Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

TopGear H
I N T E R N E TA N D W I E L P O M P E N
A . 0 5 0 0 . 3 5 2 – I M - TG H / 0 7 . 0 3 N L ( 1 1 / 2 0 1 6 )
V E R TA L I N G VA N D E O O R S P R O N K E L I J K E G E B R U I K E R S H A N D L E I D I N G
L E E S D E Z E G E B R U I K E R S H A N D L E I D I N G A A N DAC H T I G D O O R E N N E E M K E N N I S VA N D E I N H O U D
VO O R DAT M E N D E P O M P I N G E B R U I K S T E LT O F E R O N D E R H O U D A A N P L E E G T.
G E B R U I K E R S H A N D L E I D I N G

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Samenvatting van Inhoud voor SPX Flow TopGear H TG H2-32

  • Pagina 1 G E B R U I K E R S H A N D L E I D I N G TopGear H I N T E R N E TA N D W I E L P O M P E N V E R TA L I N G VA N D E O O R S P R O N K E L I J K E G E B R U I K E R S H A N D L E I D I N G A .
  • Pagina 2: Eg-Verklaring Van Overeenstemming

    EG-Verklaring van overeenstemming Machinerichtlijn 2006/42/EG, Bijlage IIA Producent SPX Flow Technology Belgium NV Evenbroekveld 2-6 BE-9420 Erpe-Mere Belgium Hierbij verklaren wij dat TopGear H-reeks tandwielpompen Types: TG H2-32 TG H3-32 TG H6-40 TG H15-50 TG H23-65 TG H58-80 TG H86-100...
  • Pagina 3: Inhoudsopgave

    Inhoud Inleiding ___________________________________________________7 1.1 Algemeen __________________________________________________7 1.2 Ontvangst, transport en opslag ________________________________7 1.2.1 Ontvangst _________________________________________________ 7 1.2.2 Transport __________________________________________________ 7 1.2.3 Opslag ___________________________________________________ 7 1.3 Veiligheid ___________________________________________________8 1.3.1 Algemeen _________________________________________________ 8 1.3.2 Pompgroepen ______________________________________________ 9 1.3.2.1 Transport van pompgroepen ________________________________9 1.3.2.2 Installatie ________________________________________________9 1.3.2.3...
  • Pagina 4 3.17 Veiligheidsklep ____________________________________________ 30 3.17.1 Druk _____________________________________________________31 3.17.2 Verwarming _______________________________________________31 3.17.3 Veiligheidsklep – Relatieve instelling __________________________32 3.17.4 Doorsnedetekeningen en onderdelenlijsten ____________________33 3.17.4.1 Enkele veiligheidsklep ____________________________________ 33 3.17.4.2 Verwarmd veerhuis ______________________________________ 34 3.17.4.3 Dubbele veiligheidsklep __________________________________ 34 3.18 Installatie _________________________________________________ 35 3.18.1 Algemeen ________________________________________________35 3.18.2 Locatie __________________________________________________35 3.18.2.1 Korte aanzuigleiding _____________________________________ 35...
  • Pagina 5 3.21 Instructies voor onderhoud __________________________________ 56 3.21.1 Algemeen ________________________________________________56 3.21.2 Voorbereiding _____________________________________________56 3.21.2.1 Omgeving (ter plaatse) ___________________________________ 56 3.21.2.2 Gereedschappen _______________________________________ 56 3.21.2.3 Stilstand _______________________________________________ 56 3.21.2.4 Motorveiligheid _________________________________________ 56 3.21.2.5 Bewaring ______________________________________________ 56 3.21.2.6 Uitwendige reiniging _____________________________________ 57 3.21.2.7 Elektrische installatie _____________________________________ 57 3.21.2.8 Aflaten van de vloeistof __________________________________ 57 3.21.2.9 Vloeistofcircuits _________________________________________ 58 3.21.3 Specifieke componenten ____________________________________58...
  • Pagina 6 Doorsnedetekeningen en onderdelenlijsten ____________________ 79 5.1 TG H2-32 en TG H3-32 ____________________________________________ 79 5.1.1 Hydraulisch gedeelte _______________________________________80 5.1.2 Lagerstoel ________________________________________________80 5.1.3 Flensverbindingsopties _____________________________________80 5.1.4 S-mantelopties ____________________________________________81 5.1.4.1 S-mantel voor het pompdeksel ____________________________ 81 5.1.4.2 S-mantel rond de asafdichting _____________________________ 81 5.1.5 Dichtingsopties ___________________________________________81 5.1.5.1...
  • Pagina 7: Inleiding

    Dit nummer moet worden vermeld in alle briefwisseling met uw lokale verdeler. De eerste cijfers van het serienummer geven het productiejaar aan. SPX Flow Technology Belgium NV Evenbroekveld 2-6, BE-9420 Erpe-Mere www.johnson-pump.com / www.spx.com 1.2.2 Transport Controleer de massa (het gewicht) van de pompgroep. Stukken die meer dan 20 kg wegen moet men opheffen met behulp van kabels en geschikte hefwerktuigen zoals bv.
  • Pagina 8: Veiligheid

    Veiligheid 1.3.1 Algemeen Belangrijk! De pomp mag zonder uw lokale verdeler te raadplegen niet worden gebruikt voor andere doeleinden dan deze waarvoor ze is aanbevolen en verkocht. Een pomp moet steeds worden geïnstalleerd en gebruikt in overeenstemming met de geldende nationale en lokale veiligheids- en gezondheidsreglementeringen en wetten.
  • Pagina 9: Pompgroepen

    1.3.2 Pompgroepen 1.3.2.1 Transport van pompgroepen Gebruik een werkplaatskraan, heftruck of andere geschikte hefwerktuigen. Zet de kabels vast rond het voorste Als er hefringen zijn op zowel de Waarschuwing gedeelte van de pomp en het achterste pomp als de motor, kunnen de kabels Hef de pompgroep nooit op aan gedeelte van de motor.
  • Pagina 10: Voor De Ingebruikname Van De Pompgroep

    Contacteer uw verdeler voor een veilige en betrouwbare werking van de pomp als u de bedrijfsvoorwaarden van de pomp wijzigt. Dit is ook van toepassing bij ingrijpende veranderingen, zoals het veranderen van de motor of de pomp op een bestaande pompgroep. SPX Flow Technology Belgium NV Evenbroekveld 2-6 BE-9420 Erpe-Mere www.johnson-pump.com / www.spx.com...
  • Pagina 11: Technische Afspraken

