Download Print deze pagina

Advertenties

ThinkCentre
Handboek voor de gebruiker
Typen 8185, 8186, 8187, 8188, 8189
Typen 8190, 8192, 8193, 8194, 8195
Typen 8196, 8197, 8432, 8433

Advertenties

loading

Samenvatting van Inhoud voor IBM ThinkCentre 8185

  • Pagina 1 ™ ThinkCentre Handboek voor de gebruiker Typen 8185, 8186, 8187, 8188, 8189 Typen 8190, 8192, 8193, 8194, 8195 Typen 8196, 8197, 8432, 8433...
  • Pagina 3 ™ ThinkCentre Handboek voor de gebruiker Typen 8185, 8186, 8187, 8188, 8189 Typen 8190, 8192, 8193, 8194, 8195 Typen 8196, 8197, 8432, 8433...
  • Pagina 4 Opmerking Lees eerst “Veiligheidsvoorschriften” op pagina v en Bijlage E, “Kennisgevingen”, op pagina 119. Tweede uitgave (mei 2003) © Copyright IBM Corp. 2003.
  • Pagina 5 Overzicht ....ix Installatie van beveiligingsvoorzieningen. . . 40 Informatiebronnen . . ix Beveiligingssloten . . 41 Access IBM Predesktop Area . . ix Beugel . . 41 Het computermodel vaststellen . Geïntegreerd kabelslot . . 43 Wachtwoorden .
  • Pagina 6 . 99 Instellingen bekijken en wijzigen . . 99 Bijlage D. Lijst van CRU’s (Customer Het programma IBM BIOS Setup afsluiten . . 99 Wachtwoorden . . 100 replaceable units) ..117 Systeemwachtwoord .
  • Pagina 7 Ne mettez jamais un équipement sous tension en cas d’incendie ou d’inondation, ou en présence de dommages matériels. v Avant de retirer les carters de l’unité, mettez celle-ci hors tension et décon- nectez ses cordons d’alimentation, ainsi que les câbles qui la relient aux © Copyright IBM Corp. 2003...
  • Pagina 8 ATTENTION Danger d’explosion en cas de remplacement incorrect de la batterie. Remplacer uniquement par une batterie IBM de type ou d’un type équivalent recommandé par le fabricant. La batterie contient du lithium et peut exploser en cas de mauvaise utilisation, de mauvaise manipulation ou de mise au rebut inap- propriée.
  • Pagina 9 En cas de fuite de gaz, n’utilisez jamais un téléphone situé à proximité de la fuite. Verklaring van conformiteit met laserrichtlijnen Sommige IBM PC-modellen worden standaard geleverd met een CD-ROM-station of een DVD-station. CD-ROM-stations en DVD-stations zijn ook los als optie te verkrijgen. CD-ROM-stations en DVD-stations zijn laserproducten. Deze stations...
  • Pagina 10 Als u de houder van het CD-ROM-station of het DVD-station opent, kunt u wor- den blootgesteld aan gevaarlijke laserstraling. Het CD-ROM-station of het DVD- station bevat geen onderdelen die moeten worden vervangen of onderhouden. Open de houder van het CD-ROM-station of het DVD-station niet. Sommige CD-ROM-stations of DVD-stations bevatten een ingebouwde laserdiode van klasse 3A of 3B.
  • Pagina 11 Voer uw machine type en -model in het veld Quick Path in en klik op Go. Access IBM Predesktop Area De Access IBM Predesktop Area is een startgebied voor een aantal tools die los van ® het Windows -besturingssysteem kunnen worden uitgevoerd. De Access IBM Predesktop Area biedt een gebruiksvriendelijke omgeving waarin u problemen kunt herstellen die er toe zouden kunnen leiden dat de computer niet meer werkt.
  • Pagina 12 Het computermodel vaststellen Zie Hoofdstuk 1, “Typen 8185, 8186 en 8192”, op pagina 1. Zie Hoofdstuk 2, “Typen 8187, 8188 en 8193”, op pagina 23. Zie Hoofdstuk 3, “Typen 8196 en 8197”, op pagina 47. Zie Hoofdstuk 4, “Typen 8189, 8190, 8194, 8195, 8432 en 8433”, op pagina 73.
  • Pagina 13 Systeemgegevens De volgende informatie is van toepassing op een aantal modellen. Voor een lijst van de functies voor uw model klikt u op Informatie in de Access IBM Predesktop Area. Zie “Access IBM Predesktop Area” op pagina ix. Microprocessor (varieert per modeltype) ®...
  • Pagina 14 RPL (Remote Program Load) en DHCP (Dynamic Host Configuration Protocol) v Wake on LAN v Wake on Ring (in het programma IBM BIOS Setup heet deze voorziening Serial Port Ring Detect voor een externe modem) v Beheer op afstand...
  • Pagina 15 1. De besturingssystemen die hier staan genoemd, worden op het moment dat deze publicatie ter perse gaat, onderworpen aan een compatibiliteitstest. Ook kan IBM na het verschijnen van dit boekje concluderen dat er nog meer besturingssystemen compatibel zijn met deze computer. Deze lijst is onderhevig aan wijzigingen. Om te controleren of een bepaald besturingssysteem is getest op compatibiliteit kunt u de website van de fabrikant van dat besturingssysteem raadplegen.
  • Pagina 16 Specificaties In dit gedeelte vindt u de fysieke specificaties van uw computer. Afmetingen Warmte-afgifte (bij benadering): Hoogte: 10,4 cm Minimumconfiguratie: 75 Watt Breedte: 36 cm Maximumconfiguratie: 200 Watt Diepte: 41,2 cm Luchtverplaatsing Gewicht Ongeveer 0,45 kubieke meter per minuut Minimumconfiguratie bij levering: 8,1 kg Geluidsniveau Maximumconfiguratie: 9,1 kg Voor microprocessors langzamer dan 2,8 GHz:...
  • Pagina 17 U kunt ook een van de volgende telefoonnummers bellen: v In de Verenigde Staten belt u 1-800-IBM-2YOU (1-800-426-2968). v In Canada belt u 1-800-565-3344 of 1-800-IBM-4YOU. v In alle overige landen neemt u contact op met uw IBM-leverancier of IBM- vertegenwoordiger. Benodigd gereedschap Als u bepaalde opties wilt installeren in de computer, hebt u een schroevendraaier nodig.
  • Pagina 18 v Zorg dat ook anderen de componenten niet aanraken. v Wanneer u een nieuwe optie installeert, houd dan de antistatische verpakking met de optie minstens 2 seconden tegen een metalen afdekplaatje van een uitbreidingssleuf of een ander ongeverfd metalen oppervlak op de computer. Hiermee vermindert u de statische lading van de verpakking en van uw lichaam.
