Inhoudsopgave
Advertenties
Ti300 PRO, Ti400 PRO, Ti450 PRO, Ti450 SF6, Ti480 PRO
Gebruiksaanwijzing
Fluke Connect-instrumenten
Gebruik de Imager om wireless verbinding te maken met door Fluke Connect ondersteunde instrumenten en het
volgende te benutten:
•
De live-metingen van elk instrument.
•
De meting van elk instrument vastleggen in .is2- en .is3-beelden.
Een door Fluke Connect ondersteund instrument zoeken:
1. Schakel elk wireless instrument in en zorg dat de wireless-functie is geactiveerd. Bekijk de documentatie van
elk instrument voor meer informatie over het gebruik het instrument.
2. Schakel de Imager in.
3. Selecteer Menu > Fluke Connect > Koppelen aan Fluke Connect-instrumenten.
4. Druk op
om de selectie in te stellen.
De Fluke Connect-toets op het wireless instrument begint te knipperen. De Imager begint met scannen en
presenteert een lijst met de identificatie en naam van beschikbare instrumenten die binnen een afstand van
20 m zonder belemmeringen (open lucht) of binnen een afstand van 6,5 m met belemmeringen (wand van
gipskarton) zijn gevonden. U kunt een korte vertraging verwachten voordat de scan compleet is.
5. Selecteer de naam van het instrument.
6. Druk op
of raak Selecteren aan om het instrument te selecteren.
7. Herhaal dit om elk instrument te selecteren.
8. Selecteer Klaar.
De labels veranderen en bevatten nu de functie Bewerken. De Imager geeft de gegevens van de
geselecteerde instrumenten standaard weer en slaat ze standaard op.
Selectie bewerken:
1. Selecteer op de Imager de naam van het instrument.
2. Druk op
of raak het vlak Bewerk aan. Het menu Bewerken toont de optie om de meetgegevens weer te
geven en om de meetgegevens samen met het beeld op te slaan op de geheugenlocatie die is geselecteerd
in het menu Instellingen.
Het display van de Imager wordt bijgewerkt en het wireless-pictogram alsmede de live meting voor elk
geselecteerd wireless instrument worden weergegeven.
30
Advertenties
Inhoudsopgave