    Technische afspraken Hoeveelheid Symbool Eenheid Dynamische μ mPa.s = cP (Centipoise) viscositeit U = densiteit dm³ μ Kinematische viscositeit mm² Q = kinematische viscositeit = cSt (Centistokes) Opmerking! In deze handleiding wordt enkel dynamische viscositeit gebruikt. [bar] Druk Differentiële druk = [bar] Maximumdruk bij de uitlaatflens (ontwerpdruk) = [bar] Opmerking! In deze handleiding is de druk = relatieve druk [bar], tenzij anders vermeld.
  • Pagina 12: Beschrijving Van De Pomp

    2.0 Beschrijving van de pomp TopGear H-pompen zijn roterende verdringerpompen met inwendige tandwielen. Zij zijn vervaardigd uit roestvrij staal, nodulair gietijzer of gietstaal. TG H-pompen worden samengesteld uit modulaire elementen, die een grote verscheidenheid aan bouwvormen toelaten: verschillende asdichtingen (pakking en/of mechanische dichting), verwarmings- of koelmantels (stoom of thermische olie), verschillende glijlagers, materialen voor tandwielen en assen, en gemonteerde veiligheidsklep.
  • Pagina 13 8. Mantelopties rond de asafdichting Pompdeksel zonder mantels Pompdeksel met mantel en schroefaansluiting Pompdeksel met mantel en flensaansluiting 9. Materialen voor rondselbus en rondsel Rondselbus in gehard staal met rondsel in ijzer CG Rondselbus in koolstof met rondsel in ijzer Rondselbus in brons met rondsel in ijzer HG Rondselbus in keramiek met rondsel in ijzer Rondselbus in gehard staal met rondsel in staal...
  • Pagina 14 Voorbeeld: TG H 58-80 R 2 S S BR 5 B R5 PQTC 10 11 TG H 360-150 FD R 5 O O UR 6 U R8 GS WV 10 11 13. Asafdichtingsmogelijkheden (vervolg) Pakkingversie met lantaarnring PQ TC Pakkingringen uit met grafiet behandelde PTFE PQ AW Pakkingringen uit wit aramide PQ CC...
  • Pagina 15: Algemene Informatie

    3.0 Algemene informatie Standaard pomponderdelen Bovendeksel Tussenstuk Pompas Lagerstoel Rondseltap Rotor Pompdeksel Rondseltandwiel Pomphuis Werkingsprincipe Bij het uiteengaan van de tanden van de rotor en het rondsel wordt een onderdruk gecreëerd en de vloeistof vult de holtes die hierbij gevormd worden. De vloeistof wordt in afgedichte ruimten overgebracht naar de uitlaatzijde.
  • Pagina 16: Zelfaanzuigende Werking

    3.2.1 Zelfaanzuigende werking TopGear-pompen zijn zelfaanzuigend wanneer er voldoende vloeistof aanwezig is in de pomp om de spelingen en de dode ruimten tussen de tanden op te vullen. (Zie voor de zelfaanzuigende werking eveneens paragraaf 3.18.6.2 Leidingen). 3.2.2 Veiligheidsklep – Werkingsprincipe Het verdringingsprincipe vereist de plaatsing van een veiligheidsklep om de pomp te beveiligen tegen overdruk.
  • Pagina 17: Hoofdkenmerken

    Hoofdkenmerken De pompgrootte wordt weergegeven door middel van het verplaatst volume per 100 omwentelingen uitgedrukt in liter (of dm ) maar afgerond, gevolgd door de nominale aansluitdiameter uitgedrukt in millimeter. Vs-100 n.max n.mot Q.th Q.th p.maw p.test Pompgrootte TG H (bar) (bar) (bar)
  • Pagina 18: Druk

    Druk In termen van druk, moeten drie afzonderlijke categorieën worden beschouwd: De differentiële druk of werkdruk (p) is de druk waarbij de pomp normaal werkt. De maximale differentiële druk voor alle pompen van de TopGear H-reeks bedraagt 16 bar. De maximaal toelaatbare werkdruk (p.m) is de druk waarvoor het pomphuis is ontworpen en dat occasioneel kan bereikt worden als de werkdruk stijgt boven de normale werkdruk, bijvoorbeeld wanneer de pomp werkt met open veiligheidsklep.
  • Pagina 19: Het Geluidsniveau Van De Pompgroep

    Geluidskrachtniveau (L De geluidskracht L is de kracht uitgezonden door de pomp onder de vorm van geluidsgolven, en wordt gebruikt om geluidsniveaus van machines te vergelijken. Het is de geluidsdruk Lp die inwerkt op een aangrenzend oppervlak op een afstand van 1 meter. + Ls Het A-gewogen geluidskrachtniveau L wordt ook uitgedrukt in decibel dB(A).
  • Pagina 20: Materiaalopties

    Materiaalopties Maximumtemperatuur De TopGear-pompen van de H-reeks zijn ontworpen voor hoge temperaturen. De onderstaande tabel geeft het temperatuurbereik aan voor de verschillende keuzematerialen van de behuizing. Minimum toelaatbare temperatuur (°C) Maximum toelaatbare temperatuur (°C) TG H Materiaal behuizing Materiaal behuizing pompgrootte Roestvrij staal (R) Koolstofstaal (S)
  • Pagina 21: Maximale Temperatuur Van De Inwendige Onderdelen

    3.10.2 Maximale temperatuur van de inwendige onderdelen Voor sommige materiaalcombinaties moeten de algemene temperatuurprestaties beperkt worden. De maximaal toelaatbare werktemperatuur van de inwendige onderdelen is afhankelijk van de gebruikte materiaalcombinatie, hun thermische uitzetting en van de perspassing om de lagerbus bevestigd te houden.
  • Pagina 22: Maximumkoppel Van De Materiaalcombinatie Van De Pompas En De Rotor

    3.10.4 Maximumkoppel van de materiaalcombinatie van de pompas en de rotor Het maximaal toelaatbare koppel is een constante die onafhankelijk is van de snelheid en niet mag worden overschreden om schade te vermijden aan de pomp (pompas, rotor/asfitting en rotor tanden). Mn (nominaal koppel) in Nm Md (startkoppel) in Nm N rotor...
  • Pagina 23: Extra Spelingen

    3.13 Extra spelingen Een code van 4 tekens, xxxx, wordt op de bestelling vermeld om de vereiste speling aan te duiden. Deze tekens verwijzen naar de volgende spelingsklassen: C0 = De axiale speling tussen de rotor en het pompdeksel is ingesteld op het minimum C1 = Standaardspeling (niet aangeduid want standaard) C2 = ~2 x standaardspeling C3 = 3 x standaardspeling...
  • Pagina 24: Speling Tussen De Vertanding