  • Pagina 19 De plaats van de aansluitingen aan de achterkant van de com- puter In onderstaande afbeelding ziet u waar de aansluitingen zich aan de achterkant van de computer bevinden. 1 Muisaansluiting 8 AGP-sleuf 2 Parallelle poort 9 Audio-lijnuitgang 3 USB-aansluitingen 10 Microfoonaansluiting 4 Ethernet-aansluiting 11 USB-aansluitingen 5 Audiolijningang...
  • Pagina 20 Hierop kunt u een toetsenbord aansluiten dat geschikt is voor een standaardtoetsenbordaansluiting. Stuurprogramma’s U kunt stuurprogramma’s voor besturingssystemen die niet vooraf geïnstalleerd zijn, vinden op http://www.ibm.com/pc/support/ op Internet. Installatie-instruc- ties vindt u in de README-bestanden van de stuurprogramma’s. Handboek voor de gebruiker...
  • Pagina 21 De kap verwijderen Belangrijk Lees eerst “Veiligheidsvoorschriften” op pagina v en “Omgaan met apparaten die gevoelig zijn voor statische elektriciteit” op pagina 5 voordat u de kap verwijdert. U verwijdert de kap als volgt: 1. Sluit het besturingssysteem af, verwijder eventueel aanwezige media (diskettes, CD’s of banden) uit de stations en schakel alle aangesloten apparaten en de computer uit.
  • Pagina 22 De plaats van componenten In onderstaande afbeelding kunt u zien waar de verschillende onderdelen zich bevinden. 1 Voedingseenheid 5 DIMM 2 PCI-sleuf 6 Vaste-schijfstation 3 AGP-sleuf 7 CD-ROM-station of DVD-station 4 Steun 8 Diskettestation Onderdelen van de systeemplaat De systeemplaat, ook wel moederbord genoemd, is de hoofdprintplaat in de compu- ter.
  • Pagina 23 In de onderstaande afbeelding ziet u de plaats van de onderdelen op de systeem- plaat. 1 Microprocessor 11 SATA 2 IDE-aansluiting 2 DIMM-aansluiting 1 12 POV-kaart (Promise of value (bepaalde modellen) 3 DIMM-aansluiting 2 13 CMOS wis/herstel-jumper 4 DIMM-aansluiting 3 14 Batterij 5 DIMM-aansluiting 4 15 SCSI LED--aansluiting...
  • Pagina 24 v DIMM’s hebben een hoogte van 25,4 mm. Opmerking: Alleen DDR SDRAM DIMM’s kunnen worden gebruikt. U installeert een DIMM als volgt: 1. Verwijder de kap. Zie “De kap verwijderen” op pagina 9. 2. Kijkwaar de DIMM-aansluitingen zich bevinden. Zie “Onderdelen van de systeemplaat”...
  • Pagina 25 2. Kantel een van de stationsvakhendels naar voren en kantel de beugel van het stationsvak omhoog (zie afbeelding) totdat deze vastklikt. Herhaal deze proce- dure voor het volgende stationsvak. 3. Verwijder de steun door deze naar buiten uit de computer te trekken. 4.
  • Pagina 26 Zorg ook dat de interne stationskabels goed worden aangesloten op het geïnstal- leerde station. Stationsspecificaties De computer kan worden geleverd met de volgende door IBM geïnstalleerde sta- tions: v Een 3,5-inch diskettestation in vak 1. v Een CD-ROM- of DVD-station in vak 2 (bepaalde modellen) v Een 3,5-inch vaste-schijfstation in vak 3 Alle vakken waarin geen station is geïnstalleerd, zijn bedekt met een metalen...
  • Pagina 27 In onderstaande afbeelding ziet u waar de stationsvakken zich bevinden. Hieronder ziet u een overzicht van de stations die u in de vakken kunt installeren: 1 Vak 1 - Maximumhoogte: 25,8 mm (1 inch) 3,5-inch diskettestation (vooraf geïnstalleerd) 2 Vak 2 - Maximumhoogte: 43 mm (1,7 inch) CD-ROM-station of DVD-station (vooraf geïnstalleerd op sommige modellen) 3 Vak 3 - Maximumhoogte: 25,8 mm (1 inch) 3,5-inch vaste-schijfstation (vooraf geïnstal- leerd)
  • Pagina 28 6. Installeer het station in het vak. Zorg dat de schroefgaatjes op één lijn liggen en draai de twee schroeven vast. 7. Voor elk IDE (Integrated Drive Electronics)-station zijn twee kabels nodig; een 4-aderige voedingskabel om aan te sluiten op de voedingseenheid en een signaalkabel om aan te sluiten op de systeemplaat.
  • Pagina 29 Volgende stappen: v Als u met een andere optie wilt werken, gaat u naar het desbetreffende gedeelte. v Als u de installatie wilt voltooien, gaat u naar “Kap terugplaatsen en kabels aansluiten” op pagina 21. Installatie van beveiligingsvoorzieningen. Om diefstal en onbevoegd gebruik van de computer te voorkomen, kunt u gebruik maken van diverse beveiligingssloten.
  • Pagina 30 3. Druk op beide kanten van het ventilatiepaneel en neem het paneel uit de com- puter. 4. Schuif de beveiligingsbeugel door het achterpaneel, plaats vervolgens de moe- ren op de uiteinden van de beugel en draai ze vast met de moersleutel. 5.
  • Pagina 31 Wachtwoorden Om onbevoegd gebruik van de computer te verhinderen, kunt u met het pro- gramma IBM Setup Utility een wachtwoord instellen. Bij het aanzetten van de computer wordt u gevraagd het wachtwoord in te voeren; hierdoor wordt het toet- senbord ontgrendeld en kunt u de computer normaal gebruiken.
  • Pagina 32 Dit is normaal na het vervangen van de batterij. 9. Zet de computer en alle randapparatuur aan. 10. Gebruik het programma IBM BIOS Setup om de datum, de tijd en de wacht- woorden in te stellen.Zie Hoofdstuk 5, “Het programma IBM BIOS Setup gebruiken”, op pagina 99.
  • Pagina 33 Daarnaast kan het, afhankelijk van de optie die wordt geïnstalleerd, nodig zijn om te bevestigen dat de bijgewerkte informatie in het programma IBM BIOS Setup correct is. Voer de volgende stappen uit: 1.
