Storingen
Foutomschrijving
Dieselmotor werkt niet
Geen werking bij voe-
dingsspanning via het voe-
dingspunt op de bouwplek
Geen bediening van de on-
derbesturing mogelijk
Geen platformfunctie vanuit
werkkooi mogelijk
Rups bewegen niet moge-
lijk
5-2-2020
Oorzaak
Brandstoftank leeg.
Veiligheidselementen zijn
geactiveerd (zekering,
aardlekschakelaar).
Startaccu ontladen.
Noodstopknop is geacti-
veerd.
Veiligheidselementen zijn
geactiveerd (zekering,
aardlekschakelaar).
Verlengsnoer defect.
Onjuiste kabeldiameter of
onjuiste kabellengte.
Noodstopknop is geacti-
veerd.
Sleutelschakelaar in de
werkkooi staat op "I", nood-
stopknop is geactiveerd.
Sleutelschakelaar in de
werkkooi staat op "0".
Noodstopknop is geacti-
veerd.
Niet correct gesteund
Schakelaarstand op de ka-
belafstandsbediening of op
het bedieningspaneel fou-
tief.
Veiligheidselementen zijn
geactiveerd (zekering,
aardlekschakelaar).
Oplossing
Brandstoftank vullen
Veiligheidselementen con-
troleren en eventueel in-
schakelen of vervangen
(ÄHoofdstuk 9.4 „Zekerin-
gen vervangen", op pagina
166).
Startaccu opladen Hoofd-
accu laden.
Noodstopknop ontgrende-
len
(ÄHoofdstuk 3.7 „Veilig-
heidsinrichtingen", op pagi-
na 29).
Veiligheidselementen con-
troleren en eventueel in-
schakelen of vervangen
(ÄHoofdstuk 9.4 „Zekerin-
gen vervangen", op pagina
166).
Verlengsnoer vervangen.
Toegestane kabellengte en
kabeldiameter aanhouden
(ÄHoofdstuk 7.2 „Machine
op het stroomnet aanslui-
ten", op pagina 66).
Noodstopknop ontgrende-
len (ÄHoofdstuk 3.7 „Vei-
ligheidsinrichtingen", op pa-
gina 29).
Sleutelschakelaar in de
werkkooi op "0" zetten,
noodstopknop ontgrende-
len (ÄHoofdstuk 3.7 „Vei-
ligheidsinrichtingen", op pa-
gina 29).
Sleutelschakelaar in de
werkkooi op "I" zetten.
Noodstopknop ontgrende-
len (ÄHoofdstuk 3.7 „Vei-
ligheidsinrichtingen", op pa-
gina 29)
Machine correct afstempe-
len (ÄHoofdstuk 7.7 „Af-
stempeling bedienen", op
pagina 79).
Knevelschakelaar op "Ket-
tingfunctie" zetten
(ÄHoofdstuk 7.6 „Machine
rijden", op pagina 73).
Veiligheidselementen con-
troleren en eventueel in-
schakelen of vervangen
Personeel
Geïnstrueerde personen
Geïnstrueerde personen
Geïnstrueerde personen
Geïnstrueerde personen
Geïnstrueerde personen
Geïnstrueerde personen
Geïnstrueerde personen
Geïnstrueerde personen
Geïnstrueerde personen
Geïnstrueerde personen
Geïnstrueerde personen
Geïnstrueerde personen
Geïnstrueerde personen
Geïnstrueerde personen
157