van krachtstroomleidingen aanleggen.
Met **: Sensorleiding 1,5 mm², bijv. J-Y(ST) Y 4 x 2 x 0,8 mm, max. 100 m. Uit de buurt van krachtstroomleidingen aan-
leggen.
Met ***: J-Y(ST) Y 0,8 mm, max. 50 m. Uit de buurt van krachtstroomleidingen aanleggen.
Met ****: J-Y(ST) Y 0,8 mm, max. 100 m. Uit de buurt van krachtstroomleidingen aanleggen.
Bij gebruik van andere leidingtypes moeten deze ten minste gelijkwaardig zijn.
De aansluitklemmen van het apparaat zijn geschikt voor een maximale aderdiameter van 2,5 mm².
Bij gebruik van aardlekschakelaars moeten voor de types 44xx5x en 45xx56 ten minste mengfrequentiegevoelig (type F)
en voor alle andere types ten minste alstroomgevoelig (type B) zijn. Bij inschakeling van de voedingsspanning van het
apparaat kunnen impulsvormige laadstromen van de condensators in het geïntegreerde EMC-filter leiden tot activering
van aardlekbeveiligingen.
Bij het ontwerp van de bouwzijdige netvoeding en beveiliging moet met de elektrische gegevens rekening worden ge-
houden.
27