    3.14 Speling tussen de vertanding TG H 2-32 3-32 6-40 15-50 23-65 58-80 86-100 185-125 360-150 Minimum (μm) Maximum (μm) Speling tussen tandwieltanden Play between gear teeth 3.15 Maximumgrootte van de vaste deeltjes TG H 2-32 3-32 6-40 15-50 23-65 58-80 86-100 185-125...
  • Pagina 25: Asafdichtingen

    3.16 Asafdichtingen 3.16.1 Stopbus met pakking 2-32 15-50 TG H pompgrootte 6-40 58-80 86-100 185-125 360-150 3-32 23-65 Asdiameter Sectiebreedte 5x Lantaarnring breedte Afmetingen in mm 3.16.2 Pakkingringmaterialen Meest universele oplossing. Geweven aspakking, bestaande uit PTFE-garen met geïntegreerde grafiet- en schuifelementen (garen GORE-GFO).
  • Pagina 26: Mechanische Cartridgedichtingen

    Prestaties De maximale prestaties, zoals viscositeit, temperatuur en werkdruk, zijn afhankelijk van het merk van de mechanische dichting en van de gebruikte materialen. De volgende basiswaarden kunnen in overweging worden genomen. Maximumtemperaturen van elastomeren Nitril (P): 110°C FPM (fluorkoolstof): 180°C PTFE (massief of met PTFE-mantel): 220°C ®...
  • Pagina 27 Inbouwafmetingen G=ANSI B1.20.1 Sealing face Dichtingsvlak 45° 4xMd 40° Rp=ISO 7/1 Ød1 Ød4 Øda Ødb Ødc Øde Ødf 4xMd TG H pompgrootte [mm] [mm] [mm] [mm] [mm] [mm] [mm] [mm] [mm] [mm] [mm] [mm] [mm] [mm] 2-32 4xM6 11,5 3-32 4xM6 11,5 6-40...
  • Pagina 28: Uitvoering Met Omgekeerde Pakking Voor Bijv. Chocoladetoepassing

    3.16.4 Uitvoering met omgekeerde pakking voor bijv. chocoladetoepassing De PR-versie is bedoeld voor toepassingen waarin chocolade moet worden verpompt. De pompas is afgedicht d.m.v. pakkingringen en de bronzen aslagerbus is buiten het verpompte medium geplaatst en fungeert als pakkingbus. De lagerbus wordt gesmeerd via een externe vettoevoer. Het smeermiddel moet door de eind- gebruiker worden voorzien, want het moet geschikt zijn voor de verpompte vloeistof.
  • Pagina 29: Drievoudige Ptfe Lip-Afdichting Cartridge

    3.16.5 Drievoudige PTFE lip-afdichting cartridge Vanaf juli 2015 kwam deze nieuwe asafdichtingsoptie (LCT TV) beschikbaar voor de TopGear GM en H range. Deze optie kan worden ingezet bij het verpompen van producten welke over een viscositeit van 5.000 mPas of hoger beschikken als alternatief van een dubbele mechanische asafdichting waarbij men bovendien de dure hoge druk spersystemen kan/mag achterwege laten.
  • Pagina 30: Veiligheidsklep

    3.17 Veiligheidsklep Voorbeeld V 35 - G 10 H 1. Veiligheidsklep = V 2. Typeaanduiding = inlaatdiameter (in mm) Veiligheidsklep voor TG H2-32, TG H3-32, TG H6-40 Veiligheidsklep voor TG H15-50, TG H23-65 Veiligheidsklep voor TG H58-80 Veiligheidsklep voor TG H86-100, TG H185-125 Veiligheidsklep voor TG H360-150 3.
  • Pagina 31: Druk

    3.17.1 Druk Veiligheidskleppen worden ingedeeld in 4 werkdrukklassen: 4, 6, 10 en 16, wat de aanduiding is van de maximale werkdruk voor die klep. Elke klasse heeft een standaard insteldruk van 1 bar boven de aangeduide maximale werkdruk. De insteldruk kan op aanvraag lager ingesteld worden, nooit hoger. Werkdrukklasse Standaard insteldruk (bar) Werkdrukbereik (bar)
  • Pagina 32: Veiligheidsklep - Relatieve Instelling

    3.17.3 Veiligheidsklep – Relatieve instelling In de fabriek werd de standaard drukinstelling uitgevoerd. Opmerking! Als de op de pomp gemonteerde veiligheidsklep wordt getest, mag de druk nooit de insteldruk van de klep + 2 bar overschrijden. Ga als volgt te werk om de standaard openingsdruk te wijzigen: 1.
  • Pagina 33: Doorsnedetekeningen En Onderdelenlijsten

    3.17.4 Doorsnedetekeningen en onderdelenlijsten 3.17.4.1 Enkele veiligheidsklep 7400 7240 7030 7330 7040 7180 7100 7100 7110 7300 7310 7320 7050 7170 7010 7150 Enkele veiligheidsklep – horizontaal 7360 7400 7310 7050 7180 Pos. Beschrijving Preventie Revisie 7010 Klep 7320 7030 Klephuis 7040 Veerhuis...
  • Pagina 34: Verwarmd Veerhuis

    3.17.4.2 Verwarmd veerhuis 7041 Pos. Beschrijving Preventie Revisie 7041 Verwarmd veerhuis n.v.t. 3.17.4.3 Dubbele veiligheidsklep 8020 8050 8020 8050 8010 8010 8040 8060 8040 8070 8030 8070 8060 8030 Dubbele veiligheidsklep – horizontaal Dubbele veiligheidsklep – verticaal Pos. Beschrijving Preventie Revisie 8010 Y-behuizing...
  • Pagina 35: Installatie

    3.18 Installatie 3.18.1 Algemeen Deze handleiding geeft basisinstructies die in acht moeten worden genomen gedurende de installatie van de pomp. Daarom is het belangrijk dat deze handleiding vooraleer over te gaan tot het monteren, gelezen wordt door het verantwoordelijk personeel en dat ze nadien beschikbaar wordt gesteld op de plaats van de installatie.
  • Pagina 36: Binnenopstelling

