CR 3 A2
4. Druk verschillende keren op Omlaag (4) of op Omhoog (2) om de gewenste belichtingswaarde te
markeren en druk ter bevestiging op OK (5).
5. Druk tot slot op M (3) om het menu te sluiten. Nadat u het menu hebt gesloten, verandert de
voorbeeldweergave op het display (13) zodanig dat u snel kunt zien hoe de ingestelde
correctiewaarde zich vertaalt naar de opname.
U kunt een belichtingswaarde kiezen tussen – 2 en + 2 in stappen van 1/3 belichtingswaarde.
Als het beeld te licht is, selecteert u een negatieve waarde voor belichtingscorrectie.
Als het beeld te donker is, selecteert u een positieve waarde voor belichtingscorrectie.
Houd er rekening mee dat de belichtingscompensatie die u hier instelt, ook van toepassing zal
zijn op video's als u overschakelt naar de video-opnamemodus.
10. Weergeven
U kunt gemaakte video's en foto's weergeven op het display om te controleren of het resultaat naar wens
is.
U kunt de opgenomen video's ook afspelen op een computer of een televisie. Zie ook
'Opnamen overzetten op een computer' op pagina 150 en 'Opnamen weergeven op een
televisie' op pagina 150.
Video's en foto's weergeven:
1. Zet de dashcam aan door op de aan/uit-knop (8) te drukken. Of de dashcam schakelt automatisch in
zodra deze stroom krijgt, als u de auto-oplader of een optionele USB-voedingsadapter hebt aangesloten.
2. Druk op OK (5) om de opname te stoppen.
3. Druk verschillende keren op de knop Modus (6) totdat het menu Weergeven verschijnt.
Het laatst opgenomen bestand (video of foto) verschijnt nu.
4. Druk verschillende keren op de knoppen Omhoog (2) of Omlaag (4) totdat de opname die u wilt
weergeven verschijnt.
Als de geselecteerde opname een video is, verschijnt het pictogram
het display. Als de geselecteerde opname een foto is, verschijnt het pictogram
linkerbovenhoek van het display.
132 - Nederlands
in de linkerbovenhoek van
in de