NL
7.4 Vereisten voor het werkstuk
Het gewicht van het werkstuk mag niet groter dan 50 kg zijn.
Bij het verwerken van werkstukken, die meer dan 2m lang zijn, is het noodzakelijk om steunen
te gebruiken die onder het hangende uiteinde van het werkstuk moeten worden geïnstalleerd,
of met 2 personen te werken. Minimale werkstukhoogte bij het schaven of zagen is 5 mm.
Het te bewerken werkstuk moet worden gecontroleerd op metalen of minerale insluitsels
(nagels, nietjes, fragmenten, stenen, enz.). Behandel geen materialen met scheuren,
uitgestokene knopen, rot of andere houtgebreken.
Als u een rond werkstuk kruis moet zagen, moet u het naar de snijzone vlak op de tafel sturen,
niet rollen.
Het werkstuk mag niet nat zijn. Aanbevolen vochtigheid is niet meer dan 22%.
7.5 Werkpositie en werkstuktoevoeren
De juiste werkpositie is als u blijft staan. Om het werkstuk toe te voeren, moet de gebruiker
opzij staan naast het toevoerpunt van het werkstu
Bij het schaven moet u het werkstuk op de toevoertafel verschuiven en tegen de liniaal
van de geleidingsliniaal drukken. In dit geval is het noodzakelijk om de vingers gesloten te
houden en het werkstuk van bovenaf vast te houden met de palmen van beide handen. De
juiste positie van de handen is wanneer een hand op de bovenplaat van het werkstuk boven
de ontvangsttafel is, terwijl de tweede hand op het bovenvlak van het werkstuk boven de
toevoertafel is.
Het werkstuk moet over de gehele lengte geschraapt worden en het mag het niet over de
roterende mesmolen terug bewegen. Werkstukken minder dan 60 mm dik moet u schaven
met een kleminrichting.
Bij het zagen moet uw het werkstuk met uw vingers vasthouden, gelijkmatig verschuiven op
de toevoertafel, zonder te schokken, met behulp van de liniaal.
Houd de handen altijd op een veilige afstand van de zaagpuntje.
Het toevoeren moet uniform zijn (zonder schokken), de toevoersnelheid moet zorgen voor
een stille werking van de machine zonder overbelasting.
Om korte stukken te bewerken (minder dan 300 mm lang), is het nodig om een stoker te
gebruiken.
7.6 Normale werking van de machine
Als u een gemiddeld hard hout voor een maximale diepte en breedte in één keer moet
bewerken en het werkstuk handmatig toevoeren, doet u het 1,5 m/min bij het schaven en 1
m/min bij het zagen. Deze snelheid zorgd voor normale werking van de machine.
44