    3.18.2.4 Binnenopstelling Plaats de pomp zo dat de motor voldoende geventileerd kan worden. Houd rekening met de instructies van de fabrikant van de motor. Bij het verpompen van ontvlambare of explosieve producten moet een degelijke aarding worden voorzien. De componenten van de groep moeten doorverbonden worden met aardingsbruggen om het gevaar van statische elektriciteit te verminderen.
  • Pagina 37: Radiale Belasting Op Het Aseinde

    3.18.3.2 Radiale belasting op het aseinde Het aseinde van de pomp mag radiaal belast worden met de maximum radiale kracht (Fr). Zie de tabel. TG H pompgrootte Fr (N) – max 2-32/3-32 6-40 15-50/23-65 1000 58-80/86-100 2000 185-125 3000 360-150 6000 •...
  • Pagina 38: Draaizin Voor Een Pomp Met Veiligheidsklep

    3.18.5 Draaizin voor een pomp met veiligheidsklep De draaizin bepaalt welke poort van de pomp de zuigzijde is en welke de perszijde. Het verband tussen de draaizin en de aanzuig-/perszijde wordt aangegeven op het plaatje met de draaizinpijl, dat bevestigd is aan het klephuis van de veiligheidsklep. "...
  • Pagina 39: Zuig- En Persleidingen

    3.18.6 Zuig- en persleidingen 3.18.6.1 Krachten en momenten Opmerking! Overdreven krachten en momenten op de aansluitflenzen veroorzaakt door de leidingen, kunnen mechanische schade veroorzaken aan de pomp of pompgroep. Leidingen moeten daarom in lijn aangesloten worden, wat de krachten op de aansluitingen van de pomp beperkt.
  • Pagina 40: Isoleerkranen

    Zelfaanzuigende werking Bij aanvang moet er voldoende vloeistof in de pomp aanwezig zijn om de inwendige spelingen en de dode ruimten op te vullen. Dit laat de pomp toe om een drukverschil op te bouwen. Om deze reden moet voor het pompen van vloeistoffen met lage viscositeit een voetklep van dezelfde of grotere diameter als de aanzuigleiding geïnstalleerd worden.
  • Pagina 41: Verwarmingsmantels

    3.18.7.2 Verwarmingsmantels 1. S-type mantels De S-mantels zijn ontworpen voor gebruik met verzadigde stoom (max 10 bar, 180°C) of met niet gevaarlijke media. Zij zijn voorzien van schroefaansluitingen Bl (zie paragraaf 6.0 voor de afmetingen). De verbinding kan gemaakt worden door buizen voorzien van draad of buisverbindingsstukken met afdichtingsmiddel in de draad (conische draad volgens ISO 7/1).
  • Pagina 42: Spoel-/Spermedia

    4. Mantel rond de asafdichting Verbind de toevoer- en terugvoerleiding met beide aansluitingen op het tussenstuk. Een aftapstop is voorzien onderaan in het tussenstuk (Bg). Bij gebruik van stoom kan deze aftap verbonden worden aan een aflaatleiding voor afvoer van condensaat. Opmerking! Na het aansluiten van het verwarmingscircuit moet de dichtheid worden gecontroleerd en moet het grondig worden ontlucht.
  • Pagina 43: Enkele Mechanische Dichting

    • Wanneer bij een hoge uitlaatdruk de pakking (3000) moet ontlast worden. Verbind de aanzuigflens via Bd of Bi. Verzeker er u van dat de druk in de lantaarnring boven de atmosfeerdruk ligt om te vermijden dat lucht aangezogen wordt door de laatste pakkingringen, waardoor de pakking droog zou lopen. •...
  • Pagina 44: Dubbele Mechanische Dichting - Rug-Aan-Rug Opstelling

    3.18.8.4 Dubbele mechanische dichting – rug-aan-rug opstelling • Gebruik aansluiting Bd of Bi als de uitlaat van het spermedium en een van de aansluitingen Bj als de inlaat. • Gebruik aansluiting Bc als vulstop en als luchtaflaat (dit Bd (Bi) is niet mogelijk met H2-32/H3-32 en met mantels rond de asafdichting).
  • Pagina 45: Secundaire Aansluitingen

    3.18.8.6 Secundaire aansluitingen Verschillende aansluittypes voor circulatie, sperren of spoelen op asafdichting zijn mogelijk overeenkomstig de ISO-code of het API-plan. Overzicht van mogelijke configuraties voor circulatie, sperren en spoelen van de asafdichting. Asafdichting ISO 5199 code API 610 plan 02,03,04,05,06,07,08,09,10,11,12,13 2,11,12,13,21,22,23,31,32,41,51,52,53,54,61,62 02,03,04,05,06,07,08 2,11,12,13,21,22,23,31,32,41...
  • Pagina 46 API-plannen 12, 22, 31, 32, 41 / ISO-codes 04, 05, 08, 09 – Schoon spoelen Een stroom schone vloeistof naar de dichtingskamer. De vloeistof kan verpompte vloeistof zijn die via een zeef of cycloonafscheider en een opening hercirculeert, of een schone, compatibele vloeistof die vanuit een externe bron wordt geïnjecteerd.
  • Pagina 47: Richtlijnen Voor Het Samenbouwen

    API-plan 52 / ISO-codes 10, 03 – Circulerend sperren Een drukloze barrièrevloeistof wordt aangesloten; ze is afkomstig van een externe bron en circuleert tussen beide asdichtingen. (TG H2-32/3-32) 2xBi 3.18.9 Richtlijnen voor het samenbouwen Wanneer een pomp met vrije aseinde geleverd wordt, is het samenbouwen met de aandrijving de verantwoordelijkheid van de gebruiker.
  • Pagina 48: Elektrische Motoraandrijving

    3.18.9.4 Elektrische motoraandrijving • Controleer vooraleer een elektromotor met het net te verbinden, zowel de geldende lokale regelgeving van uw elektriciteitsmaatschappij als de norm EN 60204-1 • Laat de aansluiting van elektromotoren uitvoeren door bevoegd personeel. Neem de nood zakelijke maatregelen om schade aan elektrische verbindingen en bedrading te voorkomen.
  • Pagina 49: Askoppeling

    3.18.9.6 Askoppeling Interne tandwielpompen vragen een relatief hoog aanloopkoppel. Gedurende de werking kunnen schokbelastingen optreden door pulsaties die inherent zijn aan het principe van de tandwielpomp. Kies daarom een koppeling met 1,5 maal het koppel dat aanbevolen is voor normale constante belasting.
  • Pagina 50: Instructies Voor De Opstart

