Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Speciale Functies; Algemene Opmerkingen M.b.t. De Besturing - Kuppersbusch 450 Series Servicehandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

10
4.2.3

Speciale functies

Instelling hardheidsbereik
Toets S3 ingedrukt houden en apparaat inschakelen. De zouttekort-LED knippert. Met de programma-
LED's wordt de ingestelde waarde (zie tabel) aangetoond. Met elke druk op de toets S3 wordt de instel-
waarde een stap verhoogd. Bij het uitschakelen van het apparaat wordt de waarde bewaard.
°dH
0
0 - 6
1
7 - 16
2
17 - 21
3
22 - 35
Standaardinstelling = 2
4.2.4

Algemene opmerkingen m.b.t. de besturing

Waterkraan gesloten
Na 6 minuten van het programmaverloop blijft het apparaat in het programma staan (opvragen vulposi-
tie). Bij de besturing brandt de LED van het gekozen programma constant. De besturing blijft zo lang in
deze positie tot het vulpeil is bereikt.
Regenereer-elektronica
De elektronica bepaalt aan de hand van de op het apparaat ingestelde waterhardheid de hoeveelheid
water die mogelijk is tot de onthardingsinstallatie is uitgeput. De doorgeleide waterhoeveelheid wordt be-
rekend. Na het bereiken van het maximum aantal mogelijke spoelbeurten, wordt geregenereerd. Het ge-
drag van de regenereer-elektronica vindt u in de beschrijving Eerste ingebruikneming / Vervangen van
de elektronica.
Warmwaterherkenning
Als het inlopende water bij het glansspoelen warmer dan 45°C is, wordt de warmtewisselaar voor de
droogfase niet gevuld. Om ervoor te zorgen dat het nodige temperatuurverschil voor condensatie groot
genoeg is, wordt de temperatuur voor het glansspoelen tot 72°C verhoogd en wordt zo de eigen warmte
van het vaatwerk versterkt.
Memory elektronica
De elektronica heeft een geheugen, dat het laatst geselecteerde programma registreert. Als bij de pro-
grammastart niets anders wordt gekozen, wordt het laatst geselecteerde programma uitgevoerd.
Stroomstoring
De elektronica heeft een stroomstoringsgeheugen, dat garandeert dat bij een stroomstoring of een pro-
grammaonderbreking het begonnen afwasprogramma kan worden voortgezet.
Sensoren
Alle uitgaande signalen van de deurschakelaar, de niveauschakelaar, de NTC-voeler en de tekortscha-
kelaars worden op het gepaste ogenblik door de microprocessor geregistreerd en geëvalueerd.
Verbruikers
De verbruikers zoals kleppen, afwasmiddel- en glansspoelmiddeldosering (actuator) worden door een
triac aangestuurd. De circulatiepomp, de ledigingspomp en het doorstroomverwarmingselement worden
door een relais ingeschakeld.
°fH
°Clarke
0 - 11
0 - 8
12 - 29
9 - 20
30 - 37
21 - 26
38 - 60
27 - 44
mmol / l
L2
0 - 1,1
O
1,2-2,9
3,0 - 3,7
3,8 - 6,2
Servicehandboek
LED's
L3
L4
O
O
O
O
O
Uitsluitend voor intern gebruik

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave