Montage- en bedieningsrichtlijnen
WWP L 9 ID - WWP L 12 ID
5 Transport
5
Transport
OPGELET!
De warmtepomp mag bij het transport max. 45° worden gekanteld (in iedere richting).
De pomp dient op een transportpallet naar de montageplaats te worden getranspor-
teerd. Het basistoestel biedt enerzijds de transportmogelijkheid met een handpalletwa-
gen, steekwagen o.i.d. of door middel van 3/4" buizen, die door openingen in de grond-
plaat of in het frame geleid worden.
Warmtepomp en transportpallet zijn door 4 kantelbeveiligingen stevig met elkaar ver-
bonden. Deze moeten worden verwijderd.
Voor het gebruik van de transportgaten in het frame is het noodzakelijk de onderste
delen aan de voorkant eraf te nemen. Daartoe worden telkens twee schroeven op de
sokkel losgedraaid en de platen worden er door terugtrekken aan de bovenkant uitge-
nomen. Bij het aanbrengen van de platen moeten deze met lichte druk naar boven toe
geschoven worden.
Bij het doorsteken van de draagbuizen in het frame moet erop worden gelet dat er geen
constructiedelen worden beschadigd.
Op de plaats van opstelling moeten 8 zwarte beschermingskappen, die als bijartikel
met het apparaat zijn meegeleverd, in de mogelijke transportgaten worden vastgeklikt.
Openen van het deksel
Sluiten van het deksel
Na het transport moet de transportbeveiliging in het apparaat op de bodem aan beide
zijden worden verwijderd.
8
452160.69.24 · 07/2011 · Rei