NL
MILIEUBESCHERMING
Dit toestel is gekenmerkt in overeenstemming met Richtlijn 2012/19/EU
betreffende afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (WEEE). Na
uitputting van de levensduur van het toestel dient u ervoor zorgen dat dit
toestel volgens de voorschriften wordt afgevoerd, zodat alle mogelijke
negatieve gevolgen voor het milieu en de volksgezondheid worden
voorkomen.
Het symbool
op het toestel of op de bijbehorende documentatie van
het toestel geeft aan dat dit toestel niet mag worden beschouwd als
huishoudelijk afval. Het toestel moet worden afgevoerd naar een
verzamelpunt voor recycling van afgedankte elektrische en elektronische
apparatuur. Bij het afvoeren dient u de lokale voorschriften betreffende het
afvoeren van afval na te leven. Neemt u voor meer informatie over de
behandeling, verwerking en recycling van dit toestel contact op met de
gemeentelijke afvalverwerkingsdienst of met de winkel waar u het toestel
hebt gekocht.
TECHNISCHE BESCHRIJVING
De boiler is geschikt voor huishoudelijk gebruik en voorziet in de
verwarming van water uit het waterleidingnet voor divers gebruik op
hetzelfde moment – keuken, badkamer e.a.
Het te verwamen water moet voldoen aan de voorschriften voor
huishoudelijk water, in het bijzonder: het gehalte aan chloriden moet minder
dan 250 mg/l zijn; het elektrische geleidingsvermogen moet tussen de 100
µS/cm en 2000 µS/cm liggen voor de boilers met geëmailleerd
waterreservoir, en onder de 600 µS/cm voor boilers met een waterreservoir
van chroom-nikkel-staal. De waterdruk in de waterleiding tussen de 0,1
МРа en 0,5 МРа liggen. Wanneer de druk in de waterleiding hoger dan 0,5
МРа is, zie de aanbevelingen in het hoofdstuk betreffende de aansluiting tot
de waterinstallatie. Er zijn speciale boilermodellen in productie voor regio's
waar de druk in de waterleiding oploopt tot 1 МРа.
De waterreservoirs van de toestellen zijn beschermd tegen corrosie door
een hoogwaardige emaillaag of zijn gemaakt van hoogwaardig chroom-
nikkel (corrosiebestendig) staal. In het geëmailleerde waterreservoir zijn
tevens anodes van een speciale legering ingebouwd die het waterreservoir
beschermen.
De buitenste schil van het toestel is gemaakt van staal met een epoxy
polymeer coating en de thermische isolatie is gemaakt van CFK-vrij
polyurethaanschuim.
Op afb. 1-3 wordt een schematische beeld van de basismodellen en
modificaties weergegeven. Technische gegevens vindt u in tabel 1-2. Alle
afbeeldingen en tabellen staan aan het begin van deze handleiding.
De boiler-modellen en hun modificaties worden aangeduid met een cijfer of
met aanvullende letters en cijfers:
Het basismodel wordt slechts met een cijfer aangeduid – boiler met
џ
geëmailleerd waterreservoir voor verticale montage, afb. 1 en 1a.
„А" – in de boiler met geëmailleerd waterreservoir is een anodetester
џ
ingebouwd – indicator voor de prestatie van de roestwerende
bescherming en de slijtage van de anode, fig. 1b.
„Н" – het waterreservoir van het toestel is gemaakt van chroom-nikkel
џ
gelegeerd staal.
„Х" – de boiler mag slechts horizontaal worden gemonteerd.
џ
„B" – de horizontale boiler wordt geleverd met beugels voor de
џ
ophanging.
„S" – in het waterreservoir zijn één warmtewisselaars ingebouwd om
џ
water door een alternatieve warmtebron te verwarmen (lokale
waterverwarming, zonnecollector of dergelijke), afb. 3. De boilers met
warmtewisselaar, geschikt voor horizontale montage, zijn voorzien
van aanvullende lettercombinaties, nl. van de type „XBS", afb. 2.
„R" – de uitlaten van de warmtewisselaar, en/of de leidingen voor koud
џ
en warm water, van sommige verticale en horizontale boilers bevinden
zich aan de rechterzijde van het aan de wand geïnstalleerde toestel.
„L" – de buizen van koud en warm water van sommige horizontale
џ
boilers bevinden zich aan de linkerzijde van het aan de wand
geïnstalleerde toestel.
