5. Zet de kap van de computer vast met de twee schroeven.
6. Plaats de computer rechtop.
7. Als er een slot beschikbaar is, doe de kap daar dan mee op slot. Zie 'De computer vergrendelen' op
pagina 29.
8. Sluit de externe kabels en netsnoeren weer op de bijbehorende aansluitingen op de computer aan.
Zie 'Hardwarelocaties' op pagina 1.
9. Werk de configuratie van uw computer bij. Zie 'Werken met het programma Setup Utility' op pagina 33.
10. Als een zojuist geïnstalleerd hardwarecomponent niet goed werkt, werkt u het stuurprogramma bij. Zie
'Uw computer up-to-date houden' op pagina 26.
104
ThinkStation P310 Gebruikershandleiding