  • Pagina 34 5. Hoe u de configuratie bijwerkt, leest u in Hoofdstuk 5, “Het programma IBM BIOS Setup gebruiken”, op pagina 99. Handboek voor de gebruiker...
  • Pagina 35 Systeemgegevens De volgende informatie is van toepassing op een aantal modellen. Voor een lijst van de functies voor uw model klikt u op Informatie in de Access IBM Predesktop Area. Zie “Access IBM Predesktop Area” op pagina ix. Microprocessor (varieert per modeltype) ®...
  • Pagina 36 RPL (Remote Program Load) en DHCP (Dynamic Host Configuration Protocol) v Wake on LAN v Wake on Ring (in het programma IBM BIOS Setup heet deze voorziening Serial Port Ring Detect voor een externe modem) v Beheer op afstand...
  • Pagina 37 2. De besturingssystemen die hier staan genoemd, worden op het moment dat deze publicatie ter perse gaat, onderworpen aan een compatibiliteitstest. Ook kan IBM na het verschijnen van dit boekje concluderen dat er nog meer besturingssystemen compatibel zijn met deze computer. Deze lijst is onderhevig aan wijzigingen. Om te controleren of een bepaald besturingssysteem is getest op compatibiliteit kunt u de website van de fabrikant van dat besturingssysteem raadplegen.
  • Pagina 38 Specificaties In dit gedeelte vindt u de fysieke specificaties van uw computer. Afmetingen Warmte-afgifte (bij benadering): Hoogte: 14 cm Minimumconfiguratie: 75 Watt Breedte: 42,5 cm Maximumconfiguratie: 230 Watt Diepte: 42,5 cm Luchtverplaatsing Gewicht Ongeveer 0,51 kubieke meter per minuut Minimumconfiguratie bij levering: 10,0 kg Geluidsniveau Maximumconfiguratie: 11,4 kg Gemiddelde geluidsproductie:...
  • Pagina 39 U kunt ook een van de volgende telefoonnummers bellen: v In de Verenigde Staten belt u 1-800-IBM-2YOU (1-800-426-2968). v In Canada belt u 1-800-565-3344 of 1-800-IBM-4YOU. v In alle overige landen neemt u contact op met uw IBM-leverancier of IBM- vertegenwoordiger. Benodigd gereedschap Als u bepaalde opties wilt installeren in de computer, hebt u een schroevendraaier nodig.
  • Pagina 40 v Wanneer u een nieuwe optie installeert, houd dan de antistatische verpakking met de optie minstens 2 seconden tegen een metalen afdekplaatje van een uitbreidingssleuf of een ander ongeverfd metalen oppervlak op de computer. Hiermee vermindert u de statische lading van de verpakking en van uw lichaam.
  • Pagina 41 De plaats van de aansluitingen aan de achterkant van de com- puter In onderstaande afbeelding ziet u waar de aansluitingen zich aan de achterkant van de computer bevinden. 1 Voedingsaansluiting 8 AGP-sleuf 2 Muisaansluiting 9 Audio-lijnuitgang 3 Parallelle poort 10 Microfoonaansluiting 4 USB-aansluitingen 11 USB-aansluitingen 5 Ethernet-aansluiting...
  • Pagina 42 Hierop kunt u een toetsenbord aansluiten dat geschikt is voor een standaardtoetsenbordaansluiting. Stuurprogramma’s U kunt stuurprogramma’s voor besturingssystemen die niet vooraf geïnstalleerd zijn, vinden op http://www.ibm.com/pc/support/ op Internet. Installatie-instruc- ties vindt u in de README-bestanden van de stuurprogramma’s. Handboek voor de gebruiker...
  • Pagina 43 De kap verwijderen Belangrijk: Lees eerst “Veiligheidsvoorschriften” op pagina v en “Omgaan met apparaten die gevoelig zijn voor statische elektriciteit” op pagina 27 voordat u de kap verwijdert. U verwijdert de kap als volgt: 1. Sluit het besturingssysteem af, verwijder eventueel aanwezige media (diskettes, CD’s of banden) uit de stations en schakel alle aangesloten apparaten en de computer uit.
  • Pagina 44 De plaats van componenten In onderstaande afbeelding kunt u zien waar de verschillende onderdelen zich bevinden. 1 CD-station of DVD-station 7 DIMM’s 2 USB-aansluiting 8 Microprocessor en koelelement 3 USB-aansluiting 9 AGP-sleuf 4 Optioneel stationsvak 10 Batterij 5 Vaste-schijfstation 11 PCI-sleuven 6 Diskettestation Onderdelen van de systeemplaat De systeemplaat, ook wel moederbord genoemd, is de hoofdprintplaat in de compu-...
  • Pagina 45 In de onderstaande afbeelding ziet u de plaats van de onderdelen op de systeem- plaat. 1 Microprocessor 11 SATA 2 IDE-aansluiting 2 DIMM-aansluiting 1 12 POV-kaart (Promise of value (bepaalde modellen) 3 DIMM-aansluiting 2 13 CMOS wis/herstel-jumper 4 DIMM-aansluiting 3 14 Batterij 5 DIMM-aansluiting 4 15 SCSI LED--aansluiting...
  • Pagina 46 v DIMM’s hebben een hoogte van 25,4 mm. Opmerking: Alleen DDR SDRAM DIMM’s kunnen worden gebruikt. U installeert een DIMM als volgt: 1. Verwijder de kap. Zie “De kap verwijderen” op pagina 31. 2. Mogelijk moet u eerst een adapter verwijderen voordat u bij de DIMM-sleuven kunt komen.
  • Pagina 47 2. Ontgrendel en verwijder het kapje en het afdekplaatje van de gewenste adaptersleuf. 3. Haal de adapter uit de antistatische verpakking. 4. Installeer de adapter in de juiste sleuf op de systeemplaat. 5. Installeer de grendel van het afdekplaatje van de adaptersleuf. Volgende stappen: v Als u met een andere optie wilt werken, gaat u naar het desbetreffende gedeelte.
  • Pagina 48 Zorg ook dat de interne stationskabels goed worden aangesloten op het geïnstal- leerde station. Stationsspecificaties De computer wordt geleverd met de volgende door IBM geïnstalleerde stations: v Een CD- of DVD-station in vak 1 (bepaalde modellen) v Een 3,5-inch vaste-schijfstation in vak 3 v Een 3,5-inch diskettestation in vak 4 Alle vakken waarin geen station is geïnstalleerd, zijn bedekt met een metalen...
