Programmeren
Parameter
Parameter 6-20 Klem 54 lage
spanning
Parameter 6-21 Klem 54 hoge
spanning
Parameter 6-22 Klem 54 lage
stroom
Parameter 6-23 Klem 54 hoge
stroom
Parameter 6-24 Klem 54 lage
ref./terugkopp. waarde
Parameter 6-25 Klem 54 hoge
ref./terugkopp. waarde
Parameter 6-26 Klem 54 filter
tijdconstante
Parameter 6-29 Klem 54 modus [0] Current (Stroom)
Parameter 20-81 PI normaal/inv
regeling
Parameter 20-83 PI startsnelheid
[Hz]
Parameter 20-93 PI prop.
versterking
Parameter 20-94 PI Integral
Time
Parameter 30-22 Beveiliging
geblokkeerde rotor
Parameter 30-23 Locked Rotor
Detection Time [s]
Tabel 2.5 Setupwizard voor toepassingen met terugkoppeling
Motorsetup
De motorsetupwizard leidt gebruikers stap voor stap door de benodigde motorparameters.
Parameter
Parameter 0-03 Regionale instel-
lingen
Parameter 0-06 Type net
MG18B510
Programmeerhandleiding
Bereik
Standaard
0,00-10,00 V
0,07 V
0,00-10,00 V
10,00 V
0,00-20,00 mA
4,00 mA
0,00-20,00 mA
20,00 mA
-4999–4999
0
-4999–4999
50
0,00-10,00 s
0,01
[1] Spanning
[1] Voltage (Spanning)
[0] Normal (Normaal)
[0] Normal
[1] Inverse (Geïnverteerd)
(Normaal)
0-200 Hz
0 Hz
0,00-10,00
0,01
0,1-999,0 s
999,0 s
[0] Off (Uit)
[0] Off (Uit)
[1] On (Aan)
0,05-1,00 s
0,10 s
Bereik
Standaard
[0] International (Interna-
0
tionaal)
[1] US (VS)
[0]–[132] Zie Tabel 2.4.
Afhankelijk van
grootte
Danfoss A/S © 05/2018 Alle rechten voorbehouden.
Gebruik
Voer de spanning in die overeenkomt met de lage referen-
tiewaarde.
Voer de spanning in die overeenkomt met de hoge
referentiewaarde.
Voer de stroom in die overeenkomt met de lage referen-
tiewaarde.
Voer de stroom in die overeenkomt met de hoge referen-
tiewaarde.
Voer de terugkoppelingswaarde in die overeenkomt met
de in parameter 6-20 Klem 54 lage spanning/
parameter 6-22 Klem 54 lage stroom ingestelde spanning of
stroom.
Voer de terugkoppelingswaarde in die overeenkomt met
de in parameter 6-21 Klem 54 hoge spanning/
parameter 6-23 Klem 54 hoge stroom ingestelde spanning
of stroom.
Stel de filtertijdconstante in.
Selecteer of klem 54 wordt gebruikt als stroom- of als
spanningsingang.
Selecteer [0] Normal (Normaal) om de procesregeling zo in
te stellen dat de uitgangssnelheid wordt verhoogd
wanneer de procesfout positief is. Selecteer [1] Inverse
(Geïnverteerd) om de uitgangssnelheid te verlagen.
Stel het motortoerental in dat moet worden bereikt als
startsignaal voor de PI-regeling.
Stel de proportionele versterking voor de procesregelaar
in. Een hoge versterking zorgt voor een snelle regeling. Als
de versterking echter te hoog is, kan het proces instabiel
worden.
Stel de integratietijd voor de procesregelaar in. Een korte
integratietijd zorgt voor een snelle regeling. Als de integra-
tietijd echter te kort is, kan het proces instabiel worden.
Een extreem lange integratietijd schakelt de integratieactie
uit.
–
–
Gebruik
–
Selecteer de bedieningsmodus die bij het starten actief
moet zijn wanneer de frequentieregelaar na een uitscha-
keling weer wordt aangesloten op de netvoeding.
2
2
21