Deze l nen worden weergegeven als het stuurwiel meer dan 90°
wordt gedraaid vanuit de middenstand.
C
Toyota Parking Assist-sensor
Geeft een indicator weer op het scherm en laat een zoemer
klinken wanneer er door een sensor een object wordt gesigna‐
leerd. (Zie de "handleiding van de auto" voor meer informatie
over de Toyota Parking Assist-sensor.)
D
Waarschuwing voor bewegende objecten
Als de waarschuwing voor bewegende objecten voertuigen in de
buurt en/of obstakels voor of achter de auto signaleert, wordt
er op het scherm een indicator weergegeven.
E
Toets scherm uitschakelen
Hiermee kunt u het camerascherm uitschakelen en terugkeren naar
het voorgaande scherm, b voorbeeld het navigatiescherm.
F
Toets voor het w zigen van de weergavemodus
Telkens wanneer de toets wordt gekozen, w zigt de weergavemo‐
dus.
G
Toets w zigen r l nen
Telkens wanneer de toets wordt gekozen, w zigt de r l nmo‐
dus.
H
Toets automatische weergave
Hiermee kunt u de automatische weergavemodus in- of uitscha‐
kelen. Als de selectiehendel in stand D of N staat, worden
het groothoekbeeld voor en het panoramabeeld of de Clearance
View/Cornering View en het panoramabeeld automatisch weergege‐
ven overeenkomstig de r snelheid.
I
Toets voor persoonl ke voorkeursinstelling
Hiermee kunt u instellingen w zigen, zoals het automatisch
weergeven van de Cornering View, de carrosseriekleur en de de‐
tectieafstand van de Toyota Parking Assist-sensor.
J
Icoon vuildetectie camera
Dit icoon wordt weergegeven wanneer er vuil op de camera wordt
gesignaleerd.
K
PKSB (Parking Support Brake)
Wanneer er een obstakel wordt gesignaleerd waarmee u in botsing
zou kunnen komen, dan wordt er een melding op het scherm weer‐
gegeven. (Zie de "handleiding van de auto" voor meer informatie
over PKSB (Parking Support Brake).)
8-3. Panoramic View Monitor (auto's met Advanced Park)
*1
8
359