  • Pagina 49 In onderstaande afbeelding ziet u waar de stationsvakken zich bevinden. Hieronder ziet u een overzicht van de stations die u in de vakken kunt installeren: 1 Vak 1 - Maximumhoogte: 43 mm (1,7 inch) CD-station of DVD-station (vooraf geïnstalleerd in sommige modellen) 5,25-inch vaste-schijfstation 2 Vak 2 - Maximumhoogte: 43 mm (1,7 inch) 5,25-inch vaste-schijfstation...
  • Pagina 50 4. Verwijder vervolgens het metalen plaatje van het stationsvak door het met een schroevendraaier voorzichtig los te wrikken. 5. Kantel de stationsvakhendel naar voren en kantel de beugel van het stationsvak omhoog (zie afbeelding) totdat deze vastklikt. 6. Zorg dat het station dat u installeert juist is ingesteld als master- dan wel slave- apparaat.
  • Pagina 51 7. Installeer het station in het vak. Zorg dat de schroefgaatjes op één lijn liggen en draai de vier schroeven vast. 8. Kantel de houder van het stationsvak weer terug op haar plaats. 9. Voor een vaste-schijfstation zijn twee kabels nodig; een voedingskabel om aan te sluiten op de voedingseenheid en een signaalkabel om aan te sluiten op de systeemplaat.
  • Pagina 52 2. Zoek de secundaire PATA IDE-aansluiting op de systeemplaat. Zie “Onderdelen van de systeemplaat” op pagina 32. 3. Sluit het ene uiteinde van de signaalkabel aan op het station en sluit het andere uiteinde aan op de secundaire PATA IDE-aansluiting op de systeemplaat. U voorkomt elektronische ruis door alleen de stekkers aan de uiteinden van de kabel te gebruiken.
  • Pagina 53 Beveiligingssloten In onderstaande afbeelding ziet u waar de beveiligingsvoorzieningen zich aan de achterkant van de computer bevinden. 1 Beugel 2 Geïntegreerd kabelslot Beugel Met een 5 mm-beugel, een stalen kabel en een hangslot kunt u de computer aan een bureau, tafel of ander vast voorwerp vastleggen. Voor computers waarop een beugel kan worden geplaatst vindt u aan de achterkant op het chassis twee doordrukpunten.
  • Pagina 54 5. Steek de kabel door de beugel en sla hem om een vast object. Maak vervolgens beide uiteinden van de kabel aan elkaar vast met een slot. Handboek voor de gebruiker...
  • Pagina 55 Wachtwoorden Om onbevoegd gebruik van de computer te verhinderen, kunt u met het pro- gramma IBM Setup Utility een wachtwoord instellen. Bij het aanzetten van de computer wordt u gevraagd het wachtwoord in te voeren; hierdoor wordt het toet- senbord ontgrendeld en kunt u de computer normaal gebruiken.
  • Pagina 56 Dit is normaal na het vervangen van de batterij. 9. Zet de computer en alle randapparatuur aan. 10. Gebruik het programma IBM BIOS Setup om de datum, de tijd en de wacht- woorden in te stellen.Zie Hoofdstuk 5, “Het programma IBM BIOS Setup gebruiken”, op pagina 99.
  • Pagina 57 4. Sluit de externe kabels en snoeren weer op de computer aan. Zie “Externe opties installeren” op pagina 28. 5. Hoe u de configuratie bijwerkt, leest u in Hoofdstuk 5, “Het programma IBM BIOS Setup gebruiken”, op pagina 99. Hoofdstuk 2. Typen 8187, 8188 en 8193...
  • Pagina 58 Handboek voor de gebruiker...
  • Pagina 59 Systeemgegevens De volgende informatie is van toepassing op een aantal modellen. Voor een lijst van de functies voor uw model klikt u op Informatie in de Access IBM Predesktop Area. Zie “Access IBM Predesktop Area” op pagina ix. Microprocessor (varieert per modeltype) ®...
  • Pagina 60 RPL (Remote Program Load) en DHCP (Dynamic Host Configuration Protocol) v Wake on LAN v Wake on Ring (in het programma IBM BIOS Setup heet deze voorziening Serial Port Ring Detect voor een externe modem) v Beheer op afstand...
  • Pagina 61 3. De besturingssystemen die hier staan genoemd, worden op het moment dat deze publicatie ter perse gaat, onderworpen aan een compatibiliteitstest. Ook kan IBM na het verschijnen van dit boekje concluderen dat er nog meer besturingssystemen compatibel zijn met deze computer. Deze lijst is onderhevig aan wijzigingen. Om te controleren of een bepaald besturingssysteem is getest op compatibiliteit kunt u de website van de fabrikant van dat besturingssysteem raadplegen.
  • Pagina 62 Specificaties In dit gedeelte vindt u de fysieke specificaties van uw computer. Afmetingen Warmte-afgifte (bij benadering): Hoogte: 39,8 cm Minimumconfiguratie: 75 Watt Breedte: 18 cm Maximumconfiguratie: 230 Watt Diepte: 40,2 cm Luchtverplaatsing Gewicht Ongeveer 0,68 kubieke meter per minuut maximaal Minimumconfiguratie bij levering: 7,6 kg Geluidsniveau Maximumconfiguratie: 9,97 kg...
  • Pagina 63 U kunt ook een van de volgende telefoonnummers bellen: v In de Verenigde Staten belt u 1-800-IBM-2YOU (1-800-426-2968). v In Canada belt u 1-800-565-3344 of 1-800-IBM-4YOU. v In alle overige landen neemt u contact op met uw IBM-leverancier of IBM- vertegenwoordiger. Benodigd gereedschap Als u bepaalde opties wilt installeren in de computer, hebt u een schroevendraaier nodig.
  • Pagina 64 v Wanneer u een nieuwe optie installeert, houd dan de antistatische verpakking met de optie minstens 2 seconden tegen een metalen afdekplaatje van een uitbreidingssleuf of een ander ongeverfd metalen oppervlak op de computer. Hiermee vermindert u de statische lading van de verpakking en van uw lichaam.
  • Pagina 65 De plaats van de aansluitingen aan de voorkant van de com- puter In onderstaande afbeelding ziet u waar de USB-aansluitingen zich aan de voorkant van de computer bevinden. 1 USB-aansluiting 2 USB-aansluiting Hoofdstuk 3. Typen 8196 en 8197...
  • Pagina 66 De plaats van de aansluitingen aan de achterkant van de com- puter In onderstaande afbeelding ziet u waar de aansluitingen zich aan de achterkant van de computer bevinden. 1 Voedingsaansluiting 8 USB-aansluitingen 2 Muisaansluiting 9 Ethernet-aansluiting 3 Toetsenbordaansluiting 10 Microfoonaansluiting 4 Seriële aansluiting 11 Audiolijnuitgang 5 Parallelle poort...