    3.19 Instructies voor de opstart 3.19.1 Algemeen De pomp kan in dienst worden genomen wanneer alle voorzieningen zoals in paragraaf 3.18 Installatie getroffen zijn. • Vóór de ingebruikstelling moeten de verantwoordelijke bedieners volledig geïnformeerd zijn over de juiste bediening van de pomp/pompgroep en de veiligheidsinstructies.
  • Pagina 51: Checklijst - Eerste Opstart

    3.19.4 Checklijst – Eerste opstart Na een grondig onderhoud of wanneer de pomp voor het eerst in dienst genomen wordt (eerste opstart), moet de volgende checklijst nauwkeurig in acht genomen worden: Aanvoer- en afvoerleiding F Aanvoer- en afvoerleidingen zijn gereinigd. F Aanvoer- en afvoerleidingen zijn gecontroleerd op lekken.
  • Pagina 52: Opstart

    Bescherming F Alle afschermingen en beveiligingen (koppeling, draaiende delen, uitzonderlijk hoge temperatuur) zijn aanwezig en operationeel. F In het geval dat de bedrijfstemperatuur van de pomp 60°C of meer kan bereiken, controleer dat er voldoende afschermingen tegen toevallige aanraking aanwezig zijn. 3.19.5 Opstart Wanneer de pomp in dienst moet worden genomen, moet de volgende checklijst en procedure in acht genomen worden:...
  • Pagina 53: Het Opsporen Van De Fout

    3.20 Het opsporen van de fout Symptoom Oorzaak Oplossing Geen stroming Te grote aanzuighoogte • Reduceer het hoogteverschil tussen De pomp zuigt niet de pomp en het aanzuigreservoir. • Vergroot de diameter van de aanzuigleiding. • Reduceer de lengte van de aanzuigleiding en pas de aanzuigleiding aan (gebruik zo weinig mogelijk bochten en andere stukken).
  • Pagina 54 Symptoom Oorzaak Oplossing Niet genoeg debiet Viscositeit te laag 17 • Verhoog de pompsnelheid. Aandacht! Ga niet boven de maximumsnelheid en controleer NPSHr. • Plaats indien nodig een grotere pomp. • Als de pomp wordt verwarmd door middel van verwarmingsmantels of elektrische verwarming, dient u de warmtetoevoer te verminderen.
  • Pagina 55: Instructies Voor Hergebruik En Verwijdering

    Symptoom Oorzaak Oplossing Snelle slijtage van Viscositeit te hoog 39 • Verwarm de pomp. de mechanische • Plaats een dubbele mechanische dichting dichting Slechte ontluchting / droogloop 40 • Vul de pomp met vloeistof. • Controleer de plaats van de veiligheidsklep of het bovendeksel.
  • Pagina 56: Instructies Voor Onderhoud

    3.21 Instructies voor onderhoud 3.21.1 Algemeen Dit hoofdstuk beschrijft enkel de normale onderhoudswerkzaamheden die op het terrein kunnen gebeuren. Contacteer uw lokale verdeler voor onderhoudswerken en voor herstellingen die in een werkplaats moeten worden uitgevoerd. • Onvoldoende, verkeerd en/of onregelmatig onderhoud kan aanleiding geven tot slechte werking van de pomp, hoge herstellingskosten en langdurige buitendienststelling.
  • Pagina 57: Uitwendige Reiniging

    3.21.2.6 Uitwendige reiniging • Houd het oppervlak van de pomp zo rein mogelijk. Dit vereenvoudigt de inspectie, de aangebrachte markeringen blijven zichtbaar en de vetnippels worden niet vergeten. • Zorg ervoor dat de reinigingsproducten niet in de ruimte van het kogellager komen. Bedek alle delen die niet met vloeistoffen in contact mogen komen.
  • Pagina 58: Vloeistofcircuits

    3.21.2.9 Vloeistofcircuits • De druk in de mantels en hulpvloeistofleidingen moet afgelaten worden. • Maak de verbindingen aan de mantels en de circuits met de circulerende of spoel-/spermedia los. • Reinig, indien nodig, de mantels en circuits met perslucht. • Vermijd elke lekkage van vloeistof of thermische olie in het milieu. 3.21.3 Specifieke componenten 3.21.3.1 Moeren en bouten Moeren en bouten die schade vertonen of delen met beschadigde draad moeten worden verwijderd...
  • Pagina 59: Glijlagers

    Het standaard multifunctionele smeervet (consistentieklasse NLGI-2) is geschikt tot een temperatuur van 120°C. Voor hogere temperaturen moet het standaard smeervet vervangen worden door een smeervet voor hoge temperatuur (consistentieklasse NLGI-3). Dit smeervet is, afhankelijk van het merk, geschikt voor temperaturen tot 150°C of 180°C. Wanneer een pomp zal gebruikt worden in een systeem of onder voorwaarden waarbij zij blootstaat aan extreem hoge of lage temperaturen, moet de keuze van het geschikte smeermiddel en het juiste smeerinterval in overleg met uw leverancier van het smeermiddel gemaakt worden.
  • Pagina 60: Asafdichtingen

    3.21.3.7 Asafdichtingen A. Pakkingbus PO • Controleer pompen met een pakkingbus regelmatig op lekken. Een kleine lekkage is normaal. • Controleer ook regelmatig, indien van toepassing, de verbindingen aan de lantaarnring. • Indien de pakkingbus te veel lekt of wanneer de pomp een onderhoudsbeurt nodig heeft, moeten de oude pakkingringen vervangen worden.
  • Pagina 61 B. Pakkingbus PQ • Controleer pompen met een pakkingbus regelmatig op lekken. Een kleine lekkage is normaal. • Controleer ook regelmatig, indien van toepassing, de verbindingen aan de lantaarnring. • Indien de pakkingbus te veel lekt of wanneer de pomp een onderhoudsbeurt nodig heeft, moeten de oude pakkingringen vervangen worden.
  • Pagina 62: Front Pull-Out

    C. PR omgekeerde pakking Bij het verpompen van chocolade moet de pakking beetje bij beetje aangespannen worden tijdens de (eerste) opstart om zo een minimum aan lek te verkrijgen, net genoeg om de pakkingringen te smeren. Buitensporig lekkende chocolade kan oververhitten in de pakking, met caramellisatie als gevolg, wat op zijn beurt resulteert in bijkomende slijtage.
  • Pagina 63: Aanduiding Van De Schroefaansluitingen

    1. Los de stelschroeven (1480). 1480 2. Zet de bouten (1540) vast. 1530 3. De pompas met wentellager en rotor worden nu tegen het pompdeksel geduwd. De axiale speling is nu nul. 1540 4. Plaats een meetklok op de lagerstoel. 5.
  • Pagina 64: Instructies Voor Montage En Demontage

