nl Programma's
10.2 Tijdsduur wijzigen
U kunt de tijdsduur altijd wijzigen.
▶
Met de draaiknop de tijdsduur veranderen.
a De werking wordt voortgezet.
10.3 Magnetron-combi-functie wijzigen
U kunt de grillstand tijdens het gebruik wijzigen.
1.
Schakel met over naar de combi-functie.
11 Programma's
Met de programma's helpt u uw apparaat bij de berei-
ding van verschillende gerechten en kiest u automa-
tisch de optimale instellingen.
11.1 Aanwijzingen bij de instellingen voor
gerechten
Volg deze aanwijzingen op om een optimaal berei-
dingsresultaat te behalen.
¡ Gebruik alleen levensmiddelen van onberispelijke
kwaliteit.
¡ Gebruik diepvriesgerechten direct uit de diepvries.
¡ Haal de levensmiddelen uit de verpakking en weeg
de levensmiddelen af. Wanneer u het exacte ge-
wicht op het apparaat niet kunt instellen, dan rondt
u het gewicht naar boven af.
¡ Gebruik uitsluitend vormen voor magnetron geschik-
te vormen, bijv. van glas of keramiek.
¡ Zet de levensmiddelen in de onverwarmde binnen-
ruimte.
Ontdooien
¡ Levensmiddelen vlak en verdeeld in porties bij
-18°C invriezen en bewaren.
¡ Leg de diepvriesproducten op een ondiepe vorm,
bijvoorbeeld een glazen of porseleinen bord.
¡ Het kan zijn dat levensmiddelen na beëindigen van
het programma nog niet volledig zijn ontdooid. De
levensmiddelen kunnen echter goed verder worden
verwerkt.
¡ Bij het ontdooien van vlees of gevogelte ontstaat
vloeistof. Verwijder bij het keren de vloeistof. Verder
niet gebruiken of met andere levensmiddelen in
contact laten komen.
¡ Gehakt dat al ontdooid is na het keren verwijderen.
¡ Gevogelte in zijn geheel eerst met de borstzijde en
stukken gevogelte eerst met de kant van het vel op
de vorm leggen.
Groente
¡ Verse groente: in stukken van gelijke grootte snij-
den. Voeg per 100 g één eetlepel water toe.
¡ Diepvriesgroente: alleen geblancheerde, niet voor-
gekookte groente is geschikt. Diepvriesgroente met
roomsaus is niet geschikt. 1 tot 3 eetlepels water to-
evoegen. Bij spinazie en rode kool geen water toe-
voegen.
Aardappelen
¡ Aardappels om te koken: snijd deze in stukken van
gelijke grootte. Voeg per 100 g twee eetlepels water
en een beetje zout toe.
40
2.
Stel met de draaiknop de gewenste combi-functie
in.
a De tijdsduur blijft ongewijzigd.
a De werking wordt voortgezet.
Opmerking: Bij het wijzigen van de functie van grill
naar combi-functie en omgekeerd, gaat het apparaat in
de pauze-modus. De werking wordt niet voortgezet.
Om de functie te kiezen, met
ten.
¡ Aardappels in de schil: gebruik aardappels van geli-
jke grootte. Wassen en meerdere gaatjes in de schil
prikken. Nog vochtig in een vorm zonder water
doen.
¡ Aardappels in de oven: aardappels van gelijke
grootte gebruiken. Wassen, drogen en meerdere
gaatjes in de schil prikken.
Rijst
¡ Gebruik geen zilvervliesrijs of rijst in kookzakjes.
¡ Twee tot twee en een half keer de hoeveelheid wa-
ter bij de rijst doen.
Gevogelte
¡ Gebruik alleen kipdelen die op koelkasttemperatuur
zijn.
¡ Leg kipdelen met de huidzijde naar boven op het
rooster.
Rusttijd
Sommige gerechten moeten na het einde van het pro-
gramma nog even rusten in de binnenruimte.
Gerecht
Groente
Aardappelen
Rijst
11.2 Programma instellen
1.
Druk op
.
a Het apparaat is klaar voor gebruik.
2.
Druk op
.
a Het display geeft de functies weer.
3.
Met de draaiknop "Programma's" kiezen.
4.
Druk op
a Het display toont het eerste programma.
5.
Stel het gewenste programma in met de draaiknop.
a Het display toont een voorgestelde waarde voor het
gewicht.
6.
Druk op
7.
Stel het gewenste gewicht in met de draaiknop.
8.
Druk op
a Het display toont de bereidingsinstructie.
9.
Druk op
.
a Het programma wordt gestart.
a Op het display loopt de tijdsduur af.
de werking hervat-
Rusttijd
ca. 5 minuten
ca. 5 minuten
Eerst het water dat ont-
staan is afgieten
ca. 5-10 minuten