Diversen
Bediening
Menu 8.2.0 [N] Instel autom bedrijf
In de bijbehorende submenu's worden instellingen voor
de automatische stand ingevoerd.
Menu 8.2.1 [N] Functie E bijverw.
Hier wordt geselecteerd bij welke bedrijfsstand de elektri-
sche bijverwarming warmtapwater mag produceren en
indien nodig moet verwarmen.
Instelbereik: Uit, Verwarming, Verwarming + Koeling,
Koeling
Standaardwaarden: Verwarming
Menu 8.2.2 [N] Vrijgave E bijverw.
Wordt geselecteerd als elektrische bijverwarming moet
worden gebruikt voor productie warmtapwater en verwar-
ming.
Instelbereik: Uit, Aan
Standaardwaarde: Uit
Menu 8.2.3 [U] Stop T verwarming
De gemiddelde buitenluchttemperatuur waarbij de
warmtepomp (in automatische stand) de warmteproductie
moet stopzetten.
Als de gemiddelde buitenluchttemperatuur daalt tot onder
Stop T verwarming – Hysteresis (menu 8.2.5), start de ver-
warming weer.
Instelbereik: 1 – 43 °C
Standaardwaarde: 17 °C
Menu 8.2.4 [U] Start T koeling
De gemiddelde buitenluchttemperatuur waarbij de
warmtepomp (in automatische stand) de koeling moet
starten.
Als de gemiddelde buitentemperatuur hierboven komt,
Start T koeling (menu 8.2.5), start de koeling.
Als de gemiddelde buitenluchttemperatuur daalt tot onder
Start T koeling – Hysteresis (menu 8.2.5), stopt de koeling.
Instelbereik: 10 – 43 °C
Standaardwaarde: 25 °C
Menu 8.2.5 [U] Hysteresis
Zie menu 8.2.3 en menu 8.2.4. Beïnvloedt ook regeling
met ruimtesensor.
Instelbereik: 1,0 – 10,0
Standaardwaarde: 1,0
Menu 8.2.6 [N] Terug
Terug naar menu 8.2.0.
Menu 8.3.0 [U] Vermogensregeling
In de bijbehorende submenu's worden instellingen inge-
voerd en gegevens afgelezen m.b.t. de vermogensschake-
laar.
Menu 8.3.1 [U] Zekering waarde
Hier wordt de instelling weergegeven die is gekozen voor
de EBV-kaart (AA22) knop (R24).
Menu 8.3.2 [U] Max verm E element
Hier wordt de instelling weergegeven die is gekozen voor
de EBV-kaart (AA22) knop (R25).
58
Menu 8.3.3 [U] Stroom fase 1
Hier wordt de gemeten stroom van fase 1 weergegeven.
Als de waarde daalt tot onder 2,8 A, wordt "laag" weerge-
geven.
Menu 8.3.4 [U] Stroom fase 2
Hier wordt de gemeten stroom van fase 2 weergegeven.
Als de waarde daalt tot onder 2,8 A, wordt "laag" weerge-
geven.
Menu 8.3.5 [U] stroom fase 3
Hier wordt de gemeten stroom van fase 3 weergegeven.
Als de waarde daalt tot onder 2,8 A, wordt "laag" weerge-
geven.
Menu 8.3.6 [U] Omzetwaarde EBVtrafo
Op basis van de voor de EBV-kaart gebruikte stroomsenso-
ren moet de omzetwaarde worden gedefinieerd.
Instelbereik: 100 – 1250
Standaardwaarde: 300
Menu 8.3.7 [U] Terug
Terug naar menu 8.3.0.
Menu 8.5.0 [U] WW en Verw periodes
In de submenu's bij dit menu worden de periodes voor
verwarming en warmtapwaterproductie ingesteld.
Menu 8.5.1 [U] periode duur
Hier wordt de duur van de warmtapwaterproductie en
verwarming ingesteld.
Instelbereik: 5 – 60 min
Standaardwaarde: 60 min
Menu 8.5.2 [U] Max WW periodetijd
Hier wordt geselecteerd welk deel van de periodetijd
(menu 8.5.1) moet worden gebruikt voor warmtapwater-
productie als zowel verwarming als warmtapwater nodig
zijn.
Instelbereik: 0 – 60 min
Standaardwaarde: 40 min
Menu 8.5.3 [U] Terug
Terug naar menu 8.5.0.
Menu 8.6 [N] Terug
Terug naar menu 8.0.
9.0 [S] Service menu
Menu 9.1.0 [S] Warmtepomp instel
In de submenu's bij dit menu worden instellingen voor de
AMS 10 verricht.
Menu 9.1.1 [S] GM start WP verw
Instelling graadminuten voor starten van warmtepomp,
verwarming.
Instelbereik: -120 – 0
Standaardwaarde: -60
NIBE™ SPLIT