Ti300 PRO, Ti400 PRO, Ti450 PRO, Ti450 SF6, Ti480 PRO
Gebruiksaanwijzing
Om de gasdetectie te verbeteren, dient de Imager ergens te worden geplaatst waar het volgende geldt:
•
Het temperatuurverschil tussen het gas en de omgeving op de achtergrond is op die plaats het grootst.
•
Er staat slechts een lichte wind.
•
De achtergrond bevat slechts een beperkt aantal storende elementen. Een heldere blauwe hemel is
optimaal.
•
De Imager is stabiel. Gebruik indien mogelijk een statief en de modus Hoge versterking (statief).
•
De Imager bevindt zich dicht bij het lek. Als u niet dichtbij kunt komen, gebruikt u de 2x-lens.
Tabel
17
vermeldt de richtlijnen voor de Imager voor het opsporen van een gaslek op basis van het jaarlijkse
verlies.
Jaarlijks gas-
verlies
<10 lbs (<4,5 kg)
10 lbs to 50 lbs (4,5 kg
tot 22,7 kg)
>50 lbs (>22,7 kg)
38
Tabel 17. Detectierichtlijnen
•
Het grootst mogelijke verschil tussen de temperaturen van het gas en van de
omgeving op de achtergrond
Windsnelheid: <1,12 mps (<2,5 mph)
•
•
Uniforme achtergrond (heldere blauwe hemel)
•
Imager op een statief, dicht bij het gaslek.
≥10 °C verschil tussen de temperaturen van het gas en van de omgeving op de
•
achtergrond
•
Windsnelheid: <2,24 mps (<5 mph)
•
Variabele achtergrond (heldere blauwe hemel en hoge bewolking is in orde)
•
Imager op een statief.
≥3 °C verschil tussen de temperaturen van het gas en van de omgeving op de
•
achtergrond
Windsnelheid: <4,47 mps (<10 mph)
•
•
Variabele achtergrond (hoge bewolking is in orde)
•
Imager op een statief of in de hand.
Richtlijnen