Werking van de cd-speler
SOURCE/
POWER
Voorkeuzezendertoetsen
Normale weergave en pauze
1
Plaats een cd. De cd-speler begint de cd weer te
geven vanaf de eerste track.
Op het display ziet u het nummer van de track. Als
de laatste track weergegeven is, keert de speler
terug naar de eerste track.
2
Als er reeds een disk in de cd-speler zit, drukt u op
de SOURCE/POWER-toets om de cd-modus te
kiezen.
3
Druk op de
-toets om de weergave van de cd
tijdelijk te stoppen.
Om de weergave te hernemen, drukt u nogmaals
op de toets
.
14 -
NL
4
5
6
Muzieksensor (overslaan)
1
Druk één keer kort op de
weergave van de cd om terug te keren naar het
begin van de huidige track. Als u naar vorige tracks
wenst te gaan, drukt u herhaaldelijk op deze toets
tot u de gewenste track bereikt.
Druk één keer op de
van de volgende track te gaan. Als u naar
volgende tracks wenst te gaan, drukt u
herhaaldelijk op deze toets tot de gewenste track
wordt bereikt.
M
De muzieksensor is actief tijdens weergave of pauze.
Snel voor- en achterwaarts
zoeken
1
Houd de
of
vooruit of achteruit te gaan tot u het gewenste
gedeelte van de track bereikt.
Herhaalde weergave
1
Druk op de 4 (
)-toets om de huidige track
herhaaldelijk weer te geven.
De indicator RPT verschijnt op het display en de
track wordt herhaaldelijk weergegeven.
Druk opnieuw op de 4 (
herhaalde weergave uit te schakelen.
M
• Als een cd-wisselaar aangesloten is en als de modus
RPT ALL wordt geselecteerd, herhaalt het toestel alle
tracks op de geselecteerde disk (enkel CDM-
9825RB/CDM-9823RR/CDM-9823R).
RPT
RPT ALL
Als een cd-wisselaar voor 6 disks aangesloten is
(enkel CDM-9825RB/CDM-9823RR/CDM-9823R):
Druk op de F/SETUP-toets zodat de indicator
FUNC oplicht, en ga dan naar stap 1.
Druk op de F/SETUP-toets om terug te keren naar de
normale modus.
De indicator FUNC dooft.
-toets tijdens de
-toets om naar het begin
-toets ingedrukt om snel
)-toets om de
(OFF)