Normaliter hoeft u geen aandacht te besteden aan de batterij en hoeft u deze ook
niet op te laden. Een batterij gaat echter niet eeuwig mee. Als de batterij leeg raakt,
gaan de datum, tijd en configuratiegegevens (waaronder ook de wachtwoorden)
verloren. Er verschijnt dan een foutmelding wanneer u de computer aanzet.
Raadpleeg "Kennisgeving lithiumbatterij" op pagina vi voor meer informatie over
het vervangen en weggooien van de batterij.
U vervangt de batterij als volgt:
10. Gebruik het programma IBM BIOS Setup om de datum, de tijd en de wacht-
Een vergeten wachtwoord wissen (CMOS wissen)
Dit gedeelte heeft betrekking op vergeten of verloren wachtwoorden. Meer infor-
matie over dit onderwerp vindt u in Access IBM.
Opmerking: In sommige modellen is een POV-dochterkaart geïnstalleerd op de
1. Zet de computer en alle randapparatuur uit.
2. Ontkoppel het netsnoer en verwijder de kap. Zie "De kap verwijderen" op
pagina 56.
3. Kijk waar de batterij zich bevindt. Zie "Onderdelen van de systeemplaat" op
pagina 57.
4. Verwijder, indien nodig, adapters die de toegang tot de batterij verhinderen.
Zie "Adapters installeren" op pagina 60.
5. Verwijder de oude batterij.
6. Installeer de nieuwe batterij.
7. Plaats adapters die u verwijderd hebt om toegang te krijgen tot de batterij
weer terug. Zie "Adapters installeren" op pagina 60 voor instructies voor het
vervangen van adapters.
8. Zet de kap terug en sluit het netsnoer weer aan. Zie "Kap terugplaatsen en
kabels aansluiten" op pagina 70.
Opmerking: Wanneer de computer voor de eerste keer wordt aangezet nadat
de batterij is vervangen, kan er een foutbericht worden afge-
beeld. Dit is normaal na het vervangen van de batterij.
9. Zet de computer en alle randapparatuur aan.
woorden in te stellen.
systeemplaat. In deze modellen wordt het wachtwoord opgeslagen in
Hoofdstuk 3. Typen 2296 en 8434
69