Voor de installateur
Elektrische installatie
Verbinding tussen de HBS 16 en de AMS 10-16
De kabel tussen de eenheden moet worden aangesloten
tussen klemmenstrook voor ingaande voeding (TB) in de
AMS 10-16 en klemmenstrook (X2) in de HBS 16 via kabel-
doorvoer (UB2).
Voorzichtig!
De AMS 10-16 moet worden geaard voordat de be-
drading tussen de eenheden wordt aangesloten.
De bedrading moet zo worden bevestigd dat de
klemmenstrook niet wordt belast.
Schaallengte van leiding is 8 mm.
AMS 10-16
Sluit fase (bruin), nul (blauw) en de aarde (geel/groen)
aan volgens de illustratie.
L
N
1
2
3
L
N
2
3
34
N
L
1
2
3
PE
L
N
2
3
Verbinding tussen de HBS 16 en de HE 30, HEV
300, HEV 500
De kabel tussen de eenheden moet worden aangesloten
tussen de klemmenstrook voor uitgaande elektriciteit (X4)
in de HBS 16 en klemmenstrook X100 in de HE 30, HEV
300, HEV 500.
Striplengte van leiding is 12 mm.
(AMS 1
PE
NIBE™ SPLIT