    4.0 Instructies voor montage en demontage Algemeen Onvolledige of slechte montage en demontage kunnen aanleiding geven tot slechte werking van de pomp, hoge herstellingskosten en langdurige buitenwerkingstelling. Contacteer uw lokale verdeler voor meer informatie. Demontage en montage mogen enkel uitgevoerd worden door opgeleid personeel. Dergelijk personeel moet vertrouwd zijn met de pomp en onderstaande instructies volgen.
  • Pagina 65: Wentellagers

    Wentellagers 4.5.1 Algemeen • Hergebruik nooit een gedemonteerd lager of een gedemonteerde borgplaat! • Voor demontage en montage van het lager (en de koppeling). Gebruik geschikte gereedschappen zodat de pomp kan worden geïnspecteerd zonder schokbelastingen. Schokken kunnen brosse materialen van lagerbussen en mechanische dichtingen beschadigen.
  • Pagina 66: Tg H6-40 Tot Tg H360-150 Demontage

    4.5.4 TG H6-40 tot TG H360-150 demontage 1. Verwijder eerst de helft van de flexibele koppeling met een koppelingtrekker. 2. Verwijder de spie (1570), de stelschroeven (1480), de tapbouten (1540) en de lange schroeven (1530). 3. Verwijder het buitenste lagerdeksel (1470) en de V-dichting (1490). 4.
  • Pagina 67: Veiligheidsklep

    Veiligheidsklep • De veiligheidsklep mag niet worden gedemonteerd zolang de veer niet helemaal gelost is • Meet, vooraleer de veer te lossen, de positie van de regelbout zodat later de veer opnieuw kan afgesteld worden op haar oorspronkelijke openingsdruk. 4.6.1 Demontage •...
  • Pagina 68: Mechanische Dichting

    Mechanische dichting Richtlijnen voor de montage en regeling van de mechanische dichting – pomptypes GS, GG en GD. 4.7.1 Algemeen • Alle personeel dat verantwoordelijk is voor onderhoud, inspectie en montage moet voldoende gekwalificeerd zijn. • Gebruik de specifieke instructies die met de mechanische dichting meegeleverd worden. •...
  • Pagina 69: Algemene Instructies Gedurende De Montage

    4.7.4 Algemene instructies gedurende de montage • Raak de glijvlakken van de mechanische dichting niet aan met de hand of met de vingers. Vingerafdrukken kunnen ervoor zorgen dat de mechanische dichting niet afdicht. Reinig, indien nodig, de glijvlakken. Gebruik een zeemvel. •...
  • Pagina 70: Afstelling Van De Mechanische Dichting

    4.7.7 Afstelling van de mechanische dichting 4.7.7.1 GS – Enkele mechanische dichting 1. Mechanische dichting zonder stelschroeven (bijv. Sealol, type 043 en Burgmann type MG12) – Pompgrootte TG H2-32 en TG H3-32 De mechanische dichting is tegen een schouderring (2090) gemonteerd, zie figuur. Afstelling is niet noodzakelijk wanneer de inbouwlengte van de mechanische dichting overeen- komt met de EN12756 (DIN24960) L lengte.
  • Pagina 71 B. Groottes TG H6-40 tot TG H360-150 De mechanische dichting moet steeds afgeregeld en bevestigd worden op de pompas door middel van stelschroeven. Voor de mechanische dichtingen die zelf geen stelschroeven hebben (b.v. Sealol, type 043 en Burgmann type MG12), moet een speciale stelring met bevestigingsschroeven (3030 en 3040) gebruikt worden voor afregeling van de mechanische dichting op de pompas.
  • Pagina 72 Waarden voor de herberekening van de instelhoogte X EN12756 (DIN24960) KU (kort type) EN12756 (DIN24960) NU (lang type) TG H pomptype As d [mm] B (met stelring) [mm] [mm] 1N-max 2-32/3-32 46,1 – – 6-40 35,7 34,7 44,7 42,2 15-50/23-65 42,5 36,7 46,7...
  • Pagina 73 Dikteafmetingen voor de samenstelling van de instelhoogte X Asdichting GS en GG Voor EN (DIN) KU mechanische dichting Voor EN (DIN) NU mechanische dichting Afmeting A [mm] TG H TG H TG H TG H TG H TG H TG H TG H TG H TG H...
  • Pagina 74: Gg - Dubbele Mechanische Dichting Tandem

    4.7.7.2 GG – Dubbele mechanische dichting tandem 1. Monteer de eerste mechanische dichting volgens dezelfde procedure als een enkele mechanische dichting van het type GS (zie paragraaf 4.7.7.1). 2. Bevestig het deksel van de mechanische dichting (2200) met 2 bouten (9030) zonder deze aan te spannen.
  • Pagina 75 10. Maak het regelhulpstuk vast door middel van 2 bouten (9050). 11. Zet de schroeven van de mechanische dichting vast en borg ze met Loctite. 12. Verwijder het regelhulpstuk (9040) en de 2 bouten (9050). 13. Monteer het draaiende gedeelte van de tweede mechanische dichting (3020). Duw het tegen de eerste mechanische dichting en borg de bevestigingsschroeven met Loctite.
  • Pagina 76: Gc - Mechanische Dichtingscartridge

    4.7.7.4 GC – Mechanische dichtingscartridge A. Algemeen 1. Reinig de as en de behuizing en controleer of de glijvlakken in goede staat verkeren. Gebruik steeds een nieuwe dichting (2080) die in goede staat verkeert. Zorg ervoor dat de hulpopeningen zich in goede positie bevinden en toegankelijk zijn voor het gebruik.
  • Pagina 77 bevestigingsschroeven fixing set screws G1/4 G1/4 zwarte mal black jig (montagehulpstuk) (assembly tool) AFTAP NPT1/8 DRAIN NPT1/8 Fig. TN3 – Zicht volgens X • Verwijder de zwarte mal (1x) vóór het bevestigen van de asbus (hierdoor kan de asbus draaien). 2080 3010 2500...
  • Pagina 78 C. Dubbele mechanische dichtingscartridge Burgmann DN3 1. Positioneer de cartridge volgens de fig. DN3. 2. Plaats de G1/4-openingen gemarkeerd met “OUT” en “IN” volgens de draairichting van de as van de pomp. Kijk op de as van de pomp om de exacte draairichting van de pomp te bepalen (zie eveneens 3.18.4).
  • Pagina 79: Doorsnedetekeningen En Onderdelenlijsten

