Een uitgestelde fax verzenden
U kunt het apparaat zo instellen dat een fax op een later tijdstip (tijdens uw
afwezigheid) wordt verzonden. U kunt bij gebruik van deze functie geen
kleurenfax verzenden.
1. Druk op Fax.
2. Plaats originelen met de bedrukte zijde naar boven in de ADI of plaats
een enkel origineel met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat.
Zie "Originelen plaatsen" op pagina 22 voor meer informatie over het
plaatsen van originelen .
3. Pas de resolutie en tonerdichtheid van het document naar wens aan.
(Zie "De documentinstellingen aanpassen" op pagina 37.)
4. Druk op Menu totdat Faxfunctie verschijnt op de onderste regel van het
display en druk vervolgens op OK.
5. Druk op pijl-links/rechts totdat Uitgest. verz. verschijnt en druk op OK.
6. Voer met de cijfertoetsen het gewenste faxnummer in.
U kunt snelkiesnummers gebruiken of Group Dial Number selecteren
met de knop Adresboek. Zie "Adresboek aanmaken" op pagina 43
voor meer informatie.
7. Druk op OK om het nummer te bevestigen. U wordt gevraagd om het
volgende faxnummer waarnaar u het document wilt verzenden in te voeren.
8. Als u meer faxnummers wilt invoeren, drukt u op OK wanneer Ja verschijnt
en herhaalt u stap 6 en 7. U kunt maximaal 10 bestemmingen toevoegen.
Nadat u het groepskiesnummer hebt ingevoerd, kunt u geen andere
groepskiesnummers meer invoeren.
9. Als u met het invoeren van faxnummers klaar bent, drukt u op pijl-links/
rechts om Nee bij de vraag Nog een nummer? te selecteren en drukt
u vervolgens op OK.
10. Voer de gewenste taaknaam in en druk op OK.
Zie "Tekens via het numerieke toetsenblok invoeren" op pagina 20 voor meer
informatie over de manier waarop u alfanumerieke tekens moet invoeren.
Sla deze stap over als u geen naam wilt toewijzen.
11. Voer via het numerieke toetsenbord de tijd in en druk op OK of Kleur Start.
Als u een tijdstip instelt dat vroeger is dan de actuele tijd, wordt de
fax de volgende dag op het ingestelde tijdstip verzonden.
Het document wordt in het geheugen opgeslagen voordat het wordt
verzonden. Op het display verschijnt de geheugencapaciteit en het
aantal pagina's dat in het geheugen is opgeslagen.
12. Als het origineel op de glasplaat ligt, selecteert u Ja om een andere
pagina toe te voegen. Plaats een ander origineel en druk op OK.
Zodra u klaar bent, selecteert u Nee bij de vraag Nog een pagina?
Het apparaat keert terug naar de gereedmodus. Het display herinnert
u eraan dat het apparaat in de gereedmodus staat en dat een uitgesteld
faxbericht is ingesteld.
Pagina's toevoegen aan een uitgestelde fax
U kunt pagina's toevoegen aan de uitgestelde verzending die in het
geheugen is opgeslagen.
1. Plaats de originelen die u wilt toevoegen en pas indien nodig de
documentinstellingen aan.
2. Druk op Menu totdat Faxfunctie verschijnt op de onderste regel van
het display en druk vervolgens op OK.
3. Druk op pijl-links/rechts totdat Pag. toevoegen verschijnt en druk op OK.
4. Druk op pijl-links/rechts totdat de gewenste faxtaak verschijnt en
druk vervolgens op OK.
Zodra u klaar bent, selecteert u Nee bij de vraag Nog een pagina?
Het apparaat slaat het document op in het geheugen en toont het
totaal aantal pagina's en het aantal toegevoegde pagina's.
Een uitgestelde fax annuleren
1. Druk op Menu totdat Faxfunctie verschijnt op de onderste regel van
het display en druk vervolgens op OK.
2. Druk op pijl-links/rechts totdat Taak annuleren verschijnt en druk op OK.
3. Druk op pijl-links/rechts totdat de gewenste faxtaak verschijnt en
druk vervolgens op OK.
4. Druk op OK wanneer Ja verschijnt.
De geselecteerde fax wordt uit het geheugen gewist.
Een fax met voorrang verzenden
Met de functie Fax met voorrang kan een fax met een hoge prioriteit worden
verzonden, dus vóór andere geplande taken. Het document wordt in het
geheugen opgeslagen en onmiddellijk verzonden zodra de lopende taak is
voltooid. Een prioriteitsverzending onderbreekt een groepsverzending tussen
twee ontvangers (dat wil zeggen wanneer de verzending naar ontvanger A
eindigt en vóór de verzending naar ontvanger B begint) of tussen twee
kiespogingen.
1. Druk op Fax.
2. Plaats originelen met de bedrukte zijde naar boven in de ADI of plaats
een enkel origineel met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat.
Zie "Originelen plaatsen" op pagina 22 voor meer informatie over het
plaatsen van originelen .
3. Pas de resolutie en tonerdichtheid van het document naar wens aan.
(Zie "De documentinstellingen aanpassen" op pagina 37.)
4. Druk op Menu totdat Faxfunctie verschijnt op de onderste regel van het
display en druk vervolgens op OK.
5. Druk op pijl-links/rechts totdat Prior. verz. verschijnt en druk op OK.
6. Voer het nummer in van het ontvangende faxapparaat.
U kunt snelkiesnummers of groepskiesnummers gebruiken. Voor details
zie "Adresboek aanmaken" op pagina 43.
7. Druk op OK om het nummer te bevestigen.
8. Voer de gewenste taaknaam in en druk op OK.
Het document wordt in het geheugen opgeslagen voordat het wordt
verzonden. Op het display verschijnt de geheugencapaciteit en het
aantal pagina's dat in het geheugen is opgeslagen.
9. Als het origineel op de glasplaat ligt, selecteert u Ja om een andere
pagina toe te voegen. Plaats een ander origineel en druk op OK.
Zodra u klaar bent, selecteert u Nee bij de vraag Nog een pagina?
Het apparaat toont het gekozen nummer en begint met het verzenden
van de fax.
EEN FAX ONTVANGEN
Ontvangstmodus wijzigen
1. Druk op Fax.
2. Druk op Menu totdat Faxinstel. verschijnt op de onderste regel van het
display en druk vervolgens op OK.
3. Druk op pijl-links/rechts totdat Ontvangst verschijnt en druk op OK.
4. Druk op OK wanneer Ontvangstmodus verschijnt.
5. Druk op pijl-links/rechts totdat de gewenste ontvangstmodus verschijnt.
•
In de modus Fax beantwoordt het apparaat een inkomende oproep
en schakelt het onmiddellijk over naar de faxontvangstmodus.
•
In de modus Tel kunt u een fax ontvangen door op Hoorn op de
haak en vervolgens op Zwart Start of Kleur Start te drukken. U kunt
ook het telefoontoestel opnemen en de code voor ontvangst op
afstand intoetsen. (Zie "Handmatig ontvangen via een intern
telefoontoestel" op pagina 40.)
•
In de modus Ant/Fax worden inkomende oproepen beantwoord door
een op het faxapparaat aangesloten antwoordapparaat. De beller kan
op dit antwoordapparaat een bericht achterlaten. Als het faxapparaat
een faxtoon op de lijn opvangt, schakelt het automatisch over naar
de modus Fax om de fax te ontvangen. (Zie "Automatisch ontvangen
in modus Ant/Fax" op pagina 40.)
Faxen_ 39