5 Installatie
WAARSCHUWING
OPGELET
83315307 1/2020-05 La
Montage- en bedieningsrichtlijnen
Lucht/water-warmtepomp WWP LB 12-A R en WWP LB 20-A R (binnenunit)
5.2 Hydraulische aansluiting
Verwarmingsinstallatie met minstens tweemaal de volledige inhoud van de
installatie spoelen.
Vreemde bestanddelen worden verwijderd.
Vertrek en terugloop aansluiten, daarbij
afsluitinrichtingen inbouwen;
slib- en luchtafscheider monteren.
Hydraulische kleinverdelerset monteren.
Expansievat aanbouwen.
Als er geen expansievat aangebouwd wordt:
Buisleiding 4 ontluchten.
1
2
3
1 Terugloop stookkring G1½ (slibafscheider)
2 Vertrek stookkring G1½ (luchtafscheider G1½)
3 Hydraulica kleinverdelerset met veiligheidsventiel en snelontluchter
4 Aansluiting G¾ voor expansievat
5 Vul- en aflaatkraan
Watervulling
Verontreiniging van sanitair water
Het bijvullen van de installatie zonder geschikte vulcombinatie kan het sanitair water
verontreinigen. Een directe verbinding tussen verwarmingswater en sanitair water is
niet toegelaten.
Verwarmingswater via correcte vulcombinatie (bijv. CA beveiliging) vullen.
Schade aan het toestel door ongeschikt vulwater
Corrosie en afzetting kunnen de installatie beschadigen.
Eisen aan de kwaliteit van het verwarmingswater en de plaatselijk geldende
voorschriften respecteren [hfst. 5.1].
Dimensionering en voordruk van het expansievat controleren en evt. aanpassen.
Installatiedruk = voordruk + 0,5 bar.
Afsluitinrichtingen openen.
Kap van de snelontluchter losmaken.
Verwarmingsinstallatie via de vulkraan langzaam vullen; daarbij installatiedruk in
acht nemen.
Installatie ontluchten.
Dichtheid en installatiedruk controleren.
30-144
4
5