Menu: Configuratie
Sensortypen / Correcties
Sensortype collector
Instelling van het gebruikte opnemer-
type voor B6 en B61. De regelaar
maakt gebruik van de overeenkomstige
temperatuurkarakteristiek. Een tabel-
overzicht van temperaturen en de
daarbij behorende weerstanden is aan
het eind van dit document in de sectie
'sensorwaarde' te vinden.
Sensorcorrecties
De meetwaarde van de collector-
sensor kan gecorrigeerd worden.
Gebouw - tijdconstante
Al naar gelang de massa van een
gebouw (bouwwijze van het gebouw),
verandert de ruimtetemperatuur-
verschillen snel bij veranderende
buitentemperatuur.
Door de 'tijdconstante gebouw' wordt
de reactiesnelheid van de aangevoerde
waarde bij wisselende buiten-
temperatuur beïnvloed.
Leiding gewenste waarde
Wordt niet gebruikt.
Installatie vorstbescherming
Bij ingeschakelde vorstbescherming
schakelen de pompen afhankelijk van
de actuele buitentemperatuur in,
ondanks dat er geen warmtevraag
aanwezig is.
Opmerking: Het uitschakelen van de
vorstbescherming kan tot vorstschade
aan de verwarmingsinstallatie en het
gebouw leiden.
Regelnr.
Bedieningsregel
6097
Sensortype collector
6098
Collectorsensor correctie
6099
Collectorsensor 2 correctie
6100
Buitentemperatuur sensor
correctie
6104
Sensortype zonne-aanvoer/
retour
Sensortype zonne-aanvoer/retour
Instelling voor de keuze van sensoren
B63 en B64.
Regelnr.
Bedieningsregel
6110
Tijdconstante gebouw
Voorbeeld:
> 20h
De ruimtetemperatuur reageert zeer
traag op buitentemperatuurschomme-
lingen.
Regelnr.
Bedieningsregel
6117
Centrale leiding van de
gewenste waarde
Regelnr.
Bedieningsregel
6120
Installatie vorstbescherming
Buitentemperatuur
Pomp
...-4° C
Continue IN
-5...1,5° C
Ca. iedere 6 uur gedurende 10 min.
IN
1,5° C...
Continue UIT
Fabrieksinstelling
NTC
0 ° C
0 ° C
0 ° C
0.0 ° C
Fabrieksinstelling
5 h
5 - 20h
Deze instelling kan voor de meeste
gebouwen gekozen worden.
< 5h
De ruimtetemperatuur reageert zeer
snel op buitentemperatuurschommelin-
gen.
Fabrieksinstelling
5 ° C
Fabrieksinstelling
Uit
Grafiek
ON
takt
OFF
69