    5.0 Doorsnedetekeningen en onderdelenlijsten Wisselstukken bestellen Gelieve bij het bestellen van wisselstukken te vermelden: 1. Pomptype en serienummer (zie naamplaat) 2. Positienummer, hoeveelheid en beschrijving Voorbeeld: 1. Pomptype: TG H58-80 R2SS BR5 BR5 PQTC Serienummer: 2000-101505 2. Pos 0600, 1, rondsel + bus, compleet TG H2-32 en TG H3-32 1080...
  • Pagina 80: Hydraulisch Gedeelte

    5.1.1 Hydraulisch gedeelte Pos. Beschrijving Nrs./pomp Preventie Revisie 0010 pomphuis, schroefaansluiting 0020 tussenstuk, PQ-versie 0040 tapbout 0100 bovendeksel, compleet 0400 manteldeksel, op asdichting 0410 schroef met plat verzonken kop stop PQ-versie 0460 stop Gx-versie 0600 rondsel + bus, compleet 0700 rotor + as, compleet 0710 lagerbus op as 0720 stelschroef 1030 stop...
  • Pagina 81: S-Mantelopties

    5.1.4 S-mantelopties 5.1.4.1 S-mantel voor het pompdeksel Nrs./ Pos. Beschrijving Preventie Revisie pomp 0200 manteldeksel 0220 0210 tapbout 0200 0220 dichting 0230 kopschroef 0230 0210 0430 5.1.4.2 S-mantel rond de asafdichting 0440 0420 0470 Nrs./ Pos. Beschrijving Preventie Revisie pomp 0400 0400 manteldeksel 0440...
  • Pagina 82: Enkele Mechanische Dichting - Gs

    5.1.5.2 Enkele mechanische dichting – GS 2220 Nrs./ Pos. Beschrijving Preventie Revisie 2210 pomp 2080 dichting 3010 2090 steunring (optioneel) 2090 2200 dichtingsdeksel 2210 2200 2220 tapbout 2080 3010 mechanische dichting 5.1.5.3 Dubbele mechanische dichting tandem – GG 2420 Nrs./ Pos.
  • Pagina 83: Tg H6-40 Tot Tg H360-150

    TG H6-40 tot TG H360-150 For food applications * 1080 1101 0100 1090 1050 1060 For food applications * 1102 1100 1100 0010 1040 1030 0600 4000 1240 0040 1230 1210 1220 0720 1200 1570 0700 0020 1480 1520 0710 1490 1560 1550...
  • Pagina 84: Hydraulisch Gedeelte

    5.2.1 Hydraulisch gedeelte Pos. Beschrijving H6-40 H15-50 H23-65 H58-80 H86-100 H185-125 H360-150 Preventie Revisie 0010 pomphuis 0020 tussenstuk 0040 tapbout 0100 bovendeksel, compleet 0600 rondsel+bus, compleet 0700 rotor+as, compleet 0710 lagerbus, op as 0720 stelschroef 1030 stop 1040 afdichtingsring 1050 stop 1060 afdichtingsring...
  • Pagina 85: Flensverbindingsopties

    5.2.3 Flensverbindingsopties Pos. Beschrijving Nrs./pomp Preventie Revisie 0010 pomphuis 0010 A.0500.352 – IM-TGH/07.03 NL (11/2016)
  • Pagina 86: Mantelopties

    5.2.4 Mantelopties 5.2.4.1 S-mantel voor het pompdeksel 0220 0200 0250 0240 0230 0210 Pos. Beschrijving H6-40 H15-50 H23-65 H58-80 H86-100 H185-125 H360-150 Preventie Revisie 0200 manteldeksel, vooraan tapbout 0210 kopschroef 0220 dichting kopschroef 0230 tapbout 0240 stop 0250 afdichtingsring 5.2.4.2 S-mantel rond de asafdichting 0420 0400 0410...
  • Pagina 87: T-Mantels Met Flensverbindingen Voor Het Pompdeksel

    5.2.4.3 T-mantels met flensverbindingen voor het pompdeksel 0310 0300 0320 0220 0200 0250 0240 0230 0210 Pos. Description H6-40 H15-50 H23-65 H58-80 H86-100 H185-125 H360-150 Preventie Revisie 0200 manteldeksel, vooraan tapbout 0210 kopschroef 0220 dichting kopschroef 0230 tapbout 0240 stop 0250 afdichtingsring 0300 voorlasflens 0310 dichting...
  • Pagina 88: T-Mantels Met Flensverbindingen Rond De Asafdichting

    5.2.4.4 T-mantels met flensverbindingen rond de asafdichting 0420 0400 0410 0510 0500 0520 0440 0430 Pos. Beschrijving H6-40 H15-50 H23-65 H58-80 H86-100 H185-125 H360-150 Preventive Overhaul manteldeksel, 0400 op asafdichting 0410 kopschroef 0420 dichting 0430 stop 0440 afdichtingsring 0500 voorlasflens 0510 dichting 0520 kopschroef A.0500.352 –...
  • Pagina 89: Asafdichtingsopties

    5.2.5 Asafdichtingsopties 5.2.5.1 Pakkingringen PQ met lantaarnring Nrs./ Pos. Beschrijving Preventie Revisie pomp 2000 pakkingbushuis 2050 2070 2010 dichting 2060 2020 lantaarnring, gesplitst 2040 2030 tapbout 3000 2040 pakkingbus 2020 2050 2060 tapeind 2010 2070 moer 2080 dichting 2000 3000 pakkingring 2030 2080...
  • Pagina 90: Mechanische Dichtingscartridge - Gc

    5.2.5.4 Mechanische dichtingscartridge – GC 2080 3010 2500 Nrs./ Pos. Beschrijving Preventie Revisie pomp 2080 dichting 2500 tapbout cartridge 3010 mechanische dichting 5.2.5.5 Dubbele mechanische dichting tandem – GG Nrs./ Pos. Beschrijving Preventie Revisie pomp 2080 2080 dichting 2200 dichtingsdeksel 2400 2210 2410...
  • Pagina 91: Cartridge Mechanische Dichting - Lct Tv (Lct Xx)

    5.2.5.7 Cartridge drievoudige lip-afichting - LCT TV (LCT XX)                 H15-50 H58-80 H185-125 Pos. Beschrijving H6-40 Preventie Revisie H23-65 H86-100 H360-150 2000 stopbus 2010 vlakke dichting 2030 tapbout voor dichting 2050 pin 2080 vlakke dichting...
  • Pagina 92: Omgekeerde Pakking - Chocoladeversie

