6 Installatie
Afb.29 Sifon aanbrengen
3
4
Afb.30 Condensafvoerleiding aansluiten
6.3
Olie-aansluiting
34
EFU C
6.2.4 Sifon monteren
1. Plaats de plastic vulring op de sifon.
2. Plaats de schroef in de plastic vulring.
3. Plaats de borgmoer op de condensoruitlaat.
4. Breng de pakking aan op de condensoruitlaat.
5. Steek de sifoninlaat in de pakking gemonteerd op de condensoruit
6. Draai de moer aan.
7. Draai de schroef vast in de condensornippel zonder deze te force
1
2
MW-5000114-2
6.2.5 Condensafvoerleiding aansluiten
Gebruik een neutraliseringsinstallatie om een pH te bereiken hoger dan
6,5 (conform aan de geldende voorschriften).
Voer het condenswater via een sifon rechtstreeks af in de het binnenriole
ringssysteem. Gezien de hoge zuurgraad (pH 2.5 tot 3) moet de conden
safvoer zijn gemaakt van daarvoor geschikte kunststof.
1. Installeer een flexibele afvoerpijp met een binnendiameter van mini
2. Leg de condensafvoerpijp met een zodanig verval dat het water zon
3. Monteer een stankafsluiter of sifon in de afvoerpijp.
pH > 6,5
MW-1000134-1
6.3.1 Algemeen
De verbrander wordt geleverd met een dubbele stookolieverbinding be
staande uit een opvoerslang en een andere slang voor terugvoer naar de
tank.
Controleer of de stookolie in de opslagtank huisbrand stookolie is. Als
het om huisbrandolie gaat met een biobrandstof mengsel, mag dat niet
meer dan 10% zijn.
Het gebruik van een drijvende aanzuigfilter wordt sterk aanbevolen om
het aanzuigen van bezinksel van de bodem van de tank te voorkomen.
Als de ketel wordt vervangen, moet de opslagtank worden gereinigd.
laat.
ren.
maal 32 mm die uitmondt in de het binnenrioleringssysteem.
der probleem via de sifon naar het binnenrioleringssysteem kan
weglopen. Het verval van de afvoerpijp moet minstens 30 mm per
meter bedragen voor een maximale horizontale lengte van 5 meter.
Toelichting
Maak geen vaste aansluitingen om onderhoud van de sifon moge
lijk te maken.
Toelichting
Loos het condenswater niet in een dakgoot.
7611888 - v01 - 28092015