Inhoudsopgave
Advertenties
12.4 Externe alarmen
Uw installateur kan de namen van de Externe alarmen wijzigen (max. 15 karakters per naam).
U kunt de externe alarmen (maximaal 20) in- en uitschakelen. In het vervolgscherm ziet u de actuele
alarmstatus en actuele status van de ingang.
Alarm
aan Alarmen worden doorgegeven aan de pluimveecomputer.
uit
Alarmen worden wordt niet doorgegeven aan de pluimveecomputer.
tijd
Alleen als het Alarmschema actief is, worden alarmen aan de pluimveecomputer
doorgegeven.
12.5 Communicatie
Hier kunt u het communicatie-alarm in- en uitschakelen. Dit scherm verschijnt alleen bij een hoofdstation.
Achter Apparaatadres staat het adres, waarvan het hoofdstation geen data heeft ontvangen.
Bij het optreden van communicatie-alarm verschijnen de actuele Datum en Tijd.
Vergeet niet om het alarm weer aan te zetten, nadat het is uitgeschakeld voor oplossen van de
storing. Gebruik bij voorkeur de functie
verhelpen.
Installatiefouten als Uitgang reeds toegewezen, Foutief type uitgang, Ingang reeds toegewezen,
moeten opgelost zijn, voordat u de installatie in bedrijf neemt.
PL-9400-G-NL02400
uit (alarm tijdelijk uitschakelen) om een storing te
12. Alarm
49
Advertenties
Inhoudsopgave