    5.2.5.8 Omgekeerde pakking – Chocoladeversie TG GM 6-40 to TG GM 23-65 TG GM 58-80 to TG GM 360-150 2140 2130 2140 2120 2160 2130 2050 1230 1240 1210 1220 2020 2160 2060 2120 2110 2050 2150 2070 2100 2170 2020 2110 2030...
  • Pagina 93: Maatschetsen

    6.0 Maatschetsen Standaard pomp 6.1.1 TG H2-32 tot TG H3-32 TG H2-32 TG H3-32 G 1 1/4 G 1/4 G 1/8 G 1/4 Rp 1/8 Rp 1/8 Rp 3/8 4xøvd 5 h9 14 j6 17.5 ISO/R775 A.0500.352 – IM-TGH/07.03 NL (11/2016)
  • Pagina 94: Tg H6-40 Tot Tg H360-150

    6.1.2 TG H6-40 tot TG H360-150 ma ze Bd Bj 4xøvd ISO/R775 H6-40 H15-50 H23-65 H58-80 H86-100 H185-125 H360-150 G 1/4 G 1/4 G 1/4 G 1/2 G 1/2 G 1/2 G 3/4 G 1/4 G 1/4 G 1/4 G 1/4 G 1/4 G 1/4 G 1/2...
  • Pagina 95: Flensverbindingen

    Flensverbindingen 6.2.1 TG H2-32 tot TG H3-32 øak TG H2-32 TG H3-32 ac PN16/25/40 ac PN20 ac PN50 98.5 ad PN16/25/40 ad PN20 ad PN50 ak PN16/25/40 4xd18 ak PN20 4xd16 ak PN50 4xd18 am PN16/25/40 am PN20 am PN50 33.5 6.2.2 TG H6-40 tot TG H360-150...
  • Pagina 96: Mantels

    Mantels 6.3.1 TG H2-32 en TG H3-32 Mantels (SS) met schroefdraadaansluitingen op het pompdeksel en rond de asafdichting 2xBl 2xBf Mantels met schroefdraadaansluitingen Geen mantel op het pompdeksel, maar met op het pompdeksel, maar zonder mantel mantels met schroefdraadaansluitingen rond rond de asafdichting (SO) de asafdichting (OS) TG H2-32...
  • Pagina 97: Tg H6-40 Tot Tg H360-150

    6.3.2 TG H6-40 tot TG H360-150 Mantels (SS) met schroefdraadaansluitingen op het pompdeksel en rond de asafdichting 2xBl 2xBf Mantels (TT) met flensaansluitingen op het pompdeksel en rond de asafdichting 2xCf 2xCf Mantels met schroefdraadaansluitingen Geen mantel op het pompdeksel, maar met op het pompdeksel, maar zonder mantel mantels met schroefdraadaansluitingen rond de asafdichting (SO)
  • Pagina 98: Veiligheidskleppen

    Veiligheidskleppen 6.4.1 Enkele veiligheidsklep TG H2-32 TG H3-32 TG H6-40 TG H15-50 TG H23-65 TG H58-80 TG H86-100 TG H185-125 TG H360-150 TG H2-32 TG H6-40 TG H15-50 TG H23-65 TG H58-80 TG H86-100 TG H185-125 TG H360-150 TG H3-32 –...
  • Pagina 99: Dubbele Veiligheidsklep

    6.4.2 Dubbele veiligheidsklep TG H15-50 TG H23-65 TG H58-80 TG H86-100 TG H185-125 TG H15-50 TG H23-65 TG H58-80 TG H86-100 TG H185-125 – – – – – A.0500.352 – IM-TGH/07.03 NL (11/2016)
  • Pagina 100: Verwarmde Veiligheidsklep

    6.4.3 Verwarmde veiligheidsklep TG H15-50 TG H23-65 TG H58-80 TG H86-100 TG H185-125 TG H360-150 TG H15-50 TG H23-65 TG H58-80 TG H86-100 TG H185-125 TG H360-150 G 1/2 G 1/2 G 1/2 G 1/2 G 1/2 G 1/2 – –...
  • Pagina 101: Steun Onder De Lagerstoel

    Steun onder de lagerstoel 2xvt TG H2-32 TG H6-40 TG H15-50 TG H23-65 TG H58-80 TG H86-100 TG H185-125 TG H360-150 TG H3-32 Gewichten - Massa Versie Massa Gewicht H2-32 H3-32 Pompdeksel (zonder mantels) PO/PQ GG/GD/GC Front-Pull out (pompdeksel + rondsel) Back-Pull out (as + tussenstuk + lagerstoel) Opschroefflenzen...
  • Pagina 102: Verklaring Van Overeenstemming Voor Materialen Bestemd Om Met Levensmiddelen In Contact Te Komen

    Verklaring van overeenstemming voor materialen bestemd om met levensmiddelen in contact te komen Producent SPX Flow Technology Belgium NV Evenbroekveld 2-6 BE-9420 Erpe-Mere Belgium Hierbij verklaren wij dat de materialen die met levensmiddelen in contact komen tijdens het beoogde gebruik, voldoen aan de algemene eisen van de datum van deze verklaring van Verordening (EG) nr.
  • Pagina 103 A.0500.352 – IM-TGH/07.03 NL (11/2016)
  • Pagina 104 20/10/2010 Antwerpen - Anvers - Antwerp Boombekelaan 3 B-2660 Hoboken België - Belgique - Belgium tel. +32-3 829 26 11 fax. +32-3 828 39 59 Conformiteitsattest EU1935/2004 voedingscontact Attestation de conformité CE 1935/2004 contact avec des denrées alimentaires Certificate of compliance with EC1935/2004 food contact Omschrijving RX FLOWTITE®...
  • Pagina 105 A.0500.352 – IM-TGH/07.03 NL (11/2016)
  • Pagina 106 A.0500.352 – IM-TGH/07.03 NL (11/2016)
  • Pagina 107 A.0500.352 – IM-TGH/07.03 NL (11/2016)
  • Pagina 108 A.0500.352 – IM-TGH/07.03 NL (11/2016)
  • Pagina 112 TopGear H I N T E R N E TA N D W I E L P O M P E N S PX F LOW T E C H N O LO GY B E LG I U M N V Evenbroekveld 2-6 BE-9420 Erpe-Mere, Belgium P: +32 (0)53 60 27 15...

Inhoudsopgave