4
• Er kunnen in totaal 100 toetsen voor bestanden en mappen worden weergegeven.
• Druk op de toets [VORIGE] om een mapniveau omhoog te gaan.
• Selecteer de toets [Bestands- of mapnaam] en druk op [OK] om de volgorde van de op het scherm weergegeven bestanden
en mappen te wijzigen. De volgorde wisselt elke keer dat u op [OK] drukt tussen oplopende en aflopende volgorde.
(1)
(2)
5
Om het afdrukken te annuleren...
Als u het afdrukken wilt annuleren terwijl het bestand wordt overgebracht, selecteer dan de toets [Annuleren] in het
berichtvenster dat op het display verschijnt.
6
Als u een PDF-bestand selecteert waarvoor een wachtwoord is ingesteld, moet u dit wachtwoord invoeren in het
opdrachtstatusscherm voordat u het bestand kunt afdrukken.
☞
EEN VERSLEUTELD PDF-BESTAND AFDRUKKEN
VORIGE
OK
VORIGE
OK
Selecteer de toets van de map die u wilt
afdrukken.
• Het
pictogram verschijnt aan de linkerzijde van de
toetsen voor bestanden die kunnen worden afgedrukt.
• Het
pictogram wordt weergegeven aan de linkerzijde van de
toetsen voor mappen in het USB-geheugen. Selecteer de toets voor
een map om de bestanden en mappen in die map weer te geven.
Druk het geselecteerde bestand af.
(1) Selecteer afdrukvoorwaarden.
Als u in stap 4 een bestand (PCL, PS of XPS) hebt
geselecteerd met afdrukinstellingen, worden deze
instellingen toegepast.
(2) Selecteer de toets [Afdrukken].
Het afdrukken begint zodra het geselecteerde bestand is
overgebracht. Als de melding op het display verschijnt,
selecteert u de toets [OK].
Verwijder het USB-geheugen van het
apparaat.
(pagina 2-81)
2-73
AFDRUKKEN