Aantal
Instellingen
5
Toetstonen
1)
Raadpleeg de informatie in dit hoofdstuk voor meer details.
U kunt de basisinstelling in de
instellingsmodus wijzigen. Instructies voor het
configureren van het apparaat vindt u
verderop in dit hoofdstuk.
Wanneer het apparaat in de
instellingenmodus staat, toont het display een
cijfer en een letter. Voor elke instelling wordt
een speciale letter weergegeven. De speciale
letters zijn aangegeven in de tabel.
De volgorde van de basisinstellingen die in
de tabel worden weergegeven, is dezelfde
volgorde van de instellingen in
instellingenmodus.
6.1 Instellingsmodus
Instellingenmodus ingaan
U kunt de instellingenmodus ingaan voordat
een programma start. U kunt de
instelllingenmodus niet ingaan als er een
programma draait.
Om de instellingenmodus in te gaan, houdt u
tegelijkertijd 30min en ECO ingedrukt
gedurende ongeveer 3 seconden.
• De lampjes die verband houden met
60min, 90min en Intensive zijn aan.
• Het display toont de huidige waarde
van de eerste beschikbare instelling.
Navigeren in de instellingenmodus
Gebruik de programmatoetsen om in de
instellingenmodus te navigeren.
• 60min - Vorige-knop
• 90min - OK-knop
• Intensive - Volgende-knop
Gebruik Vorige en Volgende om te
schakelen tussen de basisinstellingen en om
hun waarde te wijzigen. Gebruik OK om in de
gekozen instelling te gaan en de gewijzigde
waarde te bevestigen.
Waarden
Omschrijving 1)
1F (aan)
Activeren of deactiveren van het geluid van de
0F (uit)
knoppen als je ze indrukt.
Fabrieksinstelling. 1F.
Een instelling wijzigen
Zorg dat het apparaat in de instellingsmodus
staat.
1. Gebruik Vorige of Volgende om de
Het display toont de huidige instellingswaarde
(een cijfer en de speciale letter).
2. Druk op OK om de instelling te
De huidige instelling knippert.
3. Druk op Vorige of Volgende om de
4. Druk op OK om de instelling te
5. Druk tegelijkertijd op 30min en ECO en
Het apparaat keert terug naar de
programmakeuze.
Opgeslagen instellingen blijven geldig totdat
u ze opnieuw wijzigt.
6.2 Waterontharder
De waterontharder verwijdert mineralen van
de watertoevoer die een nadelige invloed
hebben op de wasresultaten en het apparaat.
Hoe hoger het gehalte van deze mineralen,
des te harder is je water. Waterhardheid
wordt gemeten in gelijkwaardige schalen.
De waterontharder moet worden aangepast
aan de hardheid van het water in jouw
omgeving. Je plaatselijke waterleidingbedrijf
kan je adviseren over de hardheid van het
water in jouw omgeving.
Stel ongeacht het gebruikte type wasmiddel
het juiste waterontharderniveau in om goede
gewenste instelling te selecteren.
bevestigen.
waarde te veranderen.
bevestigen.
• De nieuwe instelling is opgeslagen.
• Het apparaat keert terug naar de
basisinstellingenlijst.
houd ze ongeveer 3 seconden ingedrukt
om de instellingenmodus te verlaten.
NEDERLANDS
11