Programma's
nl
Bij vele gerechten verschijnen tijdens de bereiding
■
aanwijzingen op het display om te keren of om te
roeren. Volg deze aanwijzingen op. Bij het openen
van de apparaatdeur wordt de werking stopgezet.
Na het sluiten van de apparaatdeur de werking
opnieuw starten. Wanneer u het gerecht niet keert of
omroert, loopt het programma toch normaal verder
tot het einde.
Aanwijzingen voor de programma's
Zet de levensmiddelen in de onverwarmde
binnenruimte
Neem het product uit de verpakking en weeg het. Kunt
u het exacte gewicht niet invoeren, rond het dan naar
boven of beneden af.
Gebruik voor de programma's altijd vormen die
geschikt zijn voor de magnetron, bijv. van glas of
keramiek. Neem hiervoor de aanwijzingen voor de
toebehoren in de programmatabellen in acht.
Na de aanwijzingen vindt u een tabel met geschikte
levensmiddelen, het betreffende gewichtsbereik en de
benodigde toebehoren.
Het is niet mogelijk gewichten in te stellen buiten het
gewichtsbereik.
Bij veel gerechten klinkt na enige tijd een signaal. Keer
het gerecht of roer het om.
Ontdooien:
Levensmiddelen zo vlak mogelijk en verdeeld in
■
porties bij -18°C invriezen en bewaren.
De diepvriesproducten op een ondiepe vorm, bijv.
■
een bord van glas of porselein leggen.
Na het ontdooien de levensmiddelen met het oog op
■
een gelijkmatige temperatuurverdeling nog 15 tot 90
minuten laten rusten.
Brood dient u alleen in de benodigde hoeveelheid te
■
ontdooien. Het wordt snel oudbakken.
Bij het ontdooien van vlees of gevogelte ontstaat
■
vloeistof. Verwijder dit tijdens het keren. Gebruik het
in geen geval verder en laat het niet met andere
levensmiddelen in aanraking komen.
Gehakt dat al ontdooid is na het keren verwijderen.
■
Programmatabel
Programma
Geschikte levensmiddelen
Ontdooien
Brood*
Brood, heel, rond of langwerpig, brood in sneetjes,
cake, gistgebak, vruchtengebak, taart zonder glazuur,
slagroom of gelatine
Vlees*
Braadstukken, platte stukken vlees, gehakt, kip,
braadkip, eend
Vis*
hele vis, visfilet, viskotelet
Bereiden
*) Letten op het keersignaal
**) Letten op het roersignaal
38
Gevogelte in zijn geheel eerst met de borstzijde en
■
stukken gevogelte eerst met de kant van het vel in
de vorm leggen.
Groente:
Verse groente: in stukken van gelijke grootte snijden.
■
Per 100g een eetlepel water toevoegen.
Diepvriesgroente: alleen geblancheerde, en geen
■
voorgekookte groente is geschikt. Diepvriesgroente
met roomsaus is niet geschikt. 1 tot 3 eetlepels
water toevoegen.Bij spinazie en rode kool geen
water toevoegen.
Aardappels
Aardappels om te koken: snijd deze in stukken van
■
gelijke grootte. Per 100g twee eetlepels water en
wat zout toevoegen.
Aardappels in de schil: gebruik aardappels van
■
gelijke dikte. Wassen en meerdere gaatjes in de
schil prikken.Aardappels nog vochtig in een vorm
zonder water doen.
Aardappels in de oven: aardappels van gelijke dikte
■
gebruiken. Wassen, drogen en meerdere gaatjes in
de schil prikken.
Rijst:
Geen zilvervliesrijst in of rijst in kookbuiltjes
■
gebruiken.
Twee tot tweeënhalf keer zoveel water bij de rijst
■
doen.
Gevogelte:
Leg halve kippen en stukken kip met de kant van het
■
vel naar boven op het rooster.
Rusttijd
Sommige gerechten moeten na het einde van het
programma nog even rusten in de binnenruimte.
Gerecht
Rusttijd
Groente
ca. 5 minuten
Aardappels
ca. 5 minuten. Eerst het water afgieten
Rijst
5 tot 10 minuten
Gewichtsbereik in kg
0,20-1,50 kg
0,20-2,00 kg
0,10-1,00 kg
Vormen / Toebehoren
Inschuifhoogte
Vlakke, open vorm
Bodem van de binnenruimte
Vlakke, open vorm
Bodem van de binnenruimte
Vlakke, open vorm
Bodem van de binnenruimte