Installatie
4.1.2
Graafmachineophanging: UBA
De verbinding met de drager (graafmachine) wordt
gemaakt via de UBA universele
graafmachineophanging.
Tussen de draaikop en de ophanging van de
graafmachine moet een veilige verbinding
(borgschroef met stopmoer) worden gemaakt.
1.
Universele ophanging van de graafmachine
UBA
2.
Borgschroef met stopmoer*
3.
slingerrem
4. draaiende kop
* De afstelling van de borgmoer heeft invloed op de
bewegingssnelheid van de slingerrem.
Door het losdraaien van de vier borgschroeven kan
de openingsbreedte tussen de buspennenhouder
naar wens worden gewijzigd (). Verwijder hiervoor
beide contactdozen, draai ze 180° (zie pijlen), plaats
ze weer terug en zet ze vast met de borgschroef.
•
1. Borgschroeven
•
2. Hydraulische draaikop
4.1.3
Aan de machine gebouwdee constructie met insteekzakken (option)
•
Om een verbinding tussen vorkheftruck en insteekzak aan te brengen worden de vorken van de
vorkheftruck in de insteekzakken gebracht en vastgezet door middel van de arreteringsschroeven die
door een in de tanden aan te brengen gat gestoken worden, of door middel van een ketting of een touw
dat door de ogen op de insteekzakken en om het dozenrek van de vorkheftruck gelegd moet worden.
•
Deze verbinding moet tot stand gebracht worden omdat anders de insteekzak bij het optillen van de
vorken van de heftruck kan glijden. GEVAAR OP ONGEVALLEN.
5140.0036
Vorken
1
vorkheftruck
2 Arreteerschroef
3 Insteekzak
4 Touw of ketting
2
3
4
1
2
V2
1
1
15 / 42
NL