  • Pagina 67 Stuurprogramma’s U kunt stuurprogramma’s voor besturingssystemen die niet vooraf geïnstalleerd zijn, vinden op http://www.ibm.com/pc/support/ op Internet. Installatie-instruc- ties vindt u in de README-bestanden van de stuurprogramma’s. Hoofdstuk 3. Typen 8196 en 8197...
  • Pagina 68 De kap verwijderen Belangrijk Lees eerst “Veiligheidsvoorschriften” op pagina v en “Omgaan met apparaten die gevoelig zijn voor statische elektriciteit” op pagina 51 voordat u de kap verwijdert. U verwijdert de kap als volgt: 1. Sluit het besturingssysteem af, verwijder eventueel aanwezige media (diskettes, CD’s of banden) uit de stations en schakel alle aangesloten apparaten en de computer uit.
  • Pagina 69 De plaats van componenten In onderstaande afbeelding kunt u zien waar de verschillende onderdelen zich bevinden. 1 Microprocessor en koelelement 4 PCI-sleuven 2 DIMM’s 5 PCI-adapter 3 AGP-sleuf 6 Voedingseenheid Onderdelen van de systeemplaat De systeemplaat, ook wel moederbord genoemd, is de hoofdprintplaat in de compu- ter.
  • Pagina 70 In de onderstaande afbeelding ziet u de plaats van de onderdelen op de systeem- plaat. 1 Microprocessor 11 SATA 2 IDE-aansluiting 2 DIMM-aansluiting 1 12 POV-kaart (Promise of value (bepaalde modellen) 3 DIMM-aansluiting 2 13 CMOS wis/herstel-jumper 4 DIMM-aansluiting 3 14 Batterij 5 DIMM-aansluiting 4 15 SCSI LED--aansluiting...
  • Pagina 71 v DIMM’s hebben een hoogte van 25,4 mm. Opmerking: Alleen DDR SDRAM DIMM’s kunnen worden gebruikt. U installeert een DIMM als volgt: 1. Verwijder de kap. Zie “De kap verwijderen” op pagina 56. 2. Mogelijk moet u eerst een adapter verwijderen voordat u bij de DIMM-sleuven kunt komen.
  • Pagina 72 Adapters installeren In dit gedeelte leest u hoe u adapters kunt installeren of verwijderen. Uw compu- ter beschikt over drie uitbreidingssleuven voor PCI-adapters. U kunt adapters installeren met een lengte van maximaal 22,8 cm. U installeert als volgt een adapter: 1.
  • Pagina 73 5. Zet de adapter met de schroef vast zoals afgebeeld. Volgende stappen v Als u met een andere optie wilt werken, gaat u naar het desbetreffende gedeelte. v Als u de installatie wilt voltooien, gaat u naar “Kap terugplaatsen en kabels aansluiten”...
  • Pagina 74 Stationsspecificaties De computer wordt geleverd met de volgende door IBM geïnstalleerde stations: v Een CD- of DVD-station in vak 1 v Een 3,5-inch diskettestation in vak 3 v Een 3,5-inch vaste-schijfstation in vak 4 Alle vakken waarin geen station is geïnstalleerd, zijn bedekt met een metalen plaatje en een kunststof afdekplaatje.
  • Pagina 75 2. Als de computer een CD- of DVD-station heeft, moet u wellicht de signaal- en voedingskabels verwijderen uit het station. 3. Verwijder het afdekplaatje van het stationsvak door het met een schroeven- draaier voorzichtig los te wrikken. 4. Verwijder vervolgens het metalen plaatje van het stationsvak door het met een schroevendraaier voorzichtig los te wrikken.
  • Pagina 76 6. Installeer het station in het vak. Houd de schroefgaten op één lijn en zet het station met twee schroeven vast. 7. Voor een vaste-schijfstation zijn twee kabels nodig; een voedingskabel om aan te sluiten op de voedingseenheid en een signaalkabel om aan te sluiten op de systeemplaat.
  • Pagina 77 2. Zoek de secundaire PATA IDE-aansluiting op de systeemplaat. Zie “Onderdelen van de systeemplaat” op pagina 57. 3. Sluit het ene uiteinde van de signaalkabel aan op het station en sluit het andere uiteinde aan op de secundaire PATA IDE-aansluiting op de systeemplaat. U voorkomt elektronische ruis door alleen de stekkers aan de uiteinden van de kabel te gebruiken.
  • Pagina 78 Beveiligingssloten In onderstaande afbeelding ziet u waar de beveiligingsvoorzieningen zich aan de achterkant van de computer bevinden. 1 Beugel 2 Geïntegreerd kabelslot 3 Lus voor hangslot Beveiligingsbeugel Met een 5 mm-beugel, een stalen kabel en een hangslot kunt u de computer aan een bureau, tafel of ander vast voorwerp vastleggen.
  • Pagina 79 5. Steek de kabel door de beugel en sla hem om een vast object. Maak vervolgens beide uiteinden van de kabel aan elkaar vast met een slot. Hoofdstuk 3. Typen 8196 en 8197...
  • Pagina 80 Wachtwoorden Om onbevoegd gebruik van de computer te verhinderen, kunt u met het pro- gramma IBM Setup Utility een wachtwoord instellen. Bij het aanzetten van de computer wordt u gevraagd het wachtwoord in te voeren; hierdoor wordt het toet- senbord ontgrendeld en kunt u de computer normaal gebruiken.
  • Pagina 81 Dit is normaal na het vervangen van de batterij. 9. Zet de computer en alle randapparatuur aan. 10. Gebruik het programma IBM BIOS Setup om de datum, de tijd en de wacht- woorden in te stellen. Een vergeten wachtwoord wissen (CMOS wissen) Dit gedeelte heeft betrekking op vergeten of verloren wachtwoorden.
  • Pagina 82 Daarnaast kan het, afhankelijk van de optie die wordt geïnstalleerd, nodig zijn om te bevestigen dat de bijgewerkte informatie in het programma IBM BIOS Setup correct is. Voer de volgende stappen uit: 1.
  • Pagina 83 4. Sluit de externe kabels en snoeren weer op de computer aan. Zie “Externe opties installeren” op pagina 52. 5. Hoe u de configuratie bijwerkt, leest u in Hoofdstuk 5, “Het programma IBM BIOS Setup gebruiken”, op pagina 99. Belangrijk: Als het netsnoer de eerste keer wordt aangesloten, gaat de computer mogelijk een paar seconden aan en dan weer uit.
  • Pagina 84 Handboek voor de gebruiker...