„D", „DC" – in de boilers zijn 2 elektrische warmtewisselaars
џ
ingebouwd, gelegen in speciale pijpen aan de flens van het
waterreservoir. Hierdoor wordt de veiligheid van het toestel en de
corrosieweerstand verhoogd. „D" – buisvormig metalen
verwarmingselement, tot 1,6 kW voor 30 en 50 l., tot 2 kW voor 80 en
100 l. en tot 2,4 kW voor de anderen. „DC" – keramisch
verwarmingselement, 1,5 kW voor 50 l. en tot 2.2 kW voor de andere.
„Е" en „Еk" – de boiler is voorzien van een elektronisch
џ
bedieningspaneel („Е"). Een toestel met warmtewisselaars is voorzien
van een elektronisch bedieningspaneel van de verwarmer en van de
inrichtingen ter controle van de waterloop van de warmtedrager („Еk"),
afb. 1c. Deze toestellen zijn voorzien van een aanvullende
handleiding voor het gebruik van het elektronische bedieningspaneel.
„W"; „WG", en „WDG" - de waterverwarming is met nieuw ontwerp van
џ
de shell. „W" - Het toestel is uitgerust met een tuimelschakelaar (voor
het aanzetten / uitzetten van het verwarmingselement) en met extra
LED-indicatie voor het bedienen van het verwarmingselement. „WG" -
het toestel is alleen uitgerust met LED-indicatie voor de werking van
het verwarmingselement. Algemene weergave van deze wijzigingen
wordt getoond in figuur 1d.
Het elektrische vermogen van de boilers (uitgezonderd degene met de
letters „D" en„DC") is 1,5 kW voor 30 l., tot 2 kW voor 50 l. en tot 3 kW voor de
anderen.
Het exacte en volledige modelnummer, de aangegeven operationele
parameters en het serienummer van de gekochte boiler zijn vermeld op het
aangebrachte plaatje.
Boilers voor verticale montage. De boilers van deze modellen zijn
geschikt voor montage in verticale positie met de buizen voor koud en warm
water naar beneden gericht, afb. 1.
Boilers voor horizontale montage. De boilers van deze modellen zijn
geschikt voor montage in horizontale positie, overeenkomstig het model en
nummer schema, afb. 2.
Boilers met warmtewisselaar. De boilers van deze modellen verminderen
het elektriciteitsverbruik dankzij de ingebouwde warmtewisselaar. De plaats
van de uitlaten van de warmtewisselaar/s en hun basis montageafstanden
zijn weergegeven op afb. 2,3 en tabellen 1a, en 2. Door middel van de
ingebouwde warmtewisselaar kan een groter deel van het water in het
waterreservoir worden verwarmd via een aanvullende, alternatieve bron
van elektriciteit– lokale of centrale verwarming, zonnecollectoren en
dergelijke. Om de efficiëntie van de warmtewisselaar te verhogen, wordt
aangeraden de warmtedrager aan te drijven met een circulatiepomp. Als
koelvloeistof kan water worden gebruikt met een afwijkend samenstelling
en prestatiewaarden, maar binnen de toegestane grenzen die zijn bepaald
in de lokale regelgeving met betrekking tot water. De temperatuur van de
warmtedrager mag niet hoger zijn dan 85 °С. En in zijn circuit moet een
besturingseenheid worden gemonteerd met een dergelijke
temperatuurinstelling dat die de activering van de thermoschakelaar van
het elektrische verwarmingstoestel niet toelaat tijdens de normale werking.
De druk van de warmtedrager in de warmtewisselaars mag de aangegeven
werkdruk van de verwarmer niet overschrijden.
M O N TA G E VA N D E B O I L E R A A N D E
KAMERWAND
De boiler mag alleen in een kamer met standaardbrandtest en een
temperatuur die altijd boven de 0 °С ligt worden geïnstalleerd. Het is
noodzakelijk een sifon aan te brengen die aangesloten is op de riolering,
omdat bij normaal gebruik van de boiler wel druipwater van de
v e i l i g h e i d s k l e p k a n w e g d r u p p e l e n . D e s i f o n z a l
onderhoudswerkzaamheden de boiler vergemakkelijken, met name
wanneer het nodig is dat het waterreservoir leeg wordt gemaakt.
Bij de bevestiging van de boiler moet men rekening houden met de aard en
het materiaal van de wand, de afmetingen van het toestel, de wijze van
bevestiging, de positie van de elementen voor ophanging en zijn buizen, de
bescherming tegen het binnenlekken van water. Deze informatie staat
vermeld op het plaatje met het fabrieksnummer. Het toestel moet worden
geïnstalleerd op een plaats waar het beschermd zal zijn tegen contact met
41
NL