3) Er wordt een testdeel afgedrukt met 1 kolommen van
28 delen (3-30).
Opmerking:
Wanneer het afdrukken van een testdeel mislukt,
verschijnt het volgende bericht: Afdrukken van
testdeel mislukt. Gebruik A4-papier of papier van het
formaat 8 1/2" x 11" voor deze bijstelling. Druk op
[Uitvoeren] om het testdeel af te drukken.
4) Meet de waarden van de vijf opgegeven posities op
het testdeel met de densitometer.
Opmerking:
De vijf waarden moeten allemaal worden ingevoerd.
De aanpassing wordt uitgevoerd via een verkleining
van alle vijf punten.
5) Voer de vijf gemeten waarden in en tik op de toets
[Uitvoeren] om de aanpassing te starten.
Invoerbereik: [0] tot [300] (1 = 0,01)
Standaard: elk [100]
6) Wanneer de aanpassing voltooid is, verschijnt een
voltooiingsbericht en wordt het aanpassingsresultaat
afgedrukt.
Opmerking:
Wanneer het afdrukken van de
aanpassingsresultaten mislukt, verschijnt het
volgende bericht: Afdrukken van het
aanpassingsresultaat mislukt. Gebruik A4-papier of
papier van het formaat 8 1/2" x 11". Druk op
[Uitvoeren] om het aanpassingsresultaat af te
drukken.
7) Controleer de densiteit in het aanpassingsresultaat.
Wanneer de gewenste densiteit niet bereikt wordt, tikt
u op de toets [Opn aanp] en herhaalt u stap 3) tot 7).
Wanneer de gewenste densiteit bereikt wordt, tikt u op
de toets [Vorige] om terug te keren naar het scherm
Aanpassing laser.
8) Voer [1.4.3 Gebruikerskalibratie] onder [Instellingen] uit
als u niet de aanpassingswaarden wilt wissen die zijn
ingesteld met [1.4.1 Aanpassing grijsbalans
kopieermachine] en [1.4.2 Afstelling grijsbalans printer]
na deze instelling. Kies bij de kalibratie zowel kalibratie
van de kopieermachine als de printer.
1.1.3
Aanpassing density afwijking (visuele
aanpassing)
Hiermee wordt de densiteitsafwijking voor het afdrukken
in de voorwaartse/achterwaartse richting
(hoofdscanrichting) aangepast door het testdeel visueel te
meten.
1) Selecteer [Visueel Aanpassing] in het scherm
Aanpassing laser.
2) Om een testdeel af te drukken, tikt u op de toets
[Uitvoeren] in het scherm Aanpassing density afwijking
(visuele aanpassing). Als u de densiteit moet wijzigen,
selecteert u de gewenste densiteit en tikt u op de toets
[Uitvoeren].
8