38
Instellen van de zoemer (vanaf productiedatum 0812)
Met geopende deur gelijktijdig op de toets S3 en de hoofdschakelaar drukken. De LED boven toets S3
knippert. Door op de toets S3 te drukken kan de zoemer geactiveerd of gedesactiveerd worden. Door
het uitschakelen van het apparaat wordt de instelling bewaard.
Memory elektronica
De elektronica heeft een geheugen, dat het laatst geselecteerde programma registreert. Als bij de pro-
grammastart niets anders wordt gekozen, wordt het laatst geselecteerde programma uitgevoerd.
Stroomstoring
De elektronica heeft een stroomstoringsgeheugen, dat garandeert dat bij een stroomstoring of een pro-
grammaonderbreking het begonnen afwasprogramma kan worden voortgezet.
Sensoren
Alle uitgaande signalen van de deurschakelaar, de niveauschakelaar, de NTC-voeler en de tekortscha-
kelaars worden op het gepaste ogenblik door de microprocessor geregistreerd en geëvalueerd.
Verbruikers
De verbruikers zoals kleppen, afwasmiddel-
en
glansspoelmiddeldosering
worden door een triac aangestuurd. De cir-
culatiepomp, de ledigingspomp en het door-
stroomverwarmingselement worden door
een relais ingeschakeld.
A
= actuator doseerinrichting
B
= uitloopklep warmtewisselaar
C
= vulklep
D
= regenereerklep
E
= R106, R108 glansspoelmiddel-
tekort
F
= R100, R102 NTC
G
= R112, R114 zouttekort
(actuator)
Servicehandboek
Uitsluitend voor intern gebruik