  • Pagina 85 Systeemgegevens De volgende informatie is van toepassing op een aantal modellen. Voor een lijst van de functies voor uw model klikt u op Informatie in de Access IBM Predesktop Area. Zie “Access IBM Predesktop Area” op pagina ix. Microprocessor (varieert per modeltype) ®...
  • Pagina 86 RPL (Remote Program Load) en DHCP (Dynamic Host Configuration Protocol) v Wake on LAN v Wake on Ring (in het programma IBM BIOS Setup heet deze voorziening Serial Port Ring Detect voor een externe modem) v Beheer op afstand...
  • Pagina 87 v Vijf stationsvakken v Drie 32-bits PCI-adaptersleuven (peripheral component interconnect) v Eén AGP-uitbreidingssleuf (accelerated graphics port) Hoofdstuk 4. Typen 8189, 8190, 8194, 8195, 8432 en 8433...
  • Pagina 88 4. De besturingssystemen die hier staan genoemd, worden op het moment dat deze publicatie ter perse gaat, onderworpen aan een compatibiliteitstest. Ook kan IBM na het verschijnen van dit boekje concluderen dat er nog meer besturingssystemen compatibel zijn met deze computer. Deze lijst is onderhevig aan wijzigingen. Om te controleren of een bepaald besturingssysteem is getest op compatibiliteit kunt u de website van de fabrikant van dat besturingssysteem raadplegen.
  • Pagina 89 Specificaties In dit gedeelte vindt u de fysieke specificaties van uw computer. Afmetingen Warmte-afgifte (bij benadering): Hoogte: 41,3 cm Minimumconfiguratie: 75 Watt Breedte: 19,1 cm Maximumconfiguratie: 230 Watt Diepte: 40,6 cm Luchtverplaatsing Gewicht Ongeveer 0,68 kubieke meter per minuut Minimumconfiguratie bij levering: 9,1 kg Geluidsniveau Maximumconfiguratie: 11,4 kg Gemiddelde geluidsproductie:...
  • Pagina 90 U kunt ook een van de volgende telefoonnummers bellen: v In de Verenigde Staten belt u 1-800-IBM-2YOU (1-800-426-2968). v In Canada belt u 1-800-565-3344 of 1-800-IBM-4YOU. v In alle overige landen neemt u contact op met uw IBM-leverancier of IBM- vertegenwoordiger. Benodigd gereedschap Als u bepaalde opties wilt installeren in de computer, hebt u een schroevendraaier nodig.
  • Pagina 91 v Zorg dat ook anderen de componenten niet aanraken. v Wanneer u een nieuwe optie installeert, houd dan de antistatische verpakking met de optie minstens 2 seconden tegen een metalen afdekplaatje van een uitbreidingssleuf of een ander ongeverfd metalen oppervlak op de computer. Hiermee vermindert u de statische lading van de verpakking en van uw lichaam.
  • Pagina 92 De plaats van de aansluitingen aan de voorkant van de com- puter In onderstaande afbeelding ziet u waar de aansluitingen zich aan de voorkant van de computer bevinden. Opmerking: Niet alle computermodellen beschikken over de volgende aansluitin- gen. 1 IEEE 1394-aansluiting 4 USB-aansluiting 2 Microfoonaansluiting 5 USB-aansluiting...
  • Pagina 93 De plaats van de aansluitingen aan de achterkant van de com- puter In onderstaande afbeelding ziet u waar de aansluitingen zich aan de achterkant van de computer bevinden. 1 Voedingsaansluiting 8 USB-aansluitingen 2 Muisaansluiting 9 Ethernet-aansluiting 3 Toetsenbordaansluiting 10 Microfoonaansluiting 4 Seriële aansluiting 11 Audiolijnuitgang 5 Parallelle poort...
  • Pagina 94 Stuurprogramma’s U kunt stuurprogramma’s voor besturingssystemen die niet vooraf geïnstalleerd zijn, vinden op http://www.ibm.com/pc/support/ op Internet. Installatie-instruc- ties vindt u in de README-bestanden van de stuurprogramma’s. Handboek voor de gebruiker...
  • Pagina 95 De kap verwijderen Belangrijk Lees eerst “Veiligheidsvoorschriften” op pagina v en “Omgaan met apparaten die gevoelig zijn voor statische elektriciteit” op pagina 78 voordat u de kap verwijdert. U verwijdert de kap als volgt: 1. Sluit het besturingssysteem af, verwijder eventueel aanwezige media (diskettes, CD’s of banden) uit de stations en schakel alle aangesloten apparaten en de computer uit.
  • Pagina 96 De plaats van componenten In onderstaande afbeelding kunt u zien waar de verschillende onderdelen zich bevinden. 1 Microprocessor en koelelement 4 PCI-adapter 2 DIMM’s 5 Voedingseenheid 3 AGP-sleuf Onderdelen van de systeemplaat De systeemplaat, ook wel moederbord genoemd, is de hoofdprintplaat in de compu- ter.
  • Pagina 97 In de onderstaande afbeelding ziet u de plaats van de onderdelen op de systeem- plaat. 1 Microprocessor 11 SATA 2 IDE-aansluiting 2 DIMM-aansluiting 1 12 POV-kaart (Promise of value (bepaalde modellen) 3 DIMM-aansluiting 2 13 CMOS wis/herstel-jumper 4 DIMM-aansluiting 3 14 Batterij 5 DIMM-aansluiting 4 15 SCSI LED--aansluiting...
  • Pagina 98 v DIMM’s hebben een hoogte van 25,4 mm. Opmerking: Alleen DDR SDRAM DIMM’s kunnen worden gebruikt. U installeert een DIMM als volgt: 1. Verwijder de kap. Zie “De kap verwijderen” op pagina 83. 2. Mogelijk moet u eerst een adapter verwijderen voordat u bij de DIMM-sleuven kunt komen.
  • Pagina 99 2. Ontgrendel en verwijder het kapje en het afdekplaatje van de gewenste adaptersleuf. 3. Haal de adapter uit de antistatische verpakking. 4. Installeer de adapter in de juiste sleuf op de systeemplaat. 5. Installeer de grendel van het afdekplaatje van de adaptersleuf. Volgende stappen v Als u met een andere optie wilt werken, gaat u naar het desbetreffende gedeelte.
  • Pagina 100 Zorg ook dat de interne stationskabels goed worden aangesloten op het geïnstal- leerde station. Stationsspecificaties De computer wordt geleverd met de volgende door IBM geïnstalleerde stations: v Een CD- of DVD-station in vak 1 (bepaalde modellen) v Een 3,5-inch diskettestation in vak 3 v Een 3,5-inch vaste-schijfstation in vak 4 Alle vakken waarin geen station is geïnstalleerd, zijn bedekt met een metalen...
