11.1 De vaatwas- en droogresultaten zijn niet naar tevredenheid
Probleem
Slechte wasresultaten.
Slechte droogresulta‐
ten.
Witte strepen of een
blauwe waas op de gla‐
zen en borden.
Vlekken en droge wa‐
terdruppels op de gla‐
zen en borden.
De binnenkant van het
apparaat is nat.
Opvallend veel schuim
tijdens het wassen.
Roestresten op het be‐
stek.
Resten van het vaat‐
wasmiddel in het do‐
seerbakje voor het
vaatwasmiddel aan het
einde van het program‐
ma.
Geuren in het appa‐
raat.
Mogelijke oorzaak en oplossing
•
Raadpleeg de Dagelijks gebruik, Aanwijzingen en tips voor het laden van de
korven.
•
Gebruik een intensiever wasprogramma.
•
Activeer de optie Extra power om de wasresultaten van een geselecteerd pro‐
gramma te verbeteren.
•
Maak de openingen in de sproeiarm en de filters schoon. Zie Onderhoud en
reiniging.
•
Serviesgoed heeft te lang in het gesloten apparaat gestaan. Activeer AirDry
om het automatisch openen van de deur in te stellen en de droogprestatie te
verbeteren.
•
Het glansspoelmiddel is op of de dosering is niet voldoende. Vul het glansmid‐
deldoseerbakje of stel de dosering in op een hoger niveau.
•
De kwaliteit van het glansspoelmiddel kan de oorzaak zijn.
•
Gebruik altijd glansmiddel, zelfs met multitabletten.
•
Plastic voorwerpen moeten mogelijk met een handdoek worden afgedroogd.
•
Het programma heeft geen droogfase. Raadpleeg de programmatabel.
•
De vrijgegeven hoeveelheid glansspoelmiddel is te hoog. Pas de dosering aan
naar een lager niveau.
•
De hoeveelheid vaatwasmiddel is te hoog.
•
De vrijgegeven hoeveelheid glansmiddel is niet voldoende. Pas de dosering
aan naar een hoger niveau.
•
De kwaliteit van het glansspoelmiddel kan de oorzaak zijn.
•
Dit is geen defect van het apparaat. Vochtigheid condenseert op de wanden
van het apparaat.
•
Gebruik de vaatwasmiddelen die specifiek zijn bedoeld voor gebruik in vaat‐
wassers.
•
Gebruik een vaatwasmiddel van een andere fabrikant.
•
Spoel de vaat niet voor onder stromend water.
•
Er zit te veel zout in het water dat voor het wassen wordt gebruikt. Raadpleeg
de instelling van de waterontharder.
•
Zilver en roestvrijstalen bestek zijn samen geplaatst. Plaats zilveren en roest‐
vrijstalen voorwerpen niet dicht bij elkaar.
•
De vaatwastablet zat klem in het doseerbakje en is daardoor niet wegge‐
spoeld door het water.
•
Water kan het vaatwasmiddel niet uit het doseerbakje wegspoelen. Controleer
of de sproeiarmen niet geblokkeerd of verstopt zijn.
•
Controleer of de voorwerpen in de rekken het deksel van het doseerbakje voor
het vaatwasmiddel niet belemmeren.
•
Raadpleeg het hoofdstuk Onderhoud en reiniging.
•
Start het programma Machine Care met een ontkalker of een reinigingspro‐
duct bestemd voor vaatwassers.
NEDERLANDS
23