5-6. Sequentieregeling en "down slope"-instelling
1
5
2
7
8
6
Pulsregeling
Zie hoofdstuk 5-7.
De sequentieregeling is alleen beschikbaar
als een TIG-proces wordt gebruikt.
Kies TIG-lassen, volgens hoofdstuk 5-3.
1
LED's van sequentieregeling
2
Weergave van stroom en parameters
3
Knop voor instellen van o.a. de lasstroom
4
Sequentieparameter-schakelaar
Om de parameters van de sequentieregeling
3
te bereiken drukt u kort op schakelaar voor
de sequentieparameters. De geselecteerde
parameters verschijnen op de meter en de
betreffende LED's.
Met de draaiknop kunt u de waarde van
de geselecteerde parameter veranderen.
De ingestelde waarde is te zien op de
meterdisplay.
5
Gasvoorstroomtijd
Stel met behulp van de knop de tijdsduur in
dat er gas stroomt voordat de boog start.
Standaardinstelling = 0,2 s (minimaal 0 s,
maximaal 2,0 s).
6
Startstroom
4
Hiermee kunt u een startstroom instellen
die afwijkt
De standaardwaarde
(Het minimum is 10% of het eerder
ingestelde minimum, het maximum in 90%
of het eerder ingestelde maximum.)
7
Stijgtijd
Kies met behulp van de regelknop de
hoeveelheid
startstroomsterkte naar de lasstroomsterkte
te gaan. Zet deze tijd op 0 om hem uit te
schakelen.
0 seconden (minimaal 0 s, maximaal 10 s).
8
Daaltijd
Kies met behulp van de regelknop de
hoeveelheid tijd om van de lasstroomsterkte
naar de eindstroomsterkte te gaan. Zet deze
tijd op 0 om hem uit te schakelen.
De standaardwaarde
(minimaal 0 s, maximaal 10 s).
Toepassing:
De daaltijd (slope down time) moet worden
gebruikt bij het TIG-lassen van materialen die
gevoelig zijn voor barsten en en/of wanneer
de gebruiker geen krater op het einde van de
las wil hebben.
9
Eindstroom
Hiermee stelt u de waarde in waar de
lasstroom
De standaardwaarde
(Het minimum is 10% of het eerder
ingestelde minimum, het maximum in 90%
of het eerder ingestelde maximum.)
10 Nagastijd
Hiermee stelt u in hoelang het gas blijft
nastromen om het lasbad te beschermen.
10
9
van
de
lasstroom.
is
40
procent.
tijd
om
van
de
De
standaardwaarde
is
is
0
seconden
geleidelijk
naartoe
gaat.
is
30
procent.
OM-260311 Pagina 23