  • Pagina 101 In onderstaande afbeelding ziet u waar de stationsvakken zich bevinden. Hieronder ziet u een overzicht van de stations die u in de vakken kunt installeren: 1 Vak 1 - Maximumhoogte: 43 mm (1,7 inch) CD-station of DVD-station (vooraf geïnstal- leerd in sommige modellen) 5,25-inch vaste-schijfstation 2 Vak 2 - Maximumhoogte: 43 mm (1,7 inch) 5,25-inch vaste-schijfstation...
  • Pagina 102 4. Verwijder vervolgens het metalen plaatje van het stationsvak door het met een schroevendraaier voorzichtig los te wrikken. 5. Zorg dat het station dat u installeert juist is ingesteld als master- dan wel slave- apparaat. Opmerking: Een serieel ATA vaste-schijfstation hoeft niet als master- of slavestation worden ingesteld.
  • Pagina 103 6. Installeer het station in het vak en zet het vast. Opmerking: Bij bepaalde stations zijn er schroeven nodig om het station in het vak vast te zetten. Als dat zo is, zorgt u dat de schroefgaten op elkaar aansluiten en plaatst u de schroeven om het station vast te zetten.
  • Pagina 104 Aansluiten van het eerste CD- of DVD-station 1. Zoek de signaalkabel met drie stekkers die is meegeleverd met de computer of het nieuwe station. 2. Zoek de secundaire PATA IDE-aansluiting op de systeemplaat. Zie “Onderdelen van de systeemplaat” op pagina 84. 3.
  • Pagina 105 Zorg dat de beveiligingskabels die u aanbrengt geen verbindingen van computer- kabels onderbreken. Beveiligingssloten In onderstaande afbeelding ziet u waar de beveiligingsvoorzieningen zich aan de achterkant van de computer bevinden. 1 Beugel 2 Geïntegreerd kabelslot Beveiligingsbeugel Met een 5 mm-beugel, een stalen kabel en een hangslot kunt u de computer aan een bureau, tafel of ander vast voorwerp vastleggen.
  • Pagina 106 5. Steek de kabel door de beugel en sla hem om een vast object. Maak vervolgens beide uiteinden van de kabel aan elkaar vast met een slot. Handboek voor de gebruiker...
  • Pagina 107 Wachtwoorden Om onbevoegd gebruik van de computer te verhinderen, kunt u met het pro- gramma IBM Setup Utility een wachtwoord instellen. Bij het aanzetten van de computer wordt u gevraagd het wachtwoord in te voeren; hierdoor wordt het toet- senbord ontgrendeld en kunt u de computer normaal gebruiken.
  • Pagina 108 Dit is normaal na het vervangen van de batterij. 9. Zet de computer en alle randapparatuur aan. 10. Gebruik het programma IBM BIOS Setup om de datum, de tijd en de wacht- woorden in te stellen.Zie Hoofdstuk 5, “Het programma IBM BIOS Setup gebruiken”, op pagina 99.
  • Pagina 109 Daarnaast kan het, afhankelijk van de optie die wordt geïnstalleerd, nodig zijn om te bevestigen dat de bijgewerkte informatie in het programma IBM BIOS Setup correct is. Voer de volgende stappen uit: 1.
  • Pagina 110 4. Sluit de externe kabels en snoeren weer op de computer aan. Zie “Externe opties installeren” op pagina 79. 5. Hoe u de configuratie bijwerkt, leest u in Hoofdstuk 5, “Het programma IBM BIOS Setup gebruiken”, op pagina 99. Belangrijk: Als het netsnoer de eerste keer wordt aangesloten, gaat de computer mogelijk een paar seconden aan en dan weer uit.
  • Pagina 111 Als u klaar bent met het bekijken of wijzigen van de instellingen, drukt u op Esc m naar het menu van het programma IBM BIOS Setup te gaan. (Het is mogelijk dat u verschillende keren op Esc moet drukken.) Als u de gewijzigde instellingen wilt opslaan, selecteert u Save Settings voordat u het programma afsluit.Anders...
  • Pagina 112 Opmerking: U kunt elke combinatie van maximaal zeven tekens (A-Z, a-z en 0-9) gebruiken. 1. Start het programma IBM BIOS Setup (zie “Het programma IBM BIOS Setup starten” op pagina 99). 2. In het menu van het programma IBM BIOS Setup selecteert u Security.
  • Pagina 113 3. Kies Access IBM Predesktop Area. 4. Kies de gewenste instelling en druk op Enter. 5. Ga terug naar het menu van het programma IBM Setup en selecteer Exit en daarna Save Settings of Save and exit the Setup Utility.
  • Pagina 114 2. In het menu van het programma IBM BIOS Setup selecteert u Devices. 3. Kies IDE Drives Setup. 4. Kies de gewenste apparaten en instellingen en druk op Enter. 5. Ga terug naar het menu van het programma IBM Setup en selecteer Exit en daarna Save Settings. Een opstartapparaat kiezen...
  • Pagina 115 Als u echter Set Defaults (Hyperthreading actief) kiest en een ander besturingssysteem gebruikt dan Windows XP, kan de performance van de compu- ter verminderen. Stel HyperThreading dus altijd in op disabled, tenzij u zeker weet dat het besturingssysteem hyperthreading ondersteunt. Hoofdstuk 5. Het programma IBM BIOS Setup gebruiken...
  • Pagina 116 Handboek voor de gebruiker...
  • Pagina 117 Op de systeemplaat van uw computer bevindt zich een module met de naam EEPROM (electrically erasable programmable read-only memory), ook wel flash- geheugen genoemd. U kunt de zelftest (POST), het BIOS en het programma IBM BIOS Setup eenvoudig bijwerken door uw computer op te starten met een flash- diskette of door een speciaal bijwerkprogramma uit te voeren vanuit het besturingssysteem.
  • Pagina 118 6. Blader omlaag naar een txt-bestand met instructies voor het bijwerken van het BIOS vanuit het besturingssysteem. Klik op het txt-bestand. 7. Druk deze instructies af. Dit is belangrijk, omdat deze instructies niet worden afgebeeld nadat het downloaden is gestart. 8.
  • Pagina 119 2. Keer de muis om en inspecteer de onderkant. Draai ring 1 naar de ontgrendelingsstand om de bal te verwijderen. 3. Houd uw hand over de ring en bal 2 en keer de muis weer om; de bal valt in uw hand. © Copyright IBM Corp. 2003...
  • Pagina 120 4. Was de bal in een warm sopje en droog hem weer af. Blaas zachtjes in de bal- houder 4 om stof en vuil los te maken. 5. Kijk naar opgehoopt vuil op de plastic rollers 3 in de balhouder. Gewoonlijk ziet u een streep van vuil midden op de rollers.
  • Pagina 121 DS=n Een van de vier telefoonnummers (n=0-3) kiezen die zijn opgeslagen in het permanente geheugen van de modem. © Copyright IBM Corp. 2003...
  • Pagina 122 Opdracht Functie Opdrachten worden niet afgebeeld Opdrachten worden afgebeeld Escapetekens - Schakelen van gegevensmodus naar opdrachtmodus (T.I.E.S. opdracht) Modemverbinding verbreken Modem actief maken Opmerking: H1 wordt niet ondersteund in Italië Productidentificatiecode weergeven Test ROM-controlegetal Interne geheugentest Firmware-ID Gereserveerd ID Laag luidsprekervolume Laag luidsprekervolume Gemiddeld luidsprekervolume Hoog luidsprekervolume...
  • Pagina 123 Opdracht Functie Gelijk aan X1 plus bezetdetectie/blind kiezen Alle responsen en kiestoon en bezet signaal- detectie Actief profiel 0 opnieuw instellen en ophalen Actief profiel 1 opnieuw instellen en ophalen Extended AT-opdrachten Opdracht Functie &C_ &C0 Force Carrier Detect Signal High (ON) &C1 CD inschakelen als carrier op afstand niet aanwezig is...
  • Pagina 124 Opdracht Functie &S1 DSR uit in opdrachtmodus en aan in on-line modus &T_ &T0 Test in uitvoering beëindigen &T1 Lokale analoge loopbacktest uitvoeren &T3 Lokale digitale loopbacktest uitvoeren &T4 Digitale loopbacktest op afstand toestaan door modem op afstand &T5 Digitale loopbacktest op afstand niet toestaan &T6 Digitale loopbacktest op afstand uitvoeren &T7...
  • Pagina 125 Opdracht Functie Alleen MNP Class 5 gegevenscompressie inschakelen Alleen V.42bis gegevenscompressie inschakelen MNP Class 5 en V.42bis gegevenscompressie inschake- &Q_ &Q0 Alle direct datalink (gelijk aan \N1) &Q5 V.42 datalink met uitwijkopties &Q6 Alle normale datalink (gelijk aan \N0) +DS44=0, 0 V.44 uitschakelen +DS44=3, 0 V.44 inschakelen...
  • Pagina 126 Fax Class 1-opdrachten +FAE=n Data/Fax Automatisch beantwoorden +FCLASS=n Servicecategorie +FRH=n Gegevens ontvangen met HDLC-framing Gegevens ontvangen +FRM=n +FRS=n Receive silence +FTH=n Gegevens verzenden met HDLC-framing +FTM=n Gegevens verzenden +FTS=n Verzenden stoppen en wachten Fax Class 2-opdrachten +FCLASS=n Servicescategorie. +FAA=n Adaptive answer. +FAXERR Waarde faxfout.
  • Pagina 127 +FPHCTO Time-out fase C. +FPOLL Geeft de pollingaanvraag aan. +FPTS: Status paginaoverdracht. +FPTS= Status paginaoverdracht. +FREV? Revisie aangeven. +FSPT Polling inschakelen. +FTSI: Het transmitstation-ID aangeven. Spraakopdrachten Baudwaarde selecteren #BDR #CID Detectie Caller ID inschakelen en rapportage-indeling #CLS Data, Fax of Voice/Audio selecteren #MDL? Model aangeven #MFR?
  • Pagina 128 Opmerking voor gebruikers in Zwitserland: Als Taxsignal op uw Swisscom-telefoonlijn uitgeschakeld is, kan dit de modemfunctie nadelig beïnvloeden. Dit kan worden verholpen door een filter met de volgende specificaties: Telekom PTT SCR-BE Taximpulssperrfilter-12kHz PTT Art. 444.112.7 Bakom 93.0291.Z.N Handboek voor de gebruiker...
  • Pagina 129 Invoer/uitvoer voor camera Slot voor 3,5 inch-diskettestation Slot voor 5,25 inch DASD Houder, kaartinvoer/-uitvoer Batterij, 3V CMOS-batterij Besturingspaneel Beugel voor montage vaste-schijfstation Ventilatorset Ventilatieschot met/zonder ventilator Afschermset voor systeemplaat Beugel voor vaste-schijfstation Lade voor vaste-schijfstation © Copyright IBM Corp. 2003...
  • Pagina 130 Handboek voor de gebruiker...
  • Pagina 131 Bijlage E. Kennisgevingen Verwijzing in deze publicatie naar producten (apparatuur en programmatuur) of diensten van IBM houdt niet in dat IBM deze ook zal uitbrengen in alle landen waar IBM werkzaam is. Uw IBM-vertegenwoordiger kan u vertellen welke producten en diensten op dit moment worden aangeboden. Verwijzing in deze publicatie naar producten of diensten van IBM houdt niet in dat uitsluitend IBM- producten of -diensten gebruikt kunnen worden.
  • Pagina 132 Het materiaal op dergelijke websites maakt geen deel uit van het materiaal voor dit IBM-product. Gebruik van dergelijke websites is geheel voor eigen risico. Kennisgeving televisie-uitvoer De volgende kennisgeving is van toepassing op modellen waarin in de fabriek een functie voor televisie-uitvoer is geïnstalleerd.
  • Pagina 133 Typen 8187, 8188 en 8193 30 Typen 8189, 8190, 8194, 8195, 8432 en 8433 82 Typen 8196 en 8197 55 IBM BIOS Setup 99 Access IBM Predesktop Area, beveiligingsinstellingen 100 input/output (I/O) adapters voorzieningen 2, 24, 48, 74 AGP (accelerated graphics port) 5, 27, 51, 78...
  • Pagina 134 systeemplaat (vervolg) onderdelen herkennen 10, 32, 57, 84 omgeving, in bedrijf 4, 26, 50, 77 systeemprogramma’s 105 opdrachten Basic AT 109 Extended AT 111 Fax Class 1 114 terugplaatsen van kap Fax Class 2 114 Typen 8185, 8186 en 8192 21 MNP/V.42/V.42bis/V.44 112 Typen 8187, 8188 en 8193 45 Spraak 115...
  • Pagina 136 Onderdeelnummer: 71P6648 Gedrukt in Nederland (1P) P/N: 71P6648...