Alarmlijst
Alarmmeldingen bevestigen
Het bevestigen van een alarm kan geen kwaad. Als de
oorzaak van het alarm blijft bestaan, verschijnt het alarm
opnieuw.
Een geactiveerd alarm kan worden bevestigd in menu
9.7 (servicemenu) door de HBS 16 uit en in te schakelen
met de schakelaar (SF1). Let op: als de stroom wordt in-
geschakeld, start de warmtepomp weer op met een
vertraging van 30 minuten.
Als het alarm niet kan worden gereset met behulp van
de schakelaar (SF1), kan de bedrijfsstand "Alleen bijver-
Alarm met automatische reset
A l a r m n r .
Alarmtekst op de dis-
play
70
Laag condensor uit
71
Hoog KF
72
Antivries HX
73
Bevr.besch.
75
Huidige grens
76
Com.alarm
77
Ontdooien onderbroken
78
Bescherming
Alarm maximaalthermostaat
Het volgende alarm blokkeert zowel de AMS 10 als de bijverwarming.
A l a r m n r .
Alarmtekst op de dis-
play
3
TB-alarm
HBS 16 alarm
De volgende alarmen blokkeren de AMS 10. Bijverwarming draait op min. toegestane aanvoertemperatuur.
A l a r m n r .
Alarmtekst op de dis-
play
4
BE stroomuitval
5
Laag condensor uit
Activeert alarm
Als condensoraanvoer (BT12) lager ligt dan 5 °C.
Als de condensoraanvoer warmer dan 60 C is en
er meer dan 120 seconden zijn verstreken na
overschakelen op het afgiftesysteem.
Als de lage druk lager is dan 0,65 MPa (6,5 bar)
in de koelstand.
Als de buitentemperatuur onder 0 °C zakt en de
bedrijfsmodus geen verwarming toestaat.
Te hoge stroomafgifte van het huis.
Communicatie met één of meer platen mislukt.
Als de temperatuur in de boiler te laag is (lage
druk is lager dan 0,5 MPa (5,0 bar) tijdens ont-
dooien.
Overschreden limietwaarde
Beschrijving
Maximaalthermostaat in de tank is geactiveerd.
Beschrijving
Geen spanning naar buitendeel vanaf de HBS
16.
Te lage temperatuur uit vanuit de condensor.
Treedt op als alarm 70 binnen een uur 3 keer
optreedt.
NIBE™ SPLIT
warming" worden geactiveerd om weer een normaal
temperatuurniveau in het huis te krijgen.
De eenvoudigste manier om dit te doen is de knop "Be-
drijfsstand" gedurende 7 seconden ingedrukt te houden.
Voorzichtig!
Wanneer er meerdere malen een alarmsignaal gege-
ven wordt, betekent dit dat er een fout in de installa-
tie is.
Reset alarm
- Als condensoraanvoer hoger ligt dan 14 °C tij-
dens koelen.
- Als ontdooien is gestopt. Als het ontdooien het
alarm heeft veroorzaakt (condensoraanvoer tij-
dens ontdooien is ca. 10 °C).
- Als condensor uit lager ligt dan 51 °C.
- Als de lage druk hoger is dan 0,83 MPa (8,3 bar)
en condensor uit groter dan 14 graden is.
- Als de buitentemperatuur stijgt tot boven 1 °C.
- Als de stroomafgifte afneemt.
- Als de fout is verholpen.
- Als ontdooien is gestopt.
- Als ontdooien is gestopt.
Kan de volgende oorzaken hebben:
- De maximaalthermostaat is tijdens transport
geactiveerd.
- Hoge temperatuur in de tank
- Doorgeslagen zekering (L2)
Kan de volgende oorzaken hebben:
- Doorgeslagen zekering (L3)
- Geactiveerde automatische zekering (-FA2)
- Lage temperatuur tijdens koeling
- Laag debiet tijdens koeling
Diversen
Alarmlijst
65