Overige risico's
Ook wanneer u dit elektrische gereedschap
volgens de voorschriften bedient, blijven er altijd
risico's bestaan. De volgende gevaren kunnen
door de constructie en uitvoering van dit elektrische
gereedschap optreden:
1. Longschade, als u geen geschikt stofmasker
draagt.
2. Gehoorschade, als u geen passende gehoor-
bescherming draagt.
3. Gezondheidsschade als gevolg van hand-arm-
trillingen, als het apparaat gedurende langere
tijd wordt gebruikt of wanneer het niet volgens
de voorschriften wordt bediend en onderhouden.
WAARSCHUWING!
►
Dit elektrische gereedschap genereert tijdens
bedrijf een elektromagnetisch veld. Dit veld
kan onder bepaalde omstandigheden actieve
of passieve medische implantaten beïnvloe-
den. Om het gevaar voor ernstig of fataal let-
sel te verminderen, adviseren wij personen met
medische implantaten om hun arts en de fabri-
kant van het medische implantaat te raadple-
gen alvorens het apparaat te bedienen.
Originele accessoires/
hulpapparatuur
■
Gebruik alleen accessoires en hulpstukken die
vermeld staan in de gebruiksaanwijzing of waar-
van gebruik compatibel is met het apparaat.
Ingebruikname
WAARSCHUWING!
►
Schakel voorafgaand aan alle werkzaamhe-
den aan het apparaat het apparaat uit en
haal de stekker uit het stopcontact.
│
NL │ BE
■
16
Hulphandgreep
OPMERKING
►
Om veiligheidsredenen mag u dit apparaat
alleen gebruiken wanneer de hulphand-
greep
gemonteerd is.
♦
Maak de lus van de hulphandgreep
door de hulphandgreep rechtsom te draaien.
♦
Schuif de hulphandgreep
de snelspanboorhouder
♦
Draai de hulphandgreep
positie.
♦
De inkepingen op de hulphandgreep
moeten nu over de bevestigingspen op de as
van het
apparaat worden geschoven.
♦
Draai vervolgens de hulphandgreep
weer vast.
OPMERKING
►
Zet de hulphandgreep
keping voor de te verrichten werkzaamheden.
Maak daartoe de hulphandgreep
zet hem weer vast, zoals hierboven beschreven.
Diepteaanslag (zie afb. A)
♦
Draai de draaischroef voor de diepteaan-
slag
los.
♦
Plaats de diepteaanslag
greep
.
♦
Let erop dat de tanden van de diepteaanslag
omhoog en omlaag wijzen.
♦
Trek de diepteaanslag
afstand tussen de punt van de boor en de punt
van de diepteaanslag overeenkomt met de
gewenste boordiepte.
♦
Draai de draaischroef voor de diepteaan-
slag
vast om de diepteaanslag
vergrendelen.
los
in de richting van
.
in de gewenste
linksom
in de geschikte in-
los en
in de hulphand-
zo ver eruit, dat de
te
PSBM 750 B3