C o n t a c t e n
7. Contacten
U kunt namen en nummers (contacten) opslaan in het
geheugen van de telefoon en het geheugen van de SIM-kaart.
In het telefoongeheugen kunnen contacten worden opgeslagen met
extra details, zoals diverse telefoonnummers en tekstitems. U kunt ook
een afbeelding opslaan voor een beperkt aantal contacten.
In het SIM-kaartgeheugen kunnen namen worden opgeslagen met één
bijbehorend telefoonnummer. De contacten die in het SIM-
kaartgeheugen zijn opgeslagen, worden aangegeven door
.
■ Zoeken naar een contact
Selecteer Menu > Contacten > Namen. Blader door de lijst met
contacten of voer de eerste tekens in van de naam die u zoekt.
■ Namen en telefoonnummers opslaan
Namen en nummers worden opgeslagen in het actieve geheugen. Als u
een naam en een telefoonnummer wilt opslaan, selecteert u Menu >
Contacten > Namen > Opties > Nieuw contact.
■ Gegevens opslaan
In het telefoongeheugen kunt u verschillende typen telefoonnummers,
een toon of videoclip en korte tekstitems voor een contact opslaan.
Het eerste nummer dat u opslaat, wordt automatisch ingesteld als het
standaardnummer. Dit nummer wordt aangeduid met een kader rond de
nummertype-indicator, bijvoorbeeld
. Wanneer u een naam in de
lijst met contacten selecteert, bijvoorbeeld om te bellen, wordt
automatisch het standaardnummer gekozen, tenzij u een ander nummer
selecteert.
Zorg ervoor dat het gebruikte geheugen Telefoon of Telefoon en SIM is.
Zie Instellingen